Common use of Partnerpensioen Clause in Contracts

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht op Partnerpensioen heeft de Partner met wie de Deelnemer op het tijdstip van overlijden een Partnerrelatie had. 2. Het Partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de Deelnemer overlijdt. 3. Het Partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de Partner overlijdt. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerd. 6. Na ingang van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 2 contracts

Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht op Partnerpensioen heeft Indien de Partner (gewezen) deelnemer of gepensioneerde overlijdt met wie de Deelnemer op het tijdstip achterlating van overlijden een Partnerrelatie had. 2. Het Partnerpensioen gaat in op partner, komt per de eerste dag van de maand volgend op waarin dit overlijden plaatsvindt, een partnerpensioen tot uitkering dat wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin die partner overlijdt, een en ander met inachtneming van lid 2 van dit artikel. 2. Gedurende het deelnemerschap wordt het partnerpensioen voor deelnemersgroep 1 jaarlijks opgebouwd (“spaarbasis”). Gedurende het deelnemerschap wordt het partnerpensioen voor deelnemersgroep 2 verzekerd op risicobasis. Dit wil zeggen dat voor deelnemersgroep 2 geldt dat, indien het overlijden plaatsvindt na het einde van het deelnemerschap, er geen aanspraak is op partnerpensioen. Bij beëindiging van het deelnemerschap resp. na de Deelnemer overlijdtpensioeningangsdatum bestaat ten behoeve van (gewezen) deelnemers behoord hebbende tot deelnemersgroep 2 uitsluitend aanspraak op partnerpensioen, indien en voor zover op grond van artikel 17 omzetting van ouderdomspensioen in partnerpensioen heeft plaatsgevonden. 3. Het Partnerpensioen jaarlijks partnerpensioen voor deelnemersgroep 1 bedraagt 70% van het ouderdomspensioen. Xxxxxxx van overlijden van de deelnemer tijdens het deelnemerschap wordt uitgekeerd onder ouderdomspensioen verstaan het pensioen, dat de deelnemer op de pensioenrichtdatum zou zijn gaan genieten indien hij in leven was gebleven onder behoud van hetzelfde pensioengevend salaris en bij gelijkblijvende franchise. Het partnerpensioen op risicobasis voor deelnemersgroep 2 bedraagt vanaf 1 januari 2015 1,3% van de laatst vastgestelde pensioengrondslag vermenigvuldigd met het aantal deelnemingsjaren tot en met 31 december 2014 en 1,16% van dezelfde pensioengrondslag vermenigvuldigd met het aantal bereikbare deelnemingsjaren na voornoemde datum als ware de maand waarin de Partner overlijdtdeelnemer niet overleden. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf na 1 januari 2015 1,16% 2008 door de deelnemer opnemen van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% onbetaald verlof tot een maximum van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 18 maanden is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga niet van de Wet invloed op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening dekking van het partnerpensioen als omschreven in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding.lid 3 van dit artikel 5. Bij overlijden De deelnemer die behoort tot deelnemersgroep 2 en na beëindiging van diens deelneming na 31 december 2007 recht heeft op een uitkering op grond van de Deelnemer vóór Werkloosheidswet, behoudt gedurende de Pensioeningangsdatum wordt bij periode dat hij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerd. 6. Na ingang van het loongerelateerde uitkering ontvangt, aanspraak op partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8zijn partner. De hoogte van het partnerpensioen wordt vastgesteld als omschreven in lid 3 van dit artikel gerelateerd aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van deelnemingsjaren tot het kapitaal moment van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal beëindiging van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassingdeelneming.

