Werkgelegenheidsgarantie. Gedurende 5 jaar, ingaande 1 januari 2015, garandeert de werkgever, behalve ingeval van disfunctioneren, de werkgelegenheid voor alle CAO-medewerkers die op 1 januari 2015 een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd hebben, tenzij de daling van het volume uitgedrukt in een jaarvolume, meer dan 20% bedraagt ten opzichte van het gerealiseerde volume in het voorafgaande jaar. In dat geval zal eerst overleg tussen bedrijf en de bonden plaatsvinden alvorens maatregelen worden getroffen. Wanneer de bovenstaande daling van volume aan de orde is zal de werkgever trachten om onder andere via collegiale uitleen aan andere bedrijven werkzekerheid te blijven bieden aan de medewerkers alvorens over te gaan tot andere maatregelen. De uitgeleende werknemer blijft in dienst van het bedrijf, behoudt zijn arbeidsvoorwaarden en loonperspectief en zal zodra er ruimte is terugkeren naar de eigen werkgever. Wanneer er sprake is van overcompleetheid en uitleen niet mogelijk is, zal overleg volgen met de betrokken vakbonden over de noodzaak om personeel af te laten vloeien. In ieder geval zal dan de kantonrechtersformule van voor 2009 van toepassing zijn.
Werkgelegenheidsgarantie. Partijen spreken af dat gedurende de looptijd van deze cao er geen gedwongen ontslag plaatsvindt op bedrijfseconomische gronden, zolang de instrumenten die hiervoor worden ingezet, waaronder de maximale inzet van interne en externe mobiliteit, professionele begeleiding en de vertrekregelingen op basis van de hernieuwde mobiliteitsafspraken, toereikend zijn.
Werkgelegenheidsgarantie. Voor de werkgelegenheidsgarantie worden de volgende definities gebruikt:
Werkgelegenheidsgarantie. 1. De werkgelegenheidsgarantie uit het Sociaal Plan Verzelfstandiging, hetgeen inhoudt dat de werkgever het dienstverband met de werknemer in de periode tot en met 31 december 2008 niet zal beëindigen om een reden die voortkomt uit de verzelfstandiging, blijft in de periode van overgang of uitbesteding geldend, mits de werknemer in dienst was van werkgever voor 1 januari 2004. De werkgelegenheidsgarantie houdt in dat de werkgever het dienstverband met de werknemer in de periode tot en met 31 december 2008 niet zal beëindigen om een reden die voorkomt uit de verzelfstandiging,
2. Gedurende een periode van 1 januari 2007 tot 1 januari 2009 garandeert de Gemeente Rotterdam, dat de werknemers die in het kader van de overgang bruggen en sluizen van rechtswege in dienst komen bij de tak van dienst Gemeentewerken niet ontslagen zullen worden, tenzij er sprake is van een omstandigheid zoals genoemd in lid 3.
3. Ontslag om een andere reden dan verzelfstandiging blijft mogelijk, bijvoorbeeld op grond van bedrijfseconomische redenen, op grond van een reden die voortvloeit uit ongeschiktheid voor de functie (inclusief als gevolg van ziekte of gebrek), het niet willen verrichten van bedongen arbeid met een beroep op een gewetensbezwaar, het verwijtbaar handelen of nalaten van de zijde van de werknemer, de ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsrelatie en het van rechtswege aflopen van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.
4. De werknemer waarvoor geldt dat zijn werkzaamheden per 1 januari 2007 van rechtswege overgaan naar de Gemeente Rotterdam, tak van Dienst Gemeentewerken, en die er voor kiest om niet bij de overnemende partij werkzaamheden te gaan verrichten, aanvaardt dat hij zowel geen dienstverband bezit bij werkgever als bij de overnemende partij;
5. In de situatie genoemd in lid 4 bezit de werknemer vanaf 1 januari 2007 geen enkel dienstverband meer, waardoor werknemer vanaf deze datum geheel werkloos is geworden.
6. De werknemer wordt door de werkgever gewezen op de arbeidsrechtelijke consequenties en op de risico’s ingeval dat door de werknemer aanspraak wordt gemaakt op een werkloosheidsuitkering.
