Vernieuwing. 1. Het verzoek tot vernieuwing van een Beneluxinschrijving wordt ingediend bij het Bureau en geschiedt bij voorkeur door terugzending van een door de verzoeker ondertekend exemplaar van de in artikel 2.9, lid 5, van het Verdrag bedoelde herinneringsbrief of, indien daarvan geen gebruik wordt gemaakt, door indiening van een door de verzoeker ondertekend document, dat de volgende gegevens dient te bevatten:
a. de naam en het adres van de houder van het merk;
b. in voorkomend geval, naam en adres van de gemachtigde of het correspondentieadres bedoeld in regel 3.6;
c. indien de opgave van de waren en diensten wordt beperkt sedert de laatste publicatie, de opgave van de waren en diensten, waarin deze nauwkeurig omschreven moeten zijn, zoveel mogelijk met gebruikmaking van de bewoordingen van de alfabetische lijst van de internationale classificatie van waren en diensten, bedoeld in de Overeenkomst van Nice; in ieder geval dienen de waren en diensten overeenkomstig de klassen en in volgorde van deze klassen in genoemde classificatie te worden gerangschikt;
d. het nummer van de inschrijving.
2. Bij het verzoek tot vernieuwing dient betaling van de daarvoor verschuldigde rechten te worden verricht.
3. Het verzoek tot vernieuwing wordt geacht bij het Bureau te zijn ingediend zodra aan de vereisten van lid 1 of lid 2 is voldaan. Dit ontslaat de verzoeker niet van zijn verplichting aan beide leden te voldoen.
Vernieuwing. De vernieuwing van de inschrijving geschiedt door betaling aan het Bureau van het daartoe verschuldigde recht. Indien de houder van een meervoudig depot gebruik wil maken van de mogelijkheid die wordt geopend door artikel 3.14, lid 4, van het Verdrag, dient hij de nummers te vermelden van de tekeningen of modellen waarvan hij de vernieuwing van de inschrijving wenst.
Vernieuwing. 1.5 Verschoven werktijd 6.4 Vervangingstoelage 4.10 Wacht- en storingsdienst 7 Werkgelegenheidsmaatregelen, extra Protocol Werkgever 1.6 Werknemer 1.6 Werkingssfeer 1.2 Werktijden 5.1 Wijziging 1.5 Woonplaats 2.8 WW-uitkering, aanvulling bij werkloosheid 18 Zaterdagen en zondagen, arbeid op 5.2 Ziekte en arbeidsongeschiktheid 17 Ziektekosten postactieven; Protocol Zondagen en feestdagen, werken op 5.9 Zorgverlof 10.4
Vernieuwing. KADOC-KU Leuven voegt nieuwe dimensies aan zijn werking toe.
3.1. KADOC-KU Leuven innoveert de werking van zijn leeszaal waarbij digitale en fysieke dienstverlening worden gecombineerd met het oog op een diverse doelgroepenwerking. Het bouwt een digitale leeszaal uit en creëert een erfgoedbelevingsruimte.
3.2. KADOC-KU Leuven heeft een specifieke doelgroepenwerking die inzet op een divers gebruikerspubliek, onder wie studenten, internationale onderzoekers, lokale historici, kinderen en jongeren, en neemt daartoe gerichte initiatieven.
3.3. KADOC-KU Leuven past nieuwe concepten en methodieken toe in het beheer van zijn collecties en versterkt op die manier de toegankelijkheid en deelbaarheid van zijn collecties en de betrokken gegevens. Dat gebeurt onder meer door de toepassing van een methode voor de archivering van documentaire informatie en nieuwe media, door het leggen van verbindingen met , het gebruik van Wikimedia-platformen en het stimuleren van het gebruik van datasets in digital humanities. KADOC-KU Leuven werkt hiervoor samen met technische partners als meemoo en Archiefpunt.
3.4. KADOC-KU Leuven doet vernieuwend interdisciplinair onderzoek over de sociale en culturele impact van religie in de 19de-20ste eeuw. Het ontwikkelt nieuwe thematische velden en methodologieën en vernieuwt zijn onderzoeksinstrumentarium, in het bijzonder ODIS.
