Deelnemerstijd Voorbeeldclausules

Deelnemerstijd. De deelnemerstijd is de periode van deelname vanaf aanvang van het deelnemerschap aan dit pensioenreglement tot beëindiging van het deelnemerschap, rekening houdend met het bepaalde in artikel 10 van dit reglement inzake verminderde productie. De deelnemerstijd wordt in jaren, maanden en dagen nauwkeurig berekend. Bij onderbreking van de deelnemerstijd in verband met de indiening van een afstandsverklaring (artikel 2 van dit reglement), worden de afzonderlijke deelnemerstijden bij elkaar opgeteld.
Deelnemerstijd. Bij de vaststelling van de deelnemerstijd voor de berekening van het netto nabestaandenpensioen en wezenpensioen, worden de factoren verminderde productie die in de afzonderlijke perioden hebben gegolden, evenals de duur van de perioden waarin deze van kracht zijn geweest, in aanmerking genomen. Voor de bepaling van de toekomstige deelnemerstijd wordt uitgegaan van de factor verminderde productie op het moment van overlijden van de deelnemer. Voor de arbeidsongeschikte deelnemer wordt de toekomstige diensttijd mede bepaald op basis van de laatstelijk voor het intreden van de arbeidsongeschiktheid geldende factor verminderde productie.
Deelnemerstijd. A. Voor de basispensioenregeling
Deelnemerstijd. 1. De pensioenaanspraken worden vastgesteld op grond van de voor pensioen geldende, bij de onderneming doorgebrachte en door te brengen Deelnemerstijd.
Deelnemerstijd. Bij de vaststelling van de deelnemerstijd voor de berekening van het netto 14 nabestaandenpensioen en wezenpensioen, worden de factoren deeltijd die in de afzonderlijke perioden hebben gegolden, evenals de duur van de perioden waarin deze van kracht zijn geweest, in aanmerking genomen. Voor de bepaling van de toekomstige deelnemerstijd wordt uitgegaan van de deeltijdfactor op het moment van overlijden van de deelnemer. Voor de arbeidsongeschikte deelnemer wordt de toekomstige diensttijd mede bepaald op basis van de laatstelijk voor het intreden van de arbeidsongeschiktheid geldende deeltijdfactor.
Deelnemerstijd. De tijd die de deelnemer in dienst van de onderneming als deelnemer heeft doorgebracht met als uiterlijke beginleeftijd 22 jaar, alsmede de periode(n) waarin de deelnemer voortzetting van de pensioenopbouw wegens arbeidsongeschiktheid geniet als omschreven in artikel 21.
Deelnemerstijd. 1. Bij de berekening van de grootte van de op risicobasis verzekerde aanspraken op partner- en wezenpensioen wordt uitgegaan van deelnemerstijd.
Deelnemerstijd. De deelnemerstijd vanaf de voor de deelnemer geldende aanvangsdatum van de voorlopige dekking tot de (individuele) pensioen(richt)datum vermenigvuldigd met het deeltijdpercentage op de overlijdensdatum. De deelnemerstijd wordt afgerond op twee decimalen. Voor de bepaling van de deelnemerstijd van een arbeidsongeschikte deelnemer wordt de bepaling van de deelnemerstijd mede gebaseerd op het deeltijdpercentage bij het intreden van de arbeidsongeschiktheid.
Deelnemerstijd. De periode(n) waarin de werknemer tot de werkgever in dienstbetrekking heeft gestaan, die op grond van artikel 6 in aanmerking worden genomen bij de berekening van de pensioenaanspraken, alsmede de periode(n) waarin de deelnemer voortzetting van de pensioenopbouw wegens arbeidsongeschiktheid geniet als omschreven in artikel 20.
Deelnemerstijd. 1. Bij de bepaling van de deelnemerstijd wordt het aantal jaren in aanmerking genomen dat de deelnemer vanaf de datum van opname als deelnemer aan de pensioenregeling van het fonds, tot aan de pensioenrichtleeftijd kan doorbrengen.