Onwerkbaar weer a. De werkgever beoordeelt of en zo ja, hoe lang het onwerkbaar weer is. Hij doet dit in redelijk overleg met de betrokken werknemers. In dit overleg wordt rekening gehouden met zowel het bedrijfsbelang als de veiligheid en gezondheid van de werknemers.
b. De werkgever is bij weersomstandigheden, waaronder of ten gevolge waarvan niet kan worden gewerkt, gehouden aan de werknemer het vast overeengekomen loon of salaris door te betalen. Deze weersomstandigheden kunnen geen reden zijn voor het geven van ontslag.
c. Wanneer de werkgever op grond van artikel 24 lid 2 sub f en lid 3 sub e niet verplicht is het loon door te betalen, kan de werkgever namens de werknemer bij UWV een aanvraag indienen voor een WW-uitkering volgens de wettelijke voorziening.
d. De werkgever zal in een dergelijk geval aan de betrokken werknemer een aanvulling betalen op de WW-uitkering tot 100% van het vast overeengekomen loon of salaris.
e. Bepalend voor de vaststelling van een onwerkbaar weer dag is de meting van het KNMI- weerstation in het postcodegebied waarin het werkobject, waar de werknemer werkzaam is of zou zijn, zich bevindt.
a. De hiernavolgende bepalingen gelden voor het tijdvak lopende van 1 november van enig jaar tot en met 31 maart van het daarop volgend jaar (hierna te noemen: winterseizoen) én voor zover er niet kan worden gewerkt: - vanwege of ten gevolge van vorst; - vanwege of ten gevolge de aanwezigheid van ijzel of sneeuw op de werkplek.
b. Als onwerkbaar weer dag wordt beschouwd een werkdag in een winterseizoen waarop vanwege of ten gevolge van vorst of de aanwezigheid van ijzel of sneeuw niet wordt gewerkt.
c. Er is sprake van vorst indien één of meer van de volgende vorstnormen is gehaald: - de gemeten temperatuur is tussen 00.00 uur en 07.00 uur lager geweest dan -3° Celsius; - de gemeten temperatuur is om 07.00 uur en om 09.00 uur -0,5° Celsius of lager; - de gemeten temperatuur is om 09.00 uur -1,5° Celsius of lager; - de gevoelstemperatuur is om 09.30 uur volgens de meting van 09.00 uur -6,0° Celsius of lager. Hierbij hoeft geen sprake te zijn van vorst.
d. Er is sprake van ijzel of sneeuw op de werkplek, als er volgens de meting van het KNMI- weerstation in het postcodegebied waarin de werklocatie, waar de werknemer werkzaam is of zou zijn, zich bevindt, sprake is van ijzel of sneeuw.
e. Het risico van onwerkbaar weer komt gedurende de eerste 2 onwerkbaar weer dagen per werknemer in een winterseizoen voor rekening van de werkgever.
f. Voor de onwerkbaar ...
Onwerkbaar weer. Onder alle weersomstandigheden dient de werknemer steeds naar zijn werk te gaan, tenzij door de werkgever anders wordt beslist. Indien ten gevolge van de weersomstandigheden het werk niet kan worden aangevangen dan wel niet langer kan worden voortgezet is de werknemer verplicht zich onmiddellijk met de opzichter - en bij diens afwezigheid met de werkgever in verbinding te stellen teneinde instructies te ontvangen.
Onwerkbaar weer. De werkgever beoordeelt wanneer en hoe lang ten gevolge van vorst of de aanwezigheid van een sneeuwdek niet kan worden gewerkt, in welk geval, na overleg met de betrokken werknemers, zal worden nagegaan door wie wel en door wie niet gewerkt zal worden. In geval van verhindering zal de werkgever, indien er sprake is van een uitkering van het uitkeringsorgaan, aan de betrokken werknemer een aanvulling betalen op de uitkering van het uitkeringsorgaan tot 100% van een evenredig deel van het schaalsalaris van de betrokken werknemer. Deze aanvulling geldt voor zover deze aanvulling niet door het uitkeringsorgaan op de uitkering in mindering wordt gebracht. Ingeval op grond van algemene overwegingen extra uitkeringen plaatsvinden, zullen deze extra uitkeringen in mindering worden gebracht op de aanvullingen zoals omschreven in dit artikel. De werknemer is verplicht, ingeval de werkgever hem gedurende de hierboven bedoelde tijd ander werk opdraagt waarvoor hij geschikt is, deze arbeid te verrichten, mits de werkgever bereid is hem voor deze werkzaamheden door te betalen. In bovengenoemde situaties van onwerkbaar is artikel 7:628 BW uitgesloten.