3.5. KADOC-KU Leuven verbindt erfgoed met kunst. KADOC-KU Leuven nodigt hiervoor jaarlijks een gastcurator of artist in residence uit, organiseert minimum één cultureel evenement per jaar en ontvangt minimum één extern kunstproject per jaar. Daarvoor maakt KADOC-KU Leuven onder meer gebruik van de mogelijkheden van zijn in 2025 gerestaureerde kapel.
3.6. KADOC-KU Leuven realiseert jaarlijks minstens twee publieksevenementen, waaronder tentoonstellingen, die het KADOC-KU Leuven -erfgoed en -themaveld verfrissend belichten, uitdagend ontsluiten en duurzaam voor een divers publiek presenteren.
3.7. KADOC-KU Leuven heeft een bijzondere aandacht voor het erfgoed van zorg en welzijn. Het werkt samen met museum Dr. Guislain binnen de landelijke dienstverlenende rol aan innovatieve verbindingen tussen de erfgoed-, zorg- en welzijnssector en de onderzoekswereld.
Vernieuwing. Als gevolg van bezuinigingen was het voor Het Veem niet meer mogelijk het gehele jaar geopend te zijn. De instelling introduceerde in 2017 het Huis voor Performance. Een ontwikkelplek voor dans, performance en mime die slechts honderd dagen per jaar open is. Binnen de grenzen van de mogelijkheden is het haar gelukt constructieve samenwerkingen en partnerships aan te gaan. Ook ondernam de instelling stappen om de nabije gemeenschap binnen en buiten de culturele sector bij haar activiteiten te betrekken. Afgaande op de gekozen makers is het niet onwaarschijnlijk dat er op het artistieke vlak een vernieuwende praktijk ontstaat. Hierbij is de vraag of de instelling in staat is de vernieuwing voldoende in te bedden en verder uit te bouwen. De raad mist een visie hierop. Het participatieprogramma van Het Veem valt in positieve zin op. Een breed palet aan personen en organisaties wordt betrokken bij het ontwikkelen van programma’s. Ze worden door middel van uitnodigende initiatieven actief deelgenoot gemaakt van Het Veem.
Vernieuwing. Het innovatieve van dit contract zit met name in de gestelde duurzaamheidseisen. De specificatie van grondmengsel zijn goed in beeld gebracht en de kwaliteitseisen voor de bomen zijn gebaseerd op een analyse van diverse in omloop zijnde lijsten. Deze eisen vormen de aanzet voor een nieuwe landelijke systematiek. Daarnaast wordt van de opdrachtnemer verwacht dat ook tijdens de looptijd van het contract maatregelen voor CO2 vermindering worden voorgedragen. Ten slotte zijn de doelstellingen op het gebied van uitstootvrije voertuigen nieuw voor de markt. Het huidige contract draagt bij aan beleidsdoelen op het gebied van CO2 vermindering, circulaire economie en de uitstootvrije binnenstad. Amsterdam heeft de ambitie om vanaf 2025 alleen nog uitstootvrij vervoer te hebben in de stad. Het bomencontract loopt vijf jaar op deze ambitie vooruit en geeft hiermee het goede voorbeeld voor de markt en de rest van de stad. De effecten op de andere doelstellingen zijn lastiger te kwantificeren aan het begin van de contractperiode. Onderdeel van de contractvoorwaarden is daarom ook dat de opdrachtnemer rapporteert over hoeveelheden en type materialen die vrijkomen bij werkzaamheden, de MKI-waardes van het toegepaste bomenzand en de behaalde CO2 reducties (conform het ingeschreven CO2 prestatieniveau).
