Salarisgroepen en salarisschalen Voorbeeldclausules

Salarisgroepen en salarisschalen. 2.1 Per 1 januari 2019 geldt een nieuwe beloningsstructuur. De salarisschalen, opgenomen in bijlage 2, zijn minimum schaalsalarissen voor de volgende groepen:
Salarisgroepen en salarisschalen. NB. Onder verwijzing naar het bepaalde in Protocollaire Bepaling nr 7 van deze CAO zal de inhoud van deze bijlage worden aangepast, zodra CAO-partijen over- eenstemming hebben bereikt over de invoering van een nieuw loongebouw met bij- behorend indelingsinstrument per 1 juli 2004. Ten behoeve van de implementatie zullen CAO-partijen nog nadere invoeringsafspraken vaststellen.
Salarisgroepen en salarisschalen a. De salarisschalen, opgenomen in bijlage 3, zijn minimum schaalsalarissen voor: - salarisgroep 1 tot en met 6, gebaseerd op een periodiekenstructuur - salarisgroep 7 tot en met 12 gebaseerd op de beloningsstructuur geldend per 1 januari 2019 met open schalen met enkel een minimum en een maximum. Voor de commerciële buitendiensten (inclusief (National) Account Management) geldt een variabel beloningssysteem. De uitgangspunten van het systeem van variabele beloning en de bij dit systeem behorende salarisschalen zijn opgenomen in bijlage 4. b. Toekenning van de individuele beoordelingsverhoging gebeurt in de regel één keer per jaar met ingang van de maand januari. Deze beoordelingsverhoging wordt toegewezen op basis van de beoordelingsprocedure. Om een goede en zorgvuldige beoordelingsprocedure te kunnen voeren, is bepaald dat de vaststelling van deze individuele beoordelingsverhoging uiterlijk in februari aansluitend op het kalenderjaar waarop de beoordelingsprocedure betrekking heeft plaatsvindt, en de betaling van deze individuele beoordelingsverhoging uiterlijk aansluitend in maart plaatsvindt, met terugwerkende kracht berekend vanaf januari. Met ingang van 1 januari 2024 geldt hiervoor het volgende: Toekenning van de individuele beoordelingsverhoging gebeurt één keer per jaar, met de daarvoor bepaalde regels, met ingang van de maand maart. Deze beoordelingsverhoging wordt toegewezen op basis van de beoordelingsprocedure. Om een goede en zorgvuldige beoordelingsprocedure te kunnen voeren, is bepaald dat de vaststelling van deze individuele beoordeling uiterlijk in februari aansluitend op het kalenderjaar waarop de beoordelingsprocedure betrekking heeft plaatsvindt, en de betaling van de individuele beoordelingsverhoging uiterlijk aansluitend in maart plaatsvindt. Door het verschuiven van de cyclus wordt een eenmalige compensatie uitgekeerd over de gemiste maanden januari en februari 2024. De compensatie wordt uitgekeerd met de salarisbetaling van maart 2024. a. Een medewerker in salarisgroep 1 tot en met 6 ontvangt ieder jaar met ingang van de maand januari een periodiek totdat hij het maximum van zijn betreffende schaal heeft bereikt. De betaling van deze periodiek zal na afloop van het kalenderjaar waarop de beoordelingsprocedure betrekking heeft in de maand maart, met terugwerkende kracht berekend vanaf januari, plaatsvinden. Met ingang van 1 januari 2024 geldt hiervoor het volgende: Een medewerker in salarisgroep 1 tot en met 6 ontvangt ieder jaar m...
Salarisgroepen en salarisschalen a. De salarisschalen, opgenomen in bijlage 3, zijn minimum schaalsalarissen voor: - salarisgroep 7 tot en met 9 en beoordelingslijn B; - salarisgroep 10 tot en met 12 en beoordelingslijn 60. Voor de commerciële buitendiensten (inclusief (National) Account Management) geldt een variabel beloningssysteem. De uitgangspunten van het systeem van variabele beloning en de bij dit systeem behorende salarisschalen zijn opgenomen in bijlage 4. b. Toekenning van de individuele beoordelingsverhoging gebeurt in de regel één keer per jaar met ingang van de maand januari. Deze beoordelingsverhoging wordt toegewezen op basis van de beoordelingsprocedure. Om een goede en zorgvuldige beoordelingsprocedure te kunnen voeren, is bepaald dat de vaststelling van deze individuele beoordellngsverhoging uiterlijk in februari aansluitend op het kalenderjaar waarop de beoordelingsprocedure betrekking heeft plaatsvindt, en de betaling van deze individuele beoordelingsverhoging uiterlijk aansluitend in maart plaatsvindt, met terugwerkende kracht berekend vanaf januari. Naar aanleiding van deze beoordelingsprocedure kan een medewerker in een lagere beoordelingslijn worden geplaatst. Tijdens het tussentijdse beoordelingsgesprek halverwege het jaar zal de leidinggevende aangeven of, bij ongewijzigd functioneren, de verwachte eindbeoordeling leidt tot een lagere beoordelingslijn. De medewerker heeft vervolgens tot het einde van het jaar de tijd om zijn functioneren te verbeteren en de eindbeoordeling positief te beïnvloeden. Als de eindbeoordeling hetzelfde blijft, zal de beoordelingsverlaging met ingang van de maand maart van het nieuwe kalenderjaar ingaan. a. Een medewerker ontvangt ieder jaar met ingang van de maand januari een periodiek totdat hij het maximum van zijn betreffende schaal heeft bereikt. De betaling van deze periodiek zal na afloop van het kalenderjaar waarop de beoordelingsprocedure betrekking heeft in de maand maart, met terugwerkende kracht berekend vanaf januari, plaatsvinden. b. Xxxxxx een medewerker op of na 1 oktober in dienst, dan verandert het aantal periodieken niet vanaf de maand januari van het volgende jaar. a. Als een medewerker voor wie de periodiekenschaal geldt in een hogere salarisgroep wordt ingedeeld, ontvangt hij het schaalsalaris plus een promotieverhoging. De promotieverhoging is gelijk aan 75% van het verschil tussen de minimum schaalsalarissen bij 0 periodieken in de oude en nieuwe salarisgroep. b. Met het verhoogde schaalsalaris (zie artikel 15 l...

Related to Salarisgroepen en salarisschalen

  • Functiegroepen en salarisschalen a. De functies die onder de werkingssfeer van de cao-Mediq BV vallen, zijn ingedeeld in tien functiegroepen. De indeling is vermeld in bijlage 1 van deze overeenkomst. b. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal zoals opgenomen in bijlage 2 van deze overeenkomst. De schalen hebben betrekking op een gemiddelde werktijd van 38 uur per week. De salarissen voor werknemers met een normale gemiddelde werktijd van minder dan 38 uur per week worden vastgesteld in overeenstemming met het bepaalde in lid 5 van dit artikel. De salarissen voor jeugdigen in de salarisschaal 1 tot en met 8 worden verkregen volgens de gegevens vermeld bij de salarisschalen opgenomen in bijlage 2 van deze overeenkomst. c. Iedere werknemer ontvangt schriftelijk mededeling van zijn functieprofiel en de daarbij behorende functiegroep, alsmede van de van toepassing zijnde salarisschaal waarin hijzelf is ingedeeld, het maandinkomen alsmede de wijze waarop dit maandinkomen is bepaald. a. Als een werknemer in het voorafgaande kalenderjaar 25% van de arbeidsduur arbeidsongeschikt is geweest, dan wel meer dan 8 ziekmeldingen deel uitmaakten van de totale periode van zijn arbeidsongeschiktheid, is de werkgever niet verplicht het salaris te herzien. In deze gevallen beslist de werkgever pas nadat hij advies heeft ingewonnen van de Arbodienst. b. De werkgever kan per 1 januari het salaris bezien op basis van een percentage dat is bepaald door het resultaat van de beoordeling en de relatieve salarispositie. Aan de OR zal jaarlijks, en wel zo spoedig mogelijk na 1 januari, een overzicht worden verstrekt van de mate waarin geen salarisverhoging is toegekend, zonder dat de persoonlijke positie van de medewerker in het schalensysteem daarin herkenbaar is. a. Indien een medewerker bij indiensttreding een hogere leeftijd heeft dan de vakvolwassen leeftijd en elders de nodige ervaring voor de functie heeft opgedaan, zal hij in overeenstemming hiermee worden ingedeeld in de hiervoor relevante positie. b. Indien de indiensttreding heeft plaatsgevonden na 30 juni van enig jaar, dan is de werkgever op 1 januari van het daaropvolgende jaar niet verplicht het salaris te herzien. 4. Het percentage waarmee het salaris kan worden verhoogd is opgenomen in het RSP- model; bijlage 2.

  • Salarisschalen 1. De functiegroepen zijn gekoppeld aan een salarissysteem dat voor elke functie een salarisschaal bevat met periodieken. Het salarissysteem is opgenomen in bijlage 4 van deze cao. 2. De werknemer heeft bij indiensttreding recht op een schriftelijke mededeling in welke salarisschaal hij is ingedeeld, wat zijn basissalaris is en het aantal periodieken of leeftijdsjaren waarop zijn basissalaris is gebaseerd. 3. In afwijking van hetgeen bepaald is in artikel 60 lid 3 geldt voor de werknemer die met de werkgever een praktijkovereenkomst in het kader van de Wet Educatie Beroepsonderwijs heeft afgesloten het volgende. Gedurende de eerste 4 weken van de opleiding ontvangt de werknemer een basissalaris dat 50% van het in de salarisschalen vermelde basissalaris bedraagt. Na afloop van de eerste 4 weken moet 100% van het bedoelde basissalaris worden betaald.