Appears in 2 contracts

Samples: Pension Regulation, Pension Regulation

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht op Partnerpensioen heeft de Partner met wie de Deelnemer op het tijdstip van overlijden een Partnerrelatie had. 2. Het Partnerpensioen levenslange partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de dag waarop de (gewezen) deelnemer of de gepensioneerde overlijdt en het wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de Deelnemer partner overlijdt. 2. Het jaarlijkse partnerpensioen bedraagt 70% van het opgebouwde ouderdomspensioen, verminderd met een uit hoofde van artikel 14 lid 6 (gevolgen van scheiding) vastgesteld bijzonder partnerpensioen, ongeacht het in leven zijn van de gewezen partner. Een vermindering vindt niet plaats indien de gewezen partner van de aanspraak op bijzonder partnerpensioen overeenkomstig het ter zake bepaalde in de Pensioenwet afstand heeft gedaan. 3. Het Partnerpensioen Onder het opgebouwde ouderdomspensioen genoemd in dit artikel wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de Partner overlijdtmede verstaan het ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 35 (overgangsbepalingen). 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16Voor de tijdens het deelnemerschap overleden deelnemer wordt dit partnerpensioen verhoogd met 70% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen ouderdomspensioen dat vanaf de datum Scheidingvan overlijden tot de pensioenrichtleeftijd nog opgebouwd had kunnen worden indien de deelname gedurende deze periode nog onafgebroken zou hebben voortgeduurd met inbegrip van een eventueel deeltijdpercentage. 5. Bij overlijden Het te bereiken ouderdomspensioen wordt voor deelnemers in loondienst berekend op grond van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening van laatste pensioengrondslag die voor het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerdoverlijden is vastgesteld. 6. Na ingang Het te bereiken ouderdomspensioen wordt voor ondernemers berekend op grond van het partnerpensioen vindt gemiddelde van de voorwaardelijke toeslagverlening vijf laatst vastgestelde pensioengrondslagen, voor zover in die jaren is deelgenomen aan de onderhavige pensioenregeling. Het is hierbij niet van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1belang of de deelnemer alle vijf de jaren ondernemer is geweest. 7. Indien met Het gedeelte van het kapitaal partnerpensioen zoals omschreven in lid 4 van dit artikel, is op risicobasis verzekerd tot de pensioenrichtleeftijd. Dit betekent dat dit gedeelte van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve aanspraak op partnerpensioen zonder waarde vervalt bij: • beëindiging van het deelnemerschap anders dan door overlijden; • scheiding; • het bereiken van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.feitelijke pensioenleeftijd.‌

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht Over ieder kalenderjaar vanaf 1 januari 2015 waarin de deelnemer heeft deelgenomen aan de pensioenregeling van het fonds wordt partnerpensioen opgebouwd van 1,313% van de pensioengrondslag zoals bepaald in artikel 6. 2. Over het kalenderjaar 2014 waarin de deelnemer heeft deelgenomen aan de pensioenregeling van het fonds is partnerpensioen opgebouwd van 1,51% van de pensioengrondslag zoals bepaald in artikel 6. 3. Over de kalenderjaren vóór 1 januari 2014 waarin de deelnemer heeft deelgenomen aan de pensioenregeling van het fonds, bedroeg het jaarlijkse partnerpensioen 70% van het ouderdomspensioen zoals bepaald in artikel 8 lid 3, voordat het opgebouwde ouderdomspensioen met inachtneming van artikel 8 lid 5 sub a is omgezet. Het opgebouwde partnerpensioen van de (gewezen) deelnemer is niet gewijzigd bij de omzetting van het ouderdomspensioen. 4. Ten aanzien van de voorgaande leden geldt het volgende: Indien niet over het volledige kalenderjaar is deelgenomen, wordt er een evenredig gedeelte aan partnerpensioen opgebouwd in het kalenderjaar. Het bepaalde in dit lid geldt ook indien er meerdere pensioengrondslagen zijn vastgesteld voor een 5. Als een gewezen partner van de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde recht heeft op Partnerpensioen heeft bijzonder partnerpensioen dan wordt het in lid 1, lid 2 en lid 3 genoemde partnerpensioen, verlaagd met dit bijzonder partnerpensioen. 6. Indien de Partner deelnemer voor het ingaan van het ouderdomspensioen overlijdt, wordt het partnerpensioen zoals bepaald in lid 1 verhoogd met wie het bedrag waar nog aanspraak op zou zijn verkregen, indien: • de Deelnemer op deelneming zou hebben voortgeduurd van het tijdstip van overlijden een Partnerrelatie hadtot de eerste dag van de maand waarin de 68-jarige leeftijd zou zijn bereikt; en • over die tijd als grondslag zou zijn gehanteerd de ten tijde van het overlijden voor de 7. Indien de deelnemer overlijdt gedurende het tweede ziektejaar, dan wel gedurende de periode waarin hij arbeidsongeschikt is ingevolge de WIA, wordt voor de hoogte van het partnerpensioen als bedoeld in lid 6 uitgegaan van de pensioengrondslag voor aanvang tweede ziektejaar verhoogd met de stijging van de cao-lonen nadien. 28. Het Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend waarin de (gewezen) deelnemer of Het partnerpensioen eindigt op de laatste dag van de maand waarin de Deelnemer partner overlijdt. 3. Het Partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de Partner overlijdt. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerd. 6. Na ingang van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6(gewezen) deelnemer heeft, lid 3 onder de in hoofdstuk IV genoemde voorwaarden, de mogelijkheid tot uitruil van het recht om met ouderdomspensioen voor partnerpensioen, dan wel uitruil van het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassingpartnerpensioen voor ouderdomspensioen.