Vernieuwing. De licentie voor Flex Deploy is geldig voor één jaar vanaf de datum van activering. Klanten hebben de mogelijkheid om hun licentie jaarlijks te vernieuwen. De kosten voor de vernieuwing zijn gelijk aan de kosten van een nieuwe Flex Deploy USB-stick, zoals vastgesteld op het moment van vernieuwing. Tegen het einde van elk licentiejaar kan Lex Inc de klant herinneren aan de naderende vernieuwing en de opties voor vernieuwing voorleggen, inclusief de huidige prijs voor een nieuwe USB-stick. Om de continuïteit van de dienst te waarborgen, dienen klanten hun vernieuwing ten minste 3 werkdagen voor het verstrijken van de huidige licentieperiode te door te geven.
Vernieuwing. Om uw vaarbevoegdheidsbewijs te vernieuwen moet u over voldoende certificaten en ervaring beschikken. Bij de aanvraag moeten het volgende meegestuurd worden: • kopie van uw geldige nationaliteitsbewijs (paspoort of gemeentelijke identiteitskaart, geen rijbewijs); • een recente pasfoto; • 360 vaardagen uit de afgelopen vijf jaar of 90 dagen uit de afgelopen zes maanden voorafgaand aan uw aanvraag; • medische keuring; • medische eerste hulp aan boord en medische zorg aan boord. Deze certificaten zijn alleen nodig voor de functie schipper. Zie voor een uitleg hoofdstuk 4.7.9 en 4.7.10.
Vernieuwing. 10.2.1. De Overeenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde periode zoals wordt voorzien in de overeenkomsten.
Vernieuwing. Uit eigen ervaring of van de televisie; iedereen kent het fenomeen. Tegen de wind in fietsen achter de rug van iemand anders is gemakkelijker. Je hebt minder last van wind en je kan zelfs profiteren van een lichte zuigende luchtstroom. Dat is fijn onderweg naar werk of school, maar funest voor een windpark. De eerste turbines staan vol in de wind, maar dat verstoort de windstroom naar de achterliggende molens. ‘Windafvang’ of ‘zog’ heet dat in vaktaal. Om dat verlies aan windkracht te compenseren, is in eerste instantie veel gesleuteld aan de plaatsing van de windturbines ten opzichte van elkaar. Wat werkt het beste, in ruitvorm of een honingraatmotief? Het probleem is dat de wind nooit altijd uit dezelfde hoek waait. En wat goed is bij de ene windrichting is weer slecht bij de andere. Binnen de nieuwste stand van de techniek staat de voorste turbine wat schuiner op de wind om het achterliggende zog weg te sturen. Daardoor gaat die turbine weliswaar minder draaien en daarmee minder stroom produceren, maar de achterliggende molens maken dat ruimschoots goed. Voor Hollandse Kust (noord) gaat CrossWind nog een stapje verder. De aansturing van de afzonderlijke rotorbladen van iedere turbine vindt hier gescheiden plaats om het zog instabiel te maken en versneld af te laten breken. Het idee bestaat nu alleen op papier, maar wetenschappers van TU Delft gaan een nieuw besturingsprogramma ontwikkelen om het uiteindelijk op zee te testen. Doel daarvan is te koersen op een maximale en betrouwbare stroom- opbrengst van het gehele park. Het programma stuurt daarbij alle 69 windturbines en de bladen afzonderlijk aan. Het consortium had daarom al voor de uiteindelijke gunning het nodige voorwerk gedaan. Zo waren de contracten met leveranciers en afnemers alvast getekend. Ook namen Eneco en Shell vooraf de finale investeringsbeslissing. “Het gaf de overheid het vertrouwen dat het windpark niet alleen gebouwd kon worden, maar ook geëxploiteerd”, legt De Bruin uit. Verder verdiepten Shell en Eneco zich goed in de data die de overheid had verzameld en gedeeld. Data over wind, data over golven, data over de ondergrond. Netbeheerder TenneT regelt het ‘stopcontact’ op zee en een kabel naar het elektriciteitsnetwerk aan land. “We hadden dus een goed kader van het project”, aldus de projectdirecteur. Het is geen wonder dat in augustus, nog geen drie weken na het winnen van de concessie, CrossWind is gestart met het minutieus in kaart brengen van de ondergrond in het gebied. De Br...