Werkvermogen Voorbeeldclausules

Werkvermogen. De mate waarin werknemers fysiek en mentaal aan de eisen van hun werk kunnen voldoen. Vitaliteit betekent beschikken over de mentale veerkracht en doorzettingsvermogen om het werk gemotiveerd en energiek uit te voeren. Cao-partijen hebben afspraken gemaakt – op sector-, bedrijfs- en werknemersniveau - om te realiseren dat, gefaciliteerd door werkgevers, werknemers eigenaarschap1 voelen en verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen duurzame inzetbaarheid en vitaliteit. Door zich voortdurend te ontwikkelen, blijven werknemers ‘in positie’ voor de veranderende arbeidsmarktvereisten zowel binnen het eigen bedrijf als daarbuiten. Werknemers die arbeidsmarktfit2 zijn en blijven, zijn aantrekkelijk voor werkgevers.
Werkvermogen. De mate waarin je fysiek en mentaal aan de eisen van je werk kunt voldoen. Vitaliteit betekent beschikken over de mentale veerkracht en doorzettingsvermogen om het werk gemotiveerd en energiek uit te voeren. hoe werkgevers dit faciliteren. Het is belangrijk dat dat je je realiseert te moeten blijven ontwikkelen om klaar te zijn voor veranderingen zowel binnen het eigen bedrijf als daarbuiten. Werknemers die arbeidsmarktfit2 zijn en blijven, zijn aantrekkelijk voor werkgevers Rollen en verantwoordelijkheden Werkgevers, werknemers, vakbonden en medezeggenschap hebben een eigen rol en verantwoordelijkheid bij duurzame inzetbaarheid: • Cao-partijen: vanuit een gezamenlijke visie brengen zij duurzame inzet- baarheid onder de aandacht van de werkgevers, leidinggevenden en werknemers in de sector. In de cao staan afspraken over instrumenten die werknemers kunnen inzetten voor hun duurzame inzetbaarheid. • Ondernemingsraad zet actie duurzame inzetbaarheid op de agenda binnen de bedrijven. Zij stimuleert werknemers om alle beschikbare faciliteiten en middelen te gebruiken. • Werkgevers: hebben een stimulerende en faciliterende rol door hun werk- nemers actief middelen aan te bieden die inzicht geven in hun duurzame inzetbaarheid en die de employability, vitaliteit en het werkvermogen vergroten. Daarnaast zorgen zij ervoor dat leidinggevenden op een goede manier het gesprek kunnen voeren met hun werknemers over duurzame inzetbaarheid en ontwikkeling. Dit krijgt een vaste plaats in de doorlopende gesprekscyclus. Tenslotte stimuleren zij werknemers om in gesprek te gaan met hun leidinggevende over hun toekomst, een persoonlijk ontwikkelplan te maken en gebruik te maken van de mogelijkheden om te werken aan hun duurzame inzetbaarheid. volgende pagina vorige pagina Cao-partijen hebben afspraken gemaakt – op sector-, bedrijfs- en werknemersniveau - over hoe werknemers eigenaarschap1 voelen en verant- woordelijkheid nemen voor hun eigen duurzame inzetbaarheid en vitaliteit en 1 Eigenaarschap betekent dat a) je; je (eerder verworven) kwaliteiten en potenties kent. b) • Werknemers: zij maken actief gebruik van de faciliteiten die de werk- gever hen biedt, spreken met hun leidinggevende over hun duurzame inzetbaarheid, maken een persoonlijk ontwikkelplan en handelen daar naar door concrete stappen te zetten in het versterken van hun duurzame inzetbaarheid. weet waar je heen wilt i (werkende en actieve leven) en c) een persoonlijk plan hebt voor de toekomst met minimaal de vo...

Related to Werkvermogen

  • Vertrouwelijkheid van gegevens 1. Elk der partijen garandeert dat alle van de andere partij ontvan- gen gegevens waarvan men weet of dient te weten dat deze van vertrouwelij- ke aard zijn, geheim blijven. De partij die vertrouwelijke gegevens ontvangt, zal deze slechts gebruiken voor het doel waarvoor deze verstrekt zijn. Ge- gevens worden in ieder geval als vertrouwelijk beschouwd indien deze door een der partijen als zodanig zijn aangeduid. TPM kan hieraan niet worden gehouden indien de verstrekking van gegevens aan een derde noodzakelijk is ingevolge een rechterlijke uitspraak, een wettelijk voorschrift of voor correcte uitvoering van de overeenkomst.

  • Mededelingsplicht binnen 2 maanden na de ontdekking dat de verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en de verzekeringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de verzekeraar te misleiden dan wel de verzekeraar de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de door de verzekeraar genoemde datum.

  • Werkgebied De zorgverzekering staat open voor alle verzekeringsplichtigen die in Nederland of in het buitenland wonen. De zorgverzekeraar is een landelijk werkende verzekeraar. Zolang u verzekeringsplichtig bent, kunt u deze zorgverzekering behouden. Ook een verzekeringsplichtige die in het buitenland woont, heeft recht op deze verzekering.