Appears in 1 contract

Samples: Flexpensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen 1. Het jaarlijkse partnerpensioen bedraagt vanaf 1 januari 2015 70% van de voor de deelnemer vastgestelde opbouw van het ouderdomspensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschapenig jaar, zoals bepaald in artikel 6, lid 1. Recht Het partnerpensioen wordt eventueel vermeerderd met de partnerpensioen als bedoeld in artikel 38. Het partnerpensioen is gelijk aan de som van de opgebouwde aanspraken op Partnerpensioen heeft partnerpensioen, de Partner eventuele opgebouwde aanspraken op partnerpensioen als bedoeld in artikel 38 en de eventuele toeslagen uit hoofde van artikel 24. 2. Bij overlijden van de deelnemer tijdens het deelnemerschap wordt het opgebouwde partnerpensioen op de datum van overlijden verhoogd met wie het partnerpensioen dat de Deelnemer deelnemer tot de pensioenrichtdatum zou hebben kunnen opbouwen op basis van de pensioengrondslag geldend op het tijdstip van overlijden van de deelnemer en 70% van het streefopbouwpercentage van 1,875%. Dit partnerpensioen wordt daarnaast verhoogd met een Partnerrelatie had. 2tijdelijk partnerpensioen ter grootte van 25% van het ouderdomspensioen zoals bepaald in artikel 6, lid 1, maar dan vastgesteld alsof de deelnemer tot de pensioenrichtdatum zou hebben deelgenomen op basis van de pensioengrondslag geldend op het tijdstip van overlijden van de deelnemer en het streefopbouwpercentage van 1,875%. Het Partnerpensioen Dit tijdelijke partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de deelnemer en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand waarin volgend op het bereiken van de Deelnemer overlijdtAOW-datum van de partner en is op risicobasis verzekerd. 3. Het Partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met Bij overlijden nadat het deelnemerschap is beëindigd, is het partnerpensioen gelijk aan de maand waarin premievrije aanspraak op partnerpensioen die de Partner overlijdtgewezen deelnemer heeft verkregen bij het einde van het deelnemerschap, dan wel de aanspraak op het partnerpensioen die de gepensioneerde heeft verkregen bij de pensionering, inclusief de nadien toegekende toeslagen uit hoofde van artikel 24. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt maand volgend op het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% overlijden van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde en wordt uitbetaald tot en met het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga einde van de Wet op maand van overlijden van de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheidingpartner. 5. Bij overlijden Indien er sprake is geweest van een eerdere partnerrelatie ter zake waarvan door een gewezen partner recht op bijzonder partnerpensioen is verworven of had kunnen zijn verworven indien geen gebruik zou zijn gemaakt van de Deelnemer vóór mogelijkheid van conversie als bedoeld in artikel 20, lid 6 wordt het partnerpensioen berekend over de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening periode van deelnemerschap na het Partnerpensioen tijdstip van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood beëindiging van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerddie eerdere partnerrelatie. 6. Na ingang Bij het vaststellen van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal partnerpensioen wordt rekening gehouden met de gemaakte keuzes zoals bedoeld in Hoofdstuk IV. Indien de deelnemer of gewezen deelnemer bij ingang van het ouderdomspensioen geen partner heeft, wordt het opgebouwde partnerpensioen, voor zover niet toekomend aan een gewezen partner, omgezet in extra ouderdomspensioen op basis van de MUP-rekening dat voor ruilvoet die volgens de aankoop Bijlage van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassingtoepassing is. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht De opbouw van het jaarlijks partnerpensioen bedraagt voor iedere kalendermaand met ingang van 1 januari 2015 tot 1 juli 2021 1,3125% van een twaalfde deel van de pensioengrondslag in die kalendermaand, tenzij dit opbouwpercentage door toepassing van artikel 8 lid 2 wordt verlaagd. Met ingang van 1 juli 2021 is het partnerpensioen alleen nog op Partnerpensioen heeft de Partner risicobasis verzekerd met wie de Deelnemer op het tijdstip inachtneming van overlijden een Partnerrelatie hadlid 2 van dit artikel. 2. Indien de deelnemer voor het ingaan van het ouderdomspensioen overlijdt, wordt het partnerpensioen vastgesteld als de som van: • het tot 1 juli 2021 opgebouwde partnerpensioen; • het risicopartnerpensioen voor personen die op 31 december 2014 reeds deelnemer waren. Dit risicopartnerpensioen is per die datum op basis van de bijlage “berekeningssystematiek vaststelling risicopartnerpensioen o.b.v. de stand per 31 december 2014” genoemde systematiek eenmalig vastgesteld op basis van de stand per 31 december 2014. • 1,3125% van een twaalfde deel van de laatst geldende pensioengrondslag voor iedere kalendermaand vanaf 1 juli 2021 tot het moment dat de pensioenleeftijd zou zijn bereikt. 3. Het Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend volgende op de maand die waarin de Deelnemer overlijdt. 3(gewezen) deelnemer c.q. Het Partnerpensioen de pensioengerechtigde die ouderdomspensioen ontvangt is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de Partner overlijdtpartner overlijdt onverminderd het bepaalde in artikel 15 leden 3 tot en met 9 van dit reglement. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een Geen aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen partnerpensioen bestaat: - indien de Deelnemersjaren partner veroordeeld is voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx (gewezen) deelnemer respectievelijk pensioengerechtigde die ouderdomspensioen ontvangt ten gevolge heeft gehad zal gehad, of aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerd. 6. Na ingang een dergelijk misdrijf medeplichtig is geweest; of - indien het aangaan van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van huwelijk, het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met geregistreerd partnerschap of het kapitaal sluiten van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6)samenlevingsovereenkomst, kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde bedoeld in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig lid 9, van toepassingdit reglement plaatsvond op of ná de pensioendatum. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht Voor deelnemers aan de excedentpensioenregeling wordt op Partnerpensioen heeft risicobasis een partnerpensioen verzekerd. Dit partnerpensioen is gelijk aan 1,225% van de Partner laatst vastgestelde excedent pensioengrondslag vermenigvuldigd met wie het aantal te bereiken deelnemersjaren in de Deelnemer basisregeling, zoals omschreven in artikel 23, hierbij rekening houdend met de (gewogen) deeltijdfactor. Voor deelnemers die op 31 december 2005 in dienst waren van de werkgever worden de deelnemersjaren vanaf 1 januari 2004 of latere datum indiensttreding meegenomen. Voor deelnemers met pensioengevende variabele salarisbestanddelen wordt het tijdstip jaarlijks partnerpensioen verhoogd met 1,225% van overlijden een Partnerrelatie hadhet laatstelijk voor de deelnemers vastgestelde variabele excedent pensioengrondslag risicodekking vermenigvuldigd met het aantal te bereiken deelnemersjaren in de basisregeling, zoals omschreven in artikel 23. 2. Het Partnerpensioen gaat partnerpensioen als bedoeld in op lid 1 wordt verminderd met het partnerpensioen dat verkrijgbaar is uit het opgebouwde pensioenkapitaal, zoals bedoeld in artikel 37 lid 3. Buiten beschouwing blijft het partnerpensioen dat verkregen kan worden uit het pensioenkapitaal dat is verkregen uit waardeoverdracht als bedoeld in artikel 12 lid 2 en uit waardeoverdracht als bedoeld in artikel 36 lid 4 en lid 5. Buiten beschouwing blijft ook het pensioenkapitaal dat voor de eerste dag deelnemer bij de vermogensbeheerder is gevormd uit hoofde van de maand volgend op de maand waarin de Deelnemer overlijdtdeelname aan pensioenregelingen van rechtsvoorgangers van Hewlett-Packard zoals die golden voor 1 januari 2004. 3. Het Partnerpensioen Bij beëindiging van het deelnemerschap anders dan door overlijden, vervalt de aanspraak op partnerpensioen uit de excedentpensioenregeling. Voor de toepassing van dit artikel wordt uitgekeerd tot het deelnemerschap geacht voort te duren voor zover en met zolang het fonds premievrije voortzetting van pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid, als bedoeld in artikel 30, verleent. De (gewezen) deelnemer die na beëindiging van het deelnemerschap recht heeft op een uitkering op grond van de maand waarin Werkloosheidswet behoudt gedurende de Partner overlijdtperiode dat hij een uitkering ontvangt aanspraak op partnerpensioen ten behoeve van zijn partner. De hoogte van dit partnerpensioen wordt tijdsevenredig vastgesteld uitgaande van de fictie dat het partnerpensioen op opbouwbasis was overeengekomen, een en ander conform artikel 55 lid 5 van de Pensioenwet. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% Bij beëindiging van het huwelijk dan wel het geregistreerd partnerschap van de Pensioengrondslag voor deelnemer aan de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% excedentpensioenregeling door scheiding dan wel in geval van beëindiging van de Pensioengrondslag voor gezamenlijke huishouding, verkrijgt de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een ex- partner geen aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheidingeen bijzonder partnerpensioen. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum De aanspraak op partnerpensioen wordt bij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerdna ingang jaarlijks verhoogd overeenkomstig hetgeen in artikel 28A is vastgelegd. 6. Na ingang De financiering van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening geschiedt door betaling van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8jaarlijkse risicopremies. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat aangesloten ondernemingen nemen deze kosten voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassinghun rekening. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht op Partnerpensioen heeft de Partner met wie de Deelnemer op het tijdstip van overlijden een Partnerrelatie had. 2. Het Partnerpensioen partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de Deelnemer overlijdt. 3. Het Partnerpensioen (gewezen) deelnemer of gepensioneerde is overleden en wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de Partner (gewezen) partner overlijdt. 2. Het jaarlijkse partnerpensioen bedraagt voor elk vanaf 1 januari 2015 in deelnemerschap bij het fonds doorgebracht deelnemersjaar 1,12% van de in het betreffende deelnemersjaar geldende pensioengrondslag. 3. Na het overlijden van een deelnemer heeft de partner recht op een jaarlijks partnerpensioen van: a. het partnerpensioen dat ten tijde van het overlijden op grond van lid 2 is opgebouwd; vermeerderd met; b. 70% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer vanaf de overlijdensdatum tot aan de reguliere pensioendatum zou hebben bereikt. Hierbij wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag. Deze laatst vastgestelde pensioengrondslag wordt gecorrigeerd indien en voor zover provisie (artikel 1, lid 13, sub c) onderdeel is van het jaarsalaris. Alsdan zal niet de provisie van het betreffende jaar, maar de gemiddelde provisie over de 5 jaar voorafgaand aan het overlijden als pensioengevend worden aangemerkt. Indien het deelnemerschap op de overlijdensdatum minder dan 5 volle kalenderjaren heeft geduurd, wordt het gemiddelde genomen over het verstreken deel van de deelnemerstijd. Dit gemiddelde wordt vervolgens gemaximeerd op een provisie die naar redelijkheid te verwachten is; vermeerderd met; c. het premievrije partnerpensioen dat is verkregen na de uitruil van het tussen 1 januari 2001 en 1 januari 2015 bij dit pensioenfonds opgebouwde ouderdomspensioen op grond van artikel 26 lid 4; d. de tot 1 januari 2001 opgebouwde premievrije aanspraken op partnerpensioen op grond van artikel 26 lid 1. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% Bij overlijden na beëindiging van het deelnemerschap is het partnerpensioen gelijk aan de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassingoverlijdensdatum geldende premievrije aanspraak op partnerpensioen. 5. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum werknemer als bedoeld in artikel 3 lid 3, wordt bij de berekening het partnerpensioen vastgesteld op 70% van het Partnerpensioen te bereiken ouderdomspensioen, waarop hij overeenkomstig artikel 5 aanspraak zou hebben gehad, indien hij wel voor het deelnemerschap in aanmerking was gekomen. Hierbij wordt uitgegaan van de veronderstelling uitgegaan dat laatst vastgestelde pensioengrondslag. Deze laatst vastgestelde pensioengrondslag wordt gecorrigeerd indien en voor zover provisie (artikel 1, lid 13, sub c) onderdeel is van het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot jaarsalaris. Alsdan zal niet de Pensioendatumprovisie van het betreffende jaar, maar de gemiddelde provisie over de 5 jaar voorafgaand aan het overlijden als pensioengevend worden aangemerkt. Indien het deelnemerschap op de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig overlijdensdatum minder dan 5 volle kalenderjaren heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood geduurd, wordt het gemiddelde genomen over het verstreken deel van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerddeelnemerstijd. Dit gemiddelde wordt vervolgens gemaximeerd op een provisie die naar redelijkheid te verwachten is. 6. Na ingang Indien de deelnemer na echtscheiding of ontbinding van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening huwelijk na scheiding van tafel en bed c.q. na beëindiging van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis (geregistreerde) partnerschap zoals omschreven in sub b en c van artikel 25 lid 1. 7. Indien met 1 definitie 15 opnieuw in het kapitaal huwelijk treedt of een geregistreerd dan wel niet-geregistreerd partnerschap aangaat, wordt het aan de volgende partner toegekende partnerpensioen vastgesteld onder aftrek van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht het (zie artikel 6de) bijzondere partnerpensioen(en), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde als bedoeld in artikel 19 lid 1613. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Partnerpensioen. Partnerpensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschap 1. Recht op Partnerpensioen heeft de Partner met wie de Deelnemer op het tijdstip van overlijden een Partnerrelatie had. 2. Het Partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de Deelnemer overlijdt. 3. Het Partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de Partner overlijdt. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering tot het bedrag zoals bedoeld in artikel Artikel 18ga van de Wet op de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel Artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheiding. 5. Bij overlijden van de Deelnemer vóór de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening van het Partnerpensioen van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerd. 6. Na ingang van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel Artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel Artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel Artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal van de MUP-rekening dat voor de aankoop van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassing. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel Artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel Artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pension Regulations

Partnerpensioen. Partnerpensioen 1. Het jaarlijkse partnerpensioen bedraagt vanaf 1 januari 2015 70% van de voor de deelnemer vastgestelde opbouw van het ouderdomspensioen in geval van overlijden tijdens het Deelnemerschapenig jaar, zoals bepaald in artikel 6, lid 1. Recht Het partnerpensioen wordt eventueel vermeerderd met het partnerpensioen als bedoeld in artikel 38. Het partnerpensioen is gelijk aan de som van de opgebouwde aanspraken op Partnerpensioen heeft partnerpensioen, de Partner eventuele opgebouwde aanspraken op partnerpensioen als bedoeld in artikel 38 en de eventuele toeslagen uit hoofde van artikel 24. 2. Bij overlijden van de deelnemer tijdens het deelnemerschap wordt het opgebouwde partnerpensioen op de datum van overlijden verhoogd met wie het partnerpensioen dat de Deelnemer deelnemer tot de pensioenrichtdatum zou hebben kunnen opbouwen op basis van de pensioengrondslag geldend op het tijdstip van overlijden van de deelnemer en 70% van het streefopbouwpercentage van 1,875%. Dit partnerpensioen wordt daarnaast verhoogd met een Partnerrelatie had. 2tijdelijk partnerpensioen ter grootte van 25% van het ouderdomspensioen zoals bepaald in artikel 6, lid 1, maar dan vastgesteld alsof de deelnemer tot de pensioenrichtdatum zou hebben deelgenomen op basis van de pensioengrondslag geldend op het tijdstip van overlijden van de deelnemer en het streefopbouwpercentage van 1,875%. Het Partnerpensioen Dit tijdelijke partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de deelnemer en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand waarin volgend op het bereiken van de Deelnemer overlijdtAOW-datum van de partner en is op risicobasis verzekerd. 