Werkgelegenheidsgarantie. 1. Gedurende een periode van 1 januari 2012 tot 1 januari 2017 garandeert de Gemeente Rotterdam, dat de werknemers die in het kader van de overgang bruggen en sluizen van rechtswege in dienst komen bij de Gemeente Rotterdam niet ontslagen zullen worden, tenzij er sprake is van een omstandigheid zoals genoemd in lid 2.
2. Ontslag blijft mogelijk, bijvoorbeeld op grond van bedrijfseconomische redenen, op grond van een reden die voortvloeit uit ongeschiktheid voor de functie (inclusief als gevolg van ziekte of gebrek), het niet willen verrichten van bedongen arbeid met een beroep op een gewetensbezwaar, het verwijtbaar handelen of nalaten van de zijde van de werknemer, de ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsrelatie en het van rechtswege aflopen van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.
3. De Gemeente Rotterdam treedt in overleg met betreffende vakbonden om te bepalen of een voorkomende omstandigheid valt onder de kwalificatie bedrijfseconomische redenen zoals genoemd lid 2. Het toekennen van deze kwalificatie zal slechts in uitzonderlijke situaties kunnen plaatsvinden.
4. De werknemer waarvoor geldt dat zijn werkzaamheden per 1 januari 2012 van rechtswege overgaan naar de Gemeente Rotterdam en die er voor kiest om niet bij de overnemende partij werkzaamheden te gaan verrichten, aanvaardt dat hij zowel geen dienstverband bezit bij werkgever als bij de overnemende partij;
5. In de situatie genoemd in lid 4 bezit de werknemer vanaf 1 januari 2012 geen enkel dienstverband meer, waardoor werknemer vanaf deze datum geheel werkloos is geworden.
6. De werknemer wordt door de werkgever gewezen op de arbeidsrechtelijke consequenties en op de risico’s ingeval dat door de werknemer aanspraak wordt gemaakt op een werkloosheidsuitkering.
Werkgelegenheidsgarantie. Deze garantie houdt in dat er geen gedwongen ontslagen zullen plaatsvinden. Van deze werkgelegenheidsgarantie worden uitgezonderd mogelijke ontslagen wegens dringende redenen op grond van art. 7: 678 van het BW. De werkgelegenheidsgarantie gaat in op 1 januari 2004 en duurt voort tot aan het einde van het dienstverband van de individuele werknemers vallende onder de C.A.O.
Werkgelegenheidsgarantie. Gedurende de looptijd van dit sociaal plan zullen bij organisatieontwikkeling geen gedwongen ontslagen plaatsvinden. Aan dit uitgangspunt is de voorwaarde verbonden dat werknemers bereid moeten zijn eventuele (functie-)veranderingen, die voortvloeien uit een nieuwe organisatiestructuur, of een andere plaats van tewerkstelling te accepteren. Een en ander met inachtneming van de in dit sociaal plan opgenomen regels en procedures.
Werkgelegenheidsgarantie. Het Sociaal Akkoord (bijlage V cao) is gezien de huidige situatie van de sector achterhaald en komt te vervallen. Met betrekking tot de werkgelegenheidsgarantie in de sector ambulancezorg wordt een nieuwe afspraak gemaakt. De werkgelegenheid voor het huidige personeel wordt, in geval van fusie, reorganisatie of overname, gegarandeerd voor de looptijd van de cao. AZN stelt voor om alle overwerkpercentages, bij een extra dienst, ongeacht het moment van overwerk, vast te stellen op 175%. De huidige 100% vergoedingen blijven ongewijzigd van toepassing. Bij een uitloopdienst en bij een uitruk in het kader van een aanwezigheidsdienst wordt 150% vastgesteld. De bepaling met betrekking tot door de weeks vallende zaterdag en zondagen komt te vervallen. De tekst wordt (in het TO) verhelderd, zodat duidelijk is dat er sprake is van een tijd en een toeslagvergoeding bij overwerk. De werknemer met een geplande dienst die langer duurt dan 12 uur ontvangt van de werkgever een vergoeding van 5 euro per maaltijd.
Werkgelegenheidsgarantie. Op het moment van de juridische fusie gaan alle Werknemers van rechtswege over naar de fusieorganisatie Santé Partners. - Als gevolg van de fusie en de daaruit voortvloeiende lateralisatie zullen geen gedwongen ontslagen vallen.
Werkgelegenheidsgarantie. We verlengen de werkgelegenheidgarantie voor de looptijd van de cao, van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022.