RECHTEN VAN DE MENS Voorbeeldclausules

RECHTEN VAN DE MENS. INTERNATIONAAL VERDRAG BURGERRECHTEN EN POLITIEKE RECHTEN
RECHTEN VAN DE MENS. De leden van de raad van bestuur onthouden zich ervan om – met behulp van materiaal in eigendom van de vzw Sportzak, of tijdens activiteiten van de vzw – gedragingen of uitlatingen te stellen die strijdig zijn met de grondrechten en de rechten van de mens, zoals die gevonden kunnen worden in de Belgische Grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
RECHTEN VAN DE MENS. P.2010.0298.F Het feit dat de juiste periode tijdens dewelke de machtiging tot het uitvoeren van de observatie verleend is, in bepaalde gevallen niet in het proces-verbaal van uitvoering is vermeld en bijgevolg niet aan de inverdenkinggestelde ter kennis is gebracht, levert geen schending op van artikel 6 E.V.R.M.; dit is voor de inverdenkinggestelde weliswaar een beperking van zijn recht van verdediging die evenwel verantwoord is door de noodzaak de gebruikte technische hulpmiddelen en de politionele onderzoekstechnieken af te schermen alsmede de veiligheid van de uitvoerders te vrijwaren en hun identiteit af te schermen en die wordt gecompenseerd door het feit dat de regelmatigheid van uitgevoerde opsporingsmethoden getoetst wordt door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht, hier de kamer van inbeschuldigingstelling, en door het feit dat de inverdenkinggestelde in de latere stadia van de rechtspleging op basis van het open dossier al zijn rechtsmiddelen tegen de aangewende opsporingsmethoden zal kunnen aanwenden (1). (1) Zie Cass., 23 aug. 2005, AR P.05.0805.N, A.C., 2005, nr 399 met concl. adv.-gen. Xxxxxxxxxxxxx; Cass., 24 jan. 2006, AR P.06.0082.N, A.C., 2006, nr 52; Cass., 25 sept. 2007, AR P.07.0677.N, A.C., 2007, nr 433; Cass., 15 dec. 2009, AR P.09.1681.N, A.C., 2009, nr Zie ook Arbitragehof, arrest nr 202/2004 van 21 dec. 2004, B. 28 en B.29.
RECHTEN VAN DE MENS. VERDRAG RECHTEN VAN DE MENS. — Artikel 6. — Artikel 6.1. —
RECHTEN VAN DE MENS. Indien er tegenstelling zou kunnen ontstaan tussen de beoefening van de vrije meningsuiting en andere fundamentele rechten van de mens, moeten uitgevers en hoofdredacteuren op eigen verantwoordelijkheid beslissen aan welk recht voorrang verleend wordt, na raadpleging van de betrokken journalisten.
RECHTEN VAN DE MENS. P.2015.0713.N AC nr. ... De door de politie vergaarde informaties die aanleiding kunnen geven tot nadere opsporing zijn slechts gewone inlichtingen die door het opsporingsonderzoek of een gerechtelijk onderzoek moeten worden nagegaan en noch het recht van verdediging, noch het recht op een eerlijk proces, noch het recht op de persoonlijke levenssfeer worden miskend en geen enkele wettelijke of verdragsrechtelijke bepaling wordt geschonden door de omstandigheid dat de aanwijzingen dat een misdrijf werd gepleegd, voortvloeien uit dergelijke al dan niet geïdentificeerde inlichtingen die in het proces-verbaal worden bestempeld als “informatie”; het feit dat zulke inlichtingen als dusdanig geen bewijswaarde hebben en dus als bewijs niet worden gebruikt, belet immers niet dat op grond hiervan autonoom bewijzen kunnen worden vergaard, zonder dat concreet moet worden verduidelijkt hoe de inlichtingen werden verkregen, voor zover niet aannemelijk wordt gemaakt dat zulks op onregelmatige wijze is geschied (1). (1) Cass. 5 februari 2013, AR P.12.0673.N, T. Strafr. 2014/1, 55; zie X. XXXXXXXXXX,‘ De zoektocht naar of de jacht op de herkomst van de politionele informatie als start van een strafrechtelijk vooronderzoek‘, T. Strafr. 2014/1, 47-53. 27 september 2016 27 september 2016 P.2015.0852.N AC nr. ... De door de politie vergaarde informaties die aanleiding kunnen geven tot nadere opsporing zijn slechts gewone inlichtingen die door het opsporingsonderzoek of een gerechtelijk onderzoek moeten worden nagegaan en noch het recht van verdediging, noch het recht op een eerlijk proces, noch het recht op de persoonlijke levenssfeer worden miskend en geen enkele wettelijke of verdragsrechtelijke bepaling wordt geschonden door de omstandigheid dat de aanwijzingen dat een misdrijf werd gepleegd, voortvloeien uit dergelijke al dan niet geïdentificeerde inlichtingen die in het proces-verbaal worden bestempeld als “informatie”; het feit dat zulke inlichtingen als dusdanig geen bewijswaarde hebben en dus als bewijs niet worden gebruikt, belet immers niet dat op grond hiervan autonoom bewijzen kunnen worden vergaard, zonder dat concreet moet worden verduidelijkt hoe de inlichtingen werden verkregen, voor zover niet aannemelijk wordt gemaakt dat zulks op onregelmatige wijze is geschied (1). (1) Cass. 5 februari 2013, AR P.12.0673.N, T. Strafr. 2014/1, 55; zie X. XXXXXXXXXX,‘ De zoektocht naar of de jacht op de herkomst van de politionele informatie als start van een strafrechtelijk ...