  • Toepassing van de salarisschalen 1.1 Het schaalsalaris van de vakvolwassen werknemer wordt éénmaal per jaar en wel op 1 januari, opnieuw vastgesteld. Tussentijdse herzieningen vinden slechts plaats bij indeling in een andere functiegroep op grond van het bepaalde in artikel 8 leden 1.3, 1.5.1 en 1.5.2, alsmede ten aanzien van werknemers, die op grond van het in artikel 8 lid 1.2 bepaalde nog in een lagere functie zijn ingedeeld dan met hun functie overeenkomt. 1.2 Het schaalsalaris zal met ingang van 1 januari na de datum van indiensttreding met 1 schaalperiodiek worden verhoogd, indien de indiensttreding heeft plaatsgevonden vóór 1 juli en werknemer voldoet aan de eisen conform het beoordelingsgesprek. Voor de werknemers waarvan de functie is ingedeeld in functiegroep 10 tot en met 13 wordt deze verhoging expliciet gekoppeld aan de uitkomst van het nader te ontwikkelen beoordelingsgesprek. Voor de medewerkers die per P1 2025 ingedeeld zijn in Korn Ferry geldt het volgende: Voor de werknemer waarvan de functie op basis van de KF-methode is ingedeeld, zijn de salarisaanpassingen zoals vastgesteld in dit artikel (kopje salarisaanpassing) ook van toepassing. Per P1 januari 2025 zal de salarisaanpassing nog steeds afhankelijk zijn van de beoordelingsscore, maar daarbij geldt echter een wijziging in de volgende afspraken als volgt: • Beoordeling wordt volgens het Performance Management systeem uitgevoerd, dat is goedgekeurd door de Centrale Ondernemingsraad van Cosun. Hierin worden de afspraken over het functioneren en de persoonlijke ontwikkeling vastgelegd; • Werknemer heeft één keer per jaar een beoordelingsgesprek; • De salarisaanpassing op 1 januari van enig jaar is afhankelijk van de beoordelingsscore en de salarispositie in de salarisschaal volgens onderstaande voorbeeld matrix. Indien een verhoging van de periodieken wordt overeengekomen met de vakbonden, dan zal deze procentuele stijging ook voor iedere werknemer van toepassing zijn in combinatie met de beoordeling van de prestatie, deze verhogingspercentages worden aan de hand van een salarisgroei matrix vastgelegd in de cao en zijn derhalve voor eenieder inzichtelijk. Voorbeeldmatrix bij een 3% indexatie: Salarispositie binnen de salarisband* Beoordelings- score <85% 85%-115% 115% - 125% >125% 3 6,5% 5,0% 3,3% 3,0% 2 5,0% 4,0% 3,2% 3,0% 1 3,3% 3,0% 3,0% 3,0% *De positie binnen de band wordt gemeten ten opzichte van het midden van de salarisband, ook wel mediaan genoemd. De mediaan en de salarisband wordt vastgesteld op basis van de jaarlijkse salarisonderzoeken. 1.3 Ingeval van een bevordering op of na 1 juli, kan bij wijze van uitzondering de toekenning van de schaalperiodiek één jaar later plaatsvinden dan per de eerstvolgende 1 januari. 1.4 De vastgestelde salarissen worden uiterlijk op de laatste werkdag van de betalingsperiode betaalbaar gesteld. 1.5 Jeugdigen, die met goed gevolg een opleiding tot bedieningsvakman hebben voltooid, worden de betalingsperiode daaropvolgend ingeschaald in functiegroep III.

  • Pensioengevend salaris Het vaste jaarsalaris van de Werknemer vermeerderd met de vakantietoeslag. Indien schriftelijk overeengekomen met de Werkgever zijn ook de volgende loonbestanddelen pensioengevend: • de vaste jaarlijkse uitkeringen zoals 13e maand, gegarandeerd tantième en dergelijke; • een percentage van het vaste jaarsalaris dat de Werknemer als oververdienste in de zin van de CAO ontvangt. Dit percentage wordt jaarlijks door de Werkgever vastgesteld; • provisie, zijnde de gemiddeld over het jaar ontvangen provisie. Wanneer de gemiddeld over het jaar ontvangen provisie niet is vast te stellen, wordt het gemiddelde van een vergelijkbare Werknemer gehanteerd; • variabele salarisbestanddelen met de eventueel daarover verleende vakantietoeslag; • ploegentoeslag; • toeslag afwijkende werktijden; • SAO-toeslag; • niet gegarandeerde tantième; • winstdeling; • bonus; • gratificatie. Als de Werkgever op de datum van vaststelling van de Pensioengrondslag wegens verzuim geen of niet het normale Pensioengevend salaris is verschuldigd, wordt uitgegaan van het Pensioengevend salaris dat zonder dat verzuim zou gelden. Voor de Deelnemer die gedurende het deelnemerschap in deeltijd werkt, wordt de vaststelling van de pensioenen als volgt bepaald: • de Pensioengrondslag wordt berekend op basis van het voltijd Pensioengevend salaris; • bij de berekening van het ouderdomspensioen wordt: - de opbouw per jaar vermenigvuldigd met de Deeltijdfactor; - voor het te bereiken pensioen, het aantal toekomstige Deelnemingsjaren vermenigvuldigd met de Deeltijdfactor. Deze deeltijdregeling werkt ook door in het partner- en wezenpensioen. Het Pensioengevend salaris is gemaximeerd op de Salarisgrens. Voor Deelnemers die in deeltijd werken wordt de Salarisgrens toegepast op het naar voltijd herleide Pensioengevend salaris.