Beoordelingsgesprek Voorbeeldclausules

Beoordelingsgesprek a. Als door de werkgever wordt overgegaan tot het beoordelen van werknemers dan geschiedt dit ten minste per functiegroep, waarbij geen enkele werknemer wordt uitgezonderd. De werkgever dient vooraf met instemming van de OR of PVT (of bij het ontbreken hiervan het personeel) vast te stellen welke functiegroepen binnen de onderneming voorkomen. Bij de toepassing hiervan kunnen de werknemers als bedoeld in artikel 9.5, 9.6 en 9.7 als aparte functiegroepen worden aangemerkt.
Beoordelingsgesprek. Het doel van het beoordelingsgesprek is het beoordelen van de prestaties van de werknemer op het werk. De vastgestelde functiebeschrijvingen zijn de basis bij het voeren van de gesprekken. De werkgever c.q. leidinggevende spreekt zijn oordeel uit over de algemene functieuitoefening, de resultaten, de kennis, de competenties, de vitaliteit en de ontwikkeling van de werknemer gerelateerd aan zijn functiebeschrijving. De uitkomst van de beoordeling bepaalt of de werknemer een periodiek verkrijgt voor zover het maximum van de schaal niet is bereikt. Hierbij gelden de volgende regels:
Beoordelingsgesprek. De evaluatie van de te behalen doelen en/of verbeteringen wordt besproken en vastgesteld. Indien de betrokken leidinggevende in de loop van het jaar twijfels krijgt over het feit of de beoorde- ling te zijner tijd zal leiden tot een minimale (of geen) periodieke verhoging of wanneer er een negatieve beoordeling heeft plaatsgevonden, zal er in ieder geval een tussentijds voortgangsgesprek worden gepland waarin deze twijfels / negatieve beoordeling met de betrokken journalist worden besproken en afspraken worden gemaakt over de wijze waarop de journalist de beoordeling positief kan beïnvloeden. Dit gesprek dient minimaal 3 maanden voorafgaand aan het beoordelingsgesprek te worden gevoerd. De resultaten / afspraken uit bovengenoemde gesprekken dienen schriftelijk te worden vastgelegd en door de betrokken journalist voor akkoord of voor gezien te worden getekend.
Beoordelingsgesprek. In het beoordelingsgesprek bespreken jullie de beoordeling zoals die is opgesteld door de beoordelaar. Dit gesprek hebben jullie in november of december. Je kunt in dit gesprek een (afwijkende) mening over de beoordeling geven. De beoordelaar kan dan de mening bijstellen, maar hoeft dit niet te doen. De uiteindelijke beslissing ligt bij de beoordelaar. Jouw leidinggevende zal de beoordeling, zoals met jou besproken, documenteren. Xxx schrijft ook zelf een beoordeling, die in het systeem wordt opgeslagen. Beide versies worden dus opgeslagen. Als je vindt dat je beoordelaar niet volgens de beoordelingsprocedure heeft gehandeld, kun je een klacht indienen volgens de klachtenprocedure. Als je lid bent van de OR dan let de bestuurder (degene die het overleg met de OR voert) erop dat jouw functioneren als OR-lid niet van invloed is op je beoordeling. De beoordeling wordt aan de bestuurder voorge- legd. Als je je beoordelingsgesprek hebt, heb je gelijktijdig of aansluitend je afstemmingsgesprek.
Beoordelingsgesprek. Het resultaat van de beoordeling dient door de chef vóór 31 januari van enig jaar aan de betreffende medewerker in een gesprek te worden medegedeeld. In dit gesprek zal de chef het eindoordeel moeten motiveren en zal de beoordeelde de gelegenheid moeten krijgen daarop te reageren. Indien beoordeelde akkoord gaat met de beoordeling, tekent hij hiervoor.
Beoordelingsgesprek a. De gearceerde periodieken aan het einde van de loonschaal kunnen afhankelijk zijn van een beoordelingsgesprek.
Beoordelingsgesprek. Aan het einde van het jaar beoordeelt de leidinggevende van de medewerker of de medewerker de overeengekomen prestaties gerealiseerd heeft. Dit is een eenrichtingsgesprek vanuit de leidinggevende van de medewerker.
Beoordelingsgesprek. (januari – februari) Voortgangsgesprek (juni – september)
Beoordelingsgesprek. In het beoordelingsgesprek bespreken de leidinggevende en de medewerker hoe de medewerker in het afgelopen kalenderjaar heeft gepresteerd op de prestatiedoelstellingen en de competenties. Tevens constateren leidinggevende en medewerker welke competenties verder moeten worden ontwikkeld door de medewerker. In de eerstvolgende afsprakenfase kunnen hierover nadere ontwikkelingsafspraken worden gemaakt. Na het beoordelingsgesprek stelt de leidinggevende de beoordeling vast in het beoordelingsformulier en vraagt de medewerker om een akkoord. Als de medewerker het eens is met de beoordeling gaat de medewerker akkoord, als de medewerker het oneens is met de beoordeling, gaat de medewerker niet akkoord en verklaart de medewerker het afspraken- en beoordelingsformulier voor gezien.
Beoordelingsgesprek. 8.1 Minstens één maal per jaar wordt volgens de geldende richtlijnen van de uitlener een beoordelingsgesprek gehouden over het functioneren van de gedetacheerde. De beoordeling wordt schriftelijk vastgelegd op een formulier dat door de uitlener beschikbaar wordt gesteld.