RECHTEN VAN DE MENS. P.2014.1555.N AC nr. ... Uit de omstandigheid dat de appelrechters de door de beklaagde aangevoerde feitelijke gegevens over zijn alcoholconsumptie als niet-geloofwaardig verwerpen, kan niet worden afgeleid dat zij de bewijslast omkeren noch dat zij het vermoeden van onschuld miskennen. 19 april 2016 19 april 2016 P.2015.1382.N AC nr. ... Conclusie van advocaat-generaal m.o. Winants. 19 april 2016 19 april 2016 P.2015.1639.N AC nr. ... Uit de artikelen 6 en 13 EVRM volgt niet dat een ter gelegenheid van de regeling van de rechtspleging vastgestelde overschrijding van de redelijke termijn, die niet heeft geleid tot een onherstelbare miskenning van het recht van verdediging van de inverdenkinggestelde of het teloorgaan van bewijsmateriaal, moet worden gesanctioneerd met een verval van de strafvordering of een buitenvervolgingstelling; het rechtsherstel waarop de inverdenkinggestelde ingevolge deze verdragsbepalingen is gerechtigd, kan bestaan in een voor de burgerlijke rechtbank te vorderen schadevergoeding of de vaststelling door het onderzoeksgerecht van die overschrijding, waarmee de vonnisrechter in het licht van de gehele rechtspleging rekening moet houden en waaruit hij de bij de wet bepaalde gevolgen moet afleiden (1). (1) Cass. 14 april 2015, XX X.00.0000.X, XX 0000, nr. 250. 1 maart 2016 1 maart 2016 P.2015.1272.N AC nr. ... De rechter in kort geding en het hof van beroep verantwoorden niet naar recht hun beslissing dat zij zonder rechtsmacht zijn om uitspraak te doen over de vordering tot veroordeling van de Staat tot het uitreiken van visa, die gegrond is op het burgerlijk recht op eerbiediging van de fysieke integriteit en op het verbod van onmenselijke of vernederende behandelingen, zonder te onderzoeken of de fysieke integriteit van de eisers werd bedreigd omdat de Staat had verzuimd het arrest van de raad voor vreemdelingenbetwistingen ten uitvoer te leggen (1). (1) Zie concl. OM in Pas. 2016, nr. … . - Artt. 39/1, § 1, tweede lid, 39/82, § 1, eerste lid, 39/84, Wet van 15 dec. 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen 15 april 2016 15 april 2016 C.2013.0343.F AC nr. ... Conclusie van advocaat-generaal Xxxxxxxxxxxxx. 9 maart 2016 9 maart 2016 P.2015.1679.F AC nr. ... Het algemeen rechtsbeginsel non bis in idem en artikel 4.1 Aanvullend protocol nr. 7 EVRM verbieden om twee straffen van dezelfde aard uit te spreken ten laste van eenzelfde persoon wegens identieke feiten of f...
RECHTEN VAN DE MENS. S.2013.0085.F AC nr. ...
RECHTEN VAN DE MENS. P.2001.0041.F
RECHTEN VAN DE MENS. Stedenbouw - Herstel van de plaats in de oorspronkelijke toestand - Straf - Gevolg - Persoonlijk karakter van de straf - Toepassing - Art. 6.1 Verdrag van 4 nov. 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden - Art. 149, § 1 Stedenbouwdecreet 1999 Decr. van de Vlaamse Raad 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening