Rusttijd Voorbeeldclausules

Rusttijd. Rusttijd in de fabriek nodig geworden door overschrijding van de arbeidstijd aansluitend aan de normale arbeidstijd, zal tot een maximum van een half uur als zodanig worden betaald.
Rusttijd a. De werknemer heeft recht op voldoende rusttijd tussen zijn werkdagen. Dit is geregeld in de Arbeidstijdenwet en de Nadere regeling kinderarbeid. b. Voor de werknemer van 16 of 17 jaar wijkt de cao-regeling daar als volgt van af. Per 24 uur heeft deze werknemer recht op ten minste twaalf uur onafgebroken rust. In die rusttijd vallen de uren tussen 22.00 uur en 06.00 uur of die tussen 23.00 uur en 07.00 uur. Met ‘24 uur’ wordt hier bedoeld: een aaneengesloten periode van 24 uur, gerekend vanaf het begin van de werkdag van de werknemer.
Rusttijd. Gedurende de looptijd van de cao wordt onderzoek gedaan naar de wensen en mogelijkheden binnen de sector ten opzichte van het wel/niet kunnen afmaken van een kraamperiode en 8 dagen achtereen werken.
Rusttijd. 1. Onder rusttijd wordt verstaan de tijd, die als regel wordt doorgebracht buiten de werklokalen, hetzij in de onderneming op de daarvoor aanwezige plaatsen of daarbuiten. 2. Naar gelang de aard van de werkzaamheden wordt de rusttijd met inachtneming van de wettelijke voorschriften voor de verschillende afdelingen vastgesteld. 3. De rusttijd die moet worden doorgebracht op de plaats van het werk en gedu- rende welke de verantwoordelijkheid voor het werk niet ophoudt, wordt niet als rusttijd gerekend.
Rusttijd. Dagelijkse rusttijd: de medewerker dient per 24 uur een dagelijkse minimale onafgebroken rust van 11 uur te hebben. Ook bij een nachtdienst tot en met 02:00, heeft de medewerker recht op een aaneengesloten rusttijd van 11 uur. Bij een nachtdienst die na 02:00 uur eindigt, heeft de medewerker recht op een aaneengesloten rusttijd van 14 uur. ▪ Wekelijkse rust: de wekelijkse rusttijd bedraagt 36 uur per periode van 7x24 uur of 60 uur per periode van 9x24 uur. De berekening van deze periode begint te lopen vanaf het moment dat de dienstenreeks start. ▪ Een vrije dag volgens het rooster tussen twee diensten telt voor 30 uur waarbij twee of meer aaneengesloten vrije dagen ieder voor 24 uur tellen. ▪ Voor de groep internationaal machinisten gelden afwijkende regels, zie artikel 22.
Rusttijd. Het kan voorkomen dat je vanwege de Arbeidstijdenwet later dan gebruikelijk moet beginnen met je werkzaam- heden. In dat geval wordt de tijd tussen je gebruikelijke begintijd en je werkelijke begintijd als ‘geoorloofd verzuim’ aangemerkt.
Rusttijd. De rusttijd tussen de laatste werkzaamheid op een dag en de eerste op de volgende dag zal tenminste 10 uur bedragen.
Rusttijd. Als de werknemer als gevolg van de Arbeidstijdenwet later moet aanvangen met zijn werkzaamhe- den, wordt de tijd tussen aanvang basispatroon en werkelijke aanvangstijd in TRS geboekt als ‘ge- oorloofd verzuim’. Dit is in de praktijk op eenzelfde wijze van toepassing op een medewerker die ge- bruik maakt van afwezigheidsregistratie, alleen wordt dit niet vastgelegd in een systeem.
Rusttijd. Artikel 5:Wettelijk vastgestelde feestdagen
Rusttijd. De tijd dat de medewerker geen arbeid verricht of dienst heeft (in principe van