3. Het Partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met Bij overlijden nadat het deelnemerschap is beëindigd, is het partnerpensioen gelijk aan de maand waarin premievrije aanspraak op partnerpensioen die de Partner overlijdtgewezen deelnemer heeft verkregen bij het einde van het deelnemerschap, dan wel de aanspraak op het partnerpensioen die de gepensioneerde heeft verkregen bij de pensionering, inclusief de nadien toegekende toeslagen uit hoofde van artikel 24. 4. Het Partnerpensioen bedraagt voor ieder Deelnemersjaar vanaf 1 januari 2015 1,16% partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen. Voor Deelnemersjaren liggend vóór 1 januari 2015 bedraagt maand volgend op het Partnerpensioen voor ieder Deelnemersjaar 1,33% overlijden van de Pensioengrondslag voor de risicodekkingen ultimo 2014. Voor Deelnemersjaren liggend voor 1 januari 2015 is de maximering deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde en wordt uitbetaald tot en met het bedrag zoals bedoeld in artikel 18ga einde van de Wet op maand van overlijden van de Loonbelasting 1964 niet van toepassing. In geval van een eerdere Scheiding waarbij een Gewezen Partner een aanspraak op Bijzonder Partnerpensioenkapitaal heeft verkregen op basis van artikel 19 lid 2, tellen de Deelnemersjaren voor de berekening van het in de vorige volzinnen omschreven Partnerpensioen vanaf de datum Scheidingpartner. 5. Bij overlijden Indien er sprake is geweest van een eerdere partnerrelatie ter zake waarvan door een gewezen partner recht op bijzonder partnerpensioen is verworven of had kunnen zijn verworven indien geen gebruik zou zijn gemaakt van de Deelnemer vóór mogelijkheid van conversie als bedoeld in artikel 20, lid 6 wordt het partnerpensioen berekend over de Pensioeningangsdatum wordt bij de berekening periode van deelnemerschap na het Partnerpensioen tijdstip van de veronderstelling uitgegaan dat het Deelnemerschap ongewijzigd zou hebben voortgeduurd tot de Pensioendatum. Indien de Partner zich blijkens een gerechtelijk vonnis (mede) schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf dat de dood beëindiging van de Xxxxxxxxx ten gevolge heeft gehad zal aan de Partner geen Partnerpensioen worden uitgekeerddie eerdere partnerrelatie. 6. Na ingang Bij het vaststellen van het partnerpensioen vindt de voorwaardelijke toeslagverlening van het Partnerpensioen op risicobasis plaats op basis van artikel 25 lid 1. 7. Indien met het kapitaal van de MUP-rekening Partnerpensioen wordt aangekocht (zie artikel 6), kan dat uitsluitend ten behoeve van de Partner waarmee de (Gewezen) Deelnemer op het tijdstip van aankoop een Partnerrelatie heeft, met uitzondering van het bepaalde in artikel 19 lid 16. 8. De hoogte van het aan te kopen Partnerpensioen wordt bepaald door: de hoogte van het kapitaal partnerpensioen wordt rekening gehouden met de gemaakte keuzes zoals bedoeld in Hoofdstuk IV. Indien de deelnemer of gewezen deelnemer bij ingang van het ouderdomspensioen geen partner heeft, wordt het opgebouwde partnerpensioen, voor zover niet toekomend aan een gewezen partner, omgezet in extra ouderdomspensioen op basis van de MUP-rekening dat voor ruilvoet die volgens de aankoop Bijlage van Partnerpensioen wordt gebruikt; de door het Fonds op het tijdstip van aankoop te hanteren aankooptarieven Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 is overeenkomstig van toepassingtoepassing is. 9. De Deelnemer heeft overeenkomstig artikel 6, lid 3 het recht om met het kapitaal van de MUP-rekening pensioenen bij een wettelijk toegelaten pensioenuitvoerder naar de keuze van de Deelnemer aan te kopen. Het bepaalde in artikel 6, lid 3 is in dat geval overeenkomstig van toepassing.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement