Personeelsbeleid. Paragraaf 1 Dienstverband en instrumenten personeelsbeleid
Personeelsbeleid. 1. De werkgever zal bij voortduring streven naar het toepassen en waar mogelijk uitbouwen van een goed en verantwoord personeelsbeleid.
2. Als onderdelen hiervan zal onder meer bijzondere aandacht besteed worden aan de begeleiding van de werknemers en aan de informatie aan de werknemers over de onderneming.
3. Iedere werknemer wordt naar vermogen de gelegenheid geboden werkzaam te zijn overeenkomstig zijn bekwaamheden en zijn geestelijke en lichamelijke eigenschappen waardoor hij een zo groot mogelijke voldoening in zijn werk kan vinden en een zo nuttig mogelijke bijdrage geeft in het resultaat van de gezamenlijke arbeid.
4. Om de werknemers in staat te stellen hun functie binnen de onderneming zo goed mogelijk te blijven vervullen, mede gelet op de veiligheid, de gezondheid en het welzijn binnen hun werkzaamheden, zal de werkgever zorg dragen voor doeltreffend en op deze werkzaamheden gericht onderricht, dan wel gelegenheid geven tot het volgen van dit onderricht, indien zij hiertoe de noodzaak aanwezig acht. Daarnaast zal de werkgever de werknemers de gelegenheid geven hun kennis en bekwaamheden te ontwikkelen, alsmede deze aan te passen aan technische en andere ontwikkelingen, in verband met de mogelijkheid in aanmerking te komen voor plaatsing in zich voordoende vacatures.
Personeelsbeleid. De Vakraad voor de Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven is van oordeel dat het aanbeveling verdient dat in een onderneming waarin 100 of meer werknemers werkzaam zijn een personeelsfunctionaris wordt aangesteld. Ondernemingen waarin minder dan 100 werknemers werkzaam zijn, wordt aanbevolen om ter ondersteuning van het personeelsbeleid in de onderneming gebruik te maken van de diensten van een externe personeelsdienst.
Personeelsbeleid. De visie van werkgever is een organisatie te zijn waar mensen wil- len komen werken, langere tijd willen blijven werken, en elke dag de best mogelijke inzet willen geven. Wanneer er veranderingen zijn, implementeren de medewerkers deze met enthousiasme en creativiteit. Om deze visie waar te kunnen maken zal de werkgever bij voortdu- ring streven naar het toepassen en waar mogelijk uitbouwen van een goed en verantwoord personeelsbeleid. In dit beleid is het uitgangspunt: de juiste man/vrouw op de juiste plaats. Iedere werknemer wordt in dat kader naar vermogen de gelegenheid geboden werkzaam te zijn overeenkomstig zijn bekwaamheden en zijn geestelijke en lichamelijke eigenschappen. Indien blijkt dat de werknemer in onvoldoende mate aan de gestel- de functie-eisen voldoet, is de werkgever gehouden in overleg met de werknemer te onderzoeken of geen andere passende arbeid binnen de onderneming voorhanden is. Ook zal de werkgever een beleid voeren dat gericht is op het stimu- leren van gewenste en het bestrijden van ongewenste omgangs- vormen met als doel een prettig arbeidsklimaat in stand te houden of te creëren. Discriminatie past niet binnen dit beleid. Een verdere uitwerking van het beleid inzake gewenste omgangsvormen is te vinden in de HR regeling Beleid Gewenste Omgangsvormen. Het hiervoor genoemde beginsel met betrekking tot gelijke be- handeling (anti-discriminatie) geldt niet in geval van specifieke beschermende bepalingen voor bepaalde groepen en evenmin, indien het onderscheid tot doel heeft bedoelde personen een be- voorrechte positie toe te kennen teneinde feitelijke ongelijkheden op te heffen of te verminderen en het gemaakte onderscheid in een redelijke verhouding staat tot dat doel. Daarnaast streeft de werkgever continue naar verbetering op het gebied van arbeidsomstandigheden om arbeidsongevallen en beroepsziekten te voorkomen, de gezondheid op het werk te beschermen en het welzijn van werknemers te bevorderen. Zij zal zo nodig naast de wettelijke voorschriften zoals de Arbeidsomstan- dighedenwet, zelf beveiligingsregels opstellen en beveiligingsmid- delen verstrekken. Een verdere uitwerking van het beleid inzake arbeidsomstandigheden is te vinden in de HR regeling Arbeidsom- standighedenbeleid. Bovendien streeft de werkgever ernaar zich extra inspanning te getroosten om op jaarbasis 50 arbeidsplaatsen te scheppen voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt, in het bijzonder voor her- intredende vrouwen, werkloze jongeren en allochtonen.
Personeelsbeleid. Om zijn opdracht uit te voeren, beslist het APB, binnen het door de provincieraad goedgekeurde organogram, over zijn personeelsbeleid. Nieuwe functies worden ingeschaald binnen een door de provincie Antwerpen gebruikte salarisschaal en op een vergelijkbaar marktconform verloningsniveau, zoals voorzien binnen de provinciale organisatiestructuur.
Personeelsbeleid. Om zijn opdracht uit te voeren, beslist het EVAP, binnen het door de provincieraad goedgekeurde organogram, over zijn personeelsbeleid. Nieuwe functies worden, indien mogelijk, ingeschaald binnen een door de provincie Antwerpen gebruikte salarisschaal en op een vergelijkbaar marktconform verloningsniveau, zoals voorzien binnen de provinciale organisatiestructuur. Het EVAP werkt zelf een salarisschaal uit voor betrekkingen die niet bestaan binnen de provincie Antwerpen.
Personeelsbeleid. Directie en OR/PVT bepalen gezamenlijk wanneer het personeelsbeleid voldoende is ontwikkeld om het voorgestelde demotiebeleid in te voeren. De bestuurder stuurt het akkoord naar de vakbonden. De OR/PVT heeft een bedenktijd van 3 maanden, vanaf het moment dat er een akkoord is. De OR/PVT mag de vakbonden raadplegen. De OR/PVT is de gesprekspartner voor de bestuurder.
Personeelsbeleid. Flexibilisering vrije dagen
Personeelsbeleid vervallen
Personeelsbeleid. Het Schap heeft in materiële zin geen personeel in dienst. Derhalve is een personeelsbeleid niet van toepassing.