  • Werkwijze 1. De aanvragen om subsidie als bedoeld in artikel 13, lid 3 van de statuten dienen schriftelijk bij het bestuur te worden ingediend en wel: - voor éénmalige subsidies: zo spoedig mogelijk na het nemen van het besluit een subsidie aan te vragen; - voor periodieke subsidies: jaarlijks voor de 1e september voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft. Uitgangspunt bij besteding van de gelden is dat 1/3 deel van de gelden wordt besteed via de werkgeversorganisaties en 2/3 deel via de werknemersorganisaties. Bij de aanvragen dient een begroting betreffende de besteding van de aangevraagde gelden te worden meegezonden, gespecificeerd volgens de in artikel 3 van de Statuten genoemde bestedingsdoelen en activiteiten. 2. De verantwoording omtrent de besteding van de ontvangen gelden als bedoeld in artikel 13, lid 3 van de statuten dient schriftelijk bij het bestuur te worden ingediend en wel: - voor éénmalige subsidies: zo spoedig mogelijk na de besteding van deze gelden; - voor periodieke subsidies: jaarlijks voor de 1e juli volgend op het jaar waarop de subsidie betrekking had. De subsidie ontvangende instellingen dienen jaarlijks een door een registeraccountant gecontroleerde verklaring te overleggen over de besteding van de gelden. Deze verklaring moet tenminste zijn gespecificeerd volgens de in artikel 3 van de Statuten genoemde bestedingsdoelen en activiteiten en een geïntegreerd onderdeel uitmaken van het (financieel) jaarverslag. 3. Het bestuur is bevoegd nadere voorschriften te geven waaraan de bij de subsidieaanvraag mee te zenden begroting c.q. de schriftelijke verantwoording dient te voldoen. 4. Op beslissingen van het bestuur omtrent de subsidieaanvraag kan geen beroep worden ingesteld, onverlet de mogelijkheid een nieuwe aanvraag in te dienen.

  • Medewerkingsplicht De verzekeringnemer en de verzekerde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van verzekeraar zou kunnen benadelen. Zij zijn verplicht zich te onthouden van het erkennen van aansprakelijkheid.

  • VERKLARENDE WOORDENLIJST Begrippen en afkortingen in dit Informatiememorandum die beginnen met een hoofdletter hebben de betekenis die daaraan is gegeven in Artikel 1: Definities van de Obligatievoorwaarden zoals opgenomen in Bijlage 1.

  • Werkafspraken Kies hier voor A of B. A. vergoeding per uur: u geeft de gewerkte uren achteraf aan ons door. B. vergoeding per maand: de zorgverlener werkt een vast aantal uren en krijgt hiervoor een vaste vergoeding per maand. Het aantal uren per week of maand is verplicht. uren per week of uren per maand

  • Gebreken; klachttermijnen 1. Klachten over de verrichte werkzaamheden dienen door de opdrachtgever binnen 8 dagen na ontdekking, doch uiterlijk binnen 14 dagen na voltooiing van de betreffende werkzaamheden schriftelijk te worden gemeld aan gebruiker. 2. Indien een klacht gegrond is, zal gebruiker de werkzaamheden alsnog verrichten zoals overeengekomen, tenzij dit inmiddels voor de opdrachtgever aantoonbaar zinloos is geworden. Dit laatste dient door de opdrachtgever schriftelijk kenbaar te worden gemaakt. 3. Indien het alsnog verrichten van de overeengekomen dienstverlening niet meer mogelijk of zinvol is, zal gebruiker slechts aansprakelijk zijn binnen de grenzen van artikel 15.

  • Kwaliteitseisen Kennis van Arbo-Informatieblad 3 – Asbest; • Kennis van het Arbeidsomstandighedenbesluit artikel 4.10a en artikel 4.52; • Kennis van de bijzondere omstandigheden (containment) waaronder asbestwerkzaamheden worden verricht; • Toepassing en beperkingen van gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. • Controle gegevens werknemer en invullen PAGO+ of specifieke vragenlijst; • Lengte, gewicht en BMI; • Op indicatie bedrijfsarts: ECG in rust (wel altijd voorafgaand aan een maximale fietstest); • Longfunctie (spirometrie, 3x goede blaascurve); • Indien nodig: inspanningstest (maximale fietstest) in samenwerking met de bedrijfsarts; • Administratieve afwerking. • Anamnese op basis van PAGO+ vragenlijst van Volandis en/of specifieke vragen: o De algemene fysieke conditie en het uithoudingsvermogen; o Luchtweg- en longaandoeningen; o Roken, heden en verleden; o Klachten gerelateerd aan de persoonlijke beschermingsmiddelen; o Arbeidsanamnese: blootstelling aan asbest? • Beoordeling van alle resultaten; • Lichamelijk onderzoek (op geleide van werkzaamheden, anamnese en biometrie) met specifieke aandacht voor de luchtwegen en longen, en het houdings- en bewegingsapparaat; • Aandacht en beoordeling veilig kunnen werken met de persoonlijke beschermingsmiddelen: haardracht, gezichtsbeharing, bril; • Indien nodig: uitvoering inspanningsonderzoek (maximale fietstest, eis VO2-max gelijk of hoger dan 40 ml O2/kg/minuut bij fysiek zwaar werk in een beschermend pak met adembescherming); • Diagnose(n) en beroepsziekten registreren, zo nodig melden aan het NCvB; • Uitleg en advies, afstemmen vervolgbeleid; • Aanvullen bedrijfsgeneeskundig dossier; • Bewijs van deelname of advies aan werkgever (oordeel bedrijfsarts) bespreken, met toestemming naar werkgever verzenden; • Zo nodig preventiezorg vervolgactiviteiten (laten) plannen. Op indicatie van de bedrijfsarts: • X-thorax, (grote röntgenfoto's van de borstkas, zowel AP als links en rechts lateraal). Bijvoorbeeld wanneer uit het routineonderzoek aanwijzingen komen voor een mogelijke beginnende longaandoening. Aandacht vragen voor de extra lange bewaartermijn van de medische informatie. • in overleg met een op dit thema deskundige longarts nadere diagnostiek.

  • Aandachtspunten De Vlaamse Regering formuleerde bij haar beslissing volgende generieke aandachtspunten: 1° Blijf bij de uitvoering van de werking aandacht hebben voor de beleidsprioriteiten en aandachtspunten van de Strategische Visienota Cultureel Erfgoed.