Onwerkbaar weer. 7.5.1 Cao Onwerkbaar weer Bouw & Infra ▪ Er is een cao Onwerkbaar weer Bouw & Infra. De cao Onwerkbaar weer Bouw & Infra is een verlengstuk van de cao Bouw & Infra. ▪ In de cao Onwerkbaar weer Bouw & Infra staat: - welke regels bij onwerkbaar weer gelden en - wanneer de werkgever bij onwerkbaar weer voor de werknemer een WW-uitkering kan aanvragen.
Onwerkbaar weer. 1. De werknemer heeft recht op doorbetaling van het loon wanneer en voor de tijd dat (beide ter beoordeling van de werkgever na redelijk overleg met de betrokken werknemer) niet kan worden gewerkt door ongunstige weeromstandigheden zoals regenval, vorst, de directe gevolgen van vorst of door het aanwezig zijn van een sneeuwdek. De arbeidsovereenkomst met de werknemer, die voor deze doorbetaling van het loon in aanmerking komt, kan in deze periode niet door de werkgever worden beëindigd.
2. De werknemer is verplicht om in de in het eerste lid bedoelde periode andere werkzaamheden uit te voeren die hem door de werkgever worden opgedragen en waarvoor hij geschikt is.
3. De werknemer heeft geen recht op doorbetaling van het loon wanneer de werknemer zich zonder toestemming van de werkgever verwijdert van de plaats waar de werkzaamheden worden uitgevoerd. Dit geldt ook wanneer de werknemer het werk niet hervat, nadat de belemmering is opgeheven en hij door de werkgever daarvoor een duidelijke opdracht heeft ontvangen.
Onwerkbaar weer. 1. Indien de werkzaamheden ten gevolge van onwerkbaar weer, ongeacht de tijdsduur, geen doorgang kunnen vinden is: - de werkgever gehouden het vast overeengekomen loon door te betalen; - de werknemer gehouden ten behoeve van de werkgever op het bedrijf andere werkzaamheden te verrichten. Binnen de sector zijn afspraken gemaakt, dat in geval van onwerkbaar weer een beroep kan worden gedaan op de onwerkbaar weer regeling van UWV. De openstelling van deze regeling wordt op centraal niveau geregeld. De medewerker krijgt 100% doorbetaald.
Onwerkbaar weer a. Het leerbedrijf verplicht zich de aanvang van elke periode van onwerkbaar weer omgaand aan IW te berichten. Ingeval de normtemperatuur door de daartoe bevoegde instantie niet wordt erkend, is zulks geheel voor risico van het leerbedrijf.
b. De financiële verplichtingen van het leerbedrijf jegens IW blijven in dat geval van kracht.
c. Het leerbedrijf verplicht zich ten opzichte van IW om de maatregelen ter voorkoming van vorstverlet na te leven, zoals voorgeschreven door de daartoe in de sector opererende organisaties.
d. Het leerbedrijf verplicht zich de eerste 9 werkdagen waarvan de normtemperatuur is bereikt geheel voor eigen risico te nemen.
Onwerkbaar weer a. Zijn de weersomstandigheden volgens de werkgever zo slecht dat de werknemer zijn werk niet kan doen? Dan: – betaalt de werkgever het feitelijk loon van de werknemer door; – doet de werknemer vervangend werk, als dit in het bedrijf voor handen is.
b. De uren onwerkbaar weer tellen niet mee voor het bereiken van de jaarurennorm.
c. Uitzonderingen: de volgende uren tellen wel mee voor het bereiken van de jaarurennorm: – de uren waarin de werknemer vervangend werk doet; – ten minste 3 uur van een dag waarop de werknemer is begonnen met werken voordat de werkgever heeft vastgesteld dat het onwerkbaar weer is.
Onwerkbaar weer. In afwijking (en voor zover van toepassing) van het bepaalde bij artikel 7:628 BW gelden bij onwerkbaar weer de volgende bepalingen:
1. De payroll-onderneming kan de payroll-medewerker andere dan de gebruikelijke werkzaamheden opdragen, mits deze in de lijn liggen met de activiteiten als bepaald in de payroll-overeenkomst. In dat geval wordt het loon doorbetaald.
2. Als het gestelde onder sub 1 niet mogelijk is, zal de payroll-onderneming namens de payroll- medewerker een uitkering volgens de wettelijke voorziening aanvragen. Deze uitkering wordt door de payroll-onderneming gedurende 27 dagen aangevuld tot 100% van het loon en na 27 dagen tot 90% van het loon.
Onwerkbaar weer. 1. Als de werkzaamheden door ongunstige weersomstandigheden niet kunnen worden verricht door de werknemer, ongeacht de tijdsduur van die omstandigheden: • is de werkgever verplicht het feitelijk loon door te betalen en • is de werknemer verplicht voor de werkgever andere werkzaamheden op het bedrijf te verrichten.
2. Voor dienstverbanden met overbrugging geldt een afwijkende regeling.