Berekeningswijze. A. Op het einde van iedere overeengekomen periode: ▪ bezorgt u of uw lasthebber ons de noodzakelijke elementen voor het berekenen van de premie door het aangifteformulier dat wij u daartoe opsturen, in te vullen en ons binnen de 15 dagen terug te sturen ▪ maken wij de afrekening, onder aftrek van het bedrag van de eventuele ontvangen voorschotten ▪ leidt het niet terugzenden van het voor de premieberekening vereiste aangifteformulier binnen de 15 dagen na het verzenden van onze aangetekende herinnering tot het opmaken van een afrekening van ambtswege op basis van de cijfers van de vorige aangifte of, als het om een eerste afrekening gaat, op basis van de cijfers die werden meegedeeld bij de sluiting van de overeenkomst, in beide gevallen verhoogd met 50 %. Deze ambtshalve afrekening zal gebeuren onverminderd ons recht op het opvragen van de aangifte of van de betaling op basis van de werkelijke lonen ten einde uw rekening in orde te brengen.
B. Wordt de premie of een deel ervan op de bezoldigingen berekend, dan bestaat het aan te geven bedrag van de bruto- bezoldigingen die u aan de in de onderneming tewerkgestelde personen toekent en bovendien, ingeval derden personeel aan u hebben geleend, uit het bedrag van de aan dit personeel toegekende bruto-bezoldigingen. Het totale bedrag van de facturen van de onderaannemers in verband met het arbeidsloon wordt aan de bezoldigingen toegevoegd. Onder bezoldiging moet worden verstaan de som van alle voordelen in geld en natura die in de onderneming tewerkgestelde personen genieten krachtens contracten die hen met u of eventueel met derden binden: lonen, wedden, vakantiegeld, gratificaties, winstaandelen, commissies, fooien, kost, inwoning, verwarming, verlichting, betaalde feestdagen, enz. De bezoldiging mag in geen geval lager zijn dan het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimumloon of dan het loon vastgesteld door de in de onderneming gesloten collectieve overeenkomst of door een in de Nationale Arbeidsraad, in het paritair comité of sub-comité, of in enig ander paritair orgaan gesloten collectieve overeenkomst, die al dan niet door een Koninklijk Besluit algemeen verbindend is verklaard. De bedragen die als vakantiegeld of aanvullende vakantietoelage aan de arbeiders worden toegekend, alsook alle sommen die loon vormen maar niet rechtstreeks door de werkgever worden betaald moeten evenwel niet op het aangifteformulier worden vermeld: wij vervangen ze door een op basis van de aangegeven lonen bepaald bedrag dat ...
Berekeningswijze. Bij een normale arbeidstijd werk je 1.976 uur per elke periode van 12 maanden. Dat is gemiddeld 38 uur per week. Je hebt dus recht op recht op 1 x 38 uur vakantie = 38 uur bovenwettelijke vakantie per periode van 12 maanden. Per uur is dit: 38/1.976 = 0,0192 uur. Per uur bouw je dus 0,0192 uur bovenwettelijke vakantie op. In een voltijdsituatie zijn 38 uren 5 dagen op jaarbasis.
Berekeningswijze. Bij een voltijdsituatie zijn dat 20 dagen op jaarbasis (4-maal 5 dagen per week). Xxxxxxxxx werk je 7,6 uur per dag (38 gedeeld door 5 dagen). Als je deze twee getallen met elkaar vermenigvuldigt kom je op 152 wettelijke vakantie-uren per jaar. Als je dit aantal deelt door je totale arbeidstijd, 1.976 uren op jaarbasis, dan bouw je dus 0,0768 uur vakantie op per gewerkt uur.
Berekeningswijze. De 13e maanduitkering bedraagt 8,33% van een basisbedrag. Dit basisbedrag is gelijk aan de som van de actuele maandsalarissen van het betreffende kalenderjaar waarbij de aanname wordt gemaakt dat het decembersalaris gelijk is aan het november salaris met daarop de hieronder genoemde toeslagen: − inconveniëntentoeslag; − OHT; − overplaatsingstoeslag; − verschoven uren toeslag; − feestdagtoeslag; − toeslag voor vervanging in hogere rol; − extra uren; − uitkeringen op grond van arbeidsongeschiktheid. Niet inbegrepen zijn: − overwerkbetaling; − vakantietoeslag; − alle andere betalingen en uitkeringen gedaan door de werkgever.
Berekeningswijze. De aannemer berekent de prijsherziening volgens de hierna vermelde forfaitaire formule: 𝐬𝟏 𝐢𝟏 𝐬𝟐 𝐢𝟐 𝐬𝐧 𝐢𝐧 p = P1 (a + b + c) + P2 (a + b + c) + .... + Pn (a + b + c) 𝐒 𝐈 𝐒 𝐈 𝐒 𝐈 D = p - (P1 + P2 + ... + Pn)
a + b + c = 1
a = conventionele parameter van het in de opdracht opgenomen aandeel van de handenarbeid. Dit is de handenarbeid op de bouwplaats, in een fabriek en in de werkplaats. Deze parameter is 0,40 voor al de opdrachten van werken, voltooiingwerken inbegrepen. Uitzondering zijn afzonderlijke opdrachten: voor schilderwerken is de parameter 0,60; voor verwarmingsinstallaties, herstelling van deze installaties, het installeren van personen- en goederenliften is de parameter 0,55. S = S wordt uitgedrukt in een getal met drie decimalen voor de categorieën A, B, C & D en een getal met vier decimalen voor de categorieën Elektrische installaties & Liftinstallaties. Deze term vertegenwoordigt het conventionele gemiddelde loon, vermeerderd met de sociale lasten en verzekeringen die ten lasten van de werkgever vallen, dat geldt 10 kalenderdagen vóór de uiterste datum waarop u de offerte moest indienen. De waarde S geeft de voor het bouwbedrijf geldende loonschalen en percentages van sociale lasten en verzekeringen weer, zoals bepaald door de federale overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie. Categorie A: Algemene aanneming, ruwbouw Categorie B: Dakbedekkingen – Voegwerken Categorie C: Bevloering – Plafonnering – Bepleistering Categorie D: Andere afwerkingen of Schilderwerken of Verwarmingsinstallaties (niet- elektrisch) Er is een onderscheid tussen ondernemingen van 20 of meer werknemers en ondernemingen van minder dan 10 werknemers. Voor ondernemingen met een aantal werknemers van 10 tot en met 19 wordt de waarde S toegepast voor ondernemingen van 20 of meer werknemers. Voor de afzonderlijke opdrachten voor installaties van personen- en goederenliften (categorie liftinstallaties), wordt rekening gehouden met het nationaal referentieloon dat door de federale overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie wordt aangenomen voor fabriek en werkplaats verhoogd met het percentage sociale lasten en verzekeringen. Voor de afzonderlijke opdrachten betreffende elektrische installaties (categorie elektrische installaties) wordt rekening gehouden met het minimumuurloon van de hulpwerkman verhoogd met het percentage sociale lasten. Er is een onderscheid tussen ondernemingen van 10 of meer werknemers en ondernemingen van minder...
Berekeningswijze. De premies kunnen zijn:
13.1. forfaitair, dat wil zeggen vastgesteld bij de afsluiting van de overeenkomst en vooruit te betalen op de in de bijzondere voorwaarden vermelde vervaldag.
13.2. achteraf te betalen op basis van de in de bijzondere voorwaarden vermelde gegevens. In dit geval geldt het volgende:
13.2.1. De verzekeringnemer stort ter uitvoering van het bepaalde in de bijzondere voorwaarden, een voorschot dat vooruit te betalen is per jaar of in halfjaarlijkse of driemaandelijkse gedeelten in mindering van de na afloop van het boekjaar berekende definitieve premie. Bij afsluiting van het contract is het bedrag van het voorschot gelijk aan het geraamde bedrag van de eerste jaarpremie. Vervolgens wordt het naargelang de afrekeningen worden opgemaakt, afgestemd op het bedrag van de laatste vervallen definitieve premie.
13.2.2. Op het einde van iedere overeengekomen periode: • bezorgt de verzekeringnemer of zijn lasthebber aan de maatschappij de inlichtingen die nodig zijn voor de berekening van de premie door het aangifteformulier dat zij hem daartoe heeft toegestuurd, binnen 15 dagen ingevuld terug te zenden • maakt de maatschappij de afrekening op onder aftrek van de eventuele ontvangen voorschotten • laat het niet-terugzenden van het aangifteformulier dat nodig is voor de premieberekening, toe om binnen 15 dagen na de toezending van de aangetekende herinnering van de maatschappij een ambtshalve afrekening op te stellen op basis van de cijfers uit de vorige aangifte of, als het om een eerste afrekening gaat, de cijfers die werden meegedeeld bij de contractsluiting, in beide gevallen verhoogd met 50 %. Deze ambtshalve afrekening zal geschieden onverminderd het recht van de maatschappij om de aangifte te eisen of betaling te vorderen op basis van de werkelijke bezoldigingen ten einde de rekening van de verzekeringnemer in orde te brengen.
13.2.3. Wordt de premie of een deel ervan op de bezoldigingen berekend, dan bestaat het aan te geven cijfer uit het bedrag van de bruto-bezoldigingen die door de verzekeringnemer aan de tewerkgestelde personen toegekend zijn en bovendien, ingeval derden personeel aan de verzekeringnemer hebben geleend, uit het bedrag van de aan dit personeel toegekende bruto-bezoldigingen. Onder bezoldiging moet worden verstaan de som van alle voordelen in geld en natura die de tewerkgestelde personen genieten krachtens contracten die hen met de verzekeringnemer of, eventueel, met derden binden: lonen, wedden, vakantiegeld, gratifica...
Berekeningswijze. 29.1. De premie die verschuldigd is voor de dekkingen inzake arbeids- of arbeidswegongevallen wordt geheven op ofwel het gedeelte van het loon boven het wettelijk maximum, ofwel het volledige loon, naargelang het gaat om personen die al dan niet de wettelijke dekking genie- ten.
29.2. De premie voor de dekking inzake privé-ongevallen wordt geheven op het volledige loon.
29.3. In ieder hierboven bepaald geval kan het globale loon dat in aanmerking moet worden genomen per persoon en per jaar, behoudens andersluidende overeenkomst, niet meer bedragen dan het tweevoud van het wettelijk maximum.
29.4. De verschuldigde premie voor de dekking die de terugbetaling van het gewaarborgd loon voorziet zoals vermeld in artikel 24.4. van hui- dig contract, wordt geïnd op de totaliteit van de bezoldigingen van de bedienden en op 108 % van de bezoldigingen van de arbeiders.
Berekeningswijze. Artikel 21 -
Berekeningswijze. De loonsverhogingen worden in 4 achtereenvolgende stappen berekend. Voor alle hierna vermelde stappen geldt dat de nieuwe bedragen worden afgerond met twee decimalen achter de komma. Voor de jeugdlonen gelden de jeugdloonpercentages volgens onderstaande tabel. Stap 1: De cao loonsverhoging wordt berekend over de cao-uurloon bedragen (21 jaar tot AOW leeftijd). Stap 2: De jeugduurlonen worden afgeleid van het cao uurloon met 0 functiejaren. Stap 3: De maandlonen (21 jaar tot AOW leeftijd) worden afgeleid van de uurlonen (21 jaar tot AOW leeftijd) gebaseerd op een 38-urige werkweek, waarbij de volgende formule wordt gehanteerd: uurloon vermenigvuldigd met factor (38 x 52,2 gedeeld door 12) en afronding op twee decimalen. Stap 4: De jeugdmaandlonen worden afgeleid van het maandloon met 0 functiejaren en vermenigvul- digd met het jeugdloonpercentage Voor de cao jeugdlonen gelden de navolgende percentage: 15 jaar: 40% 16 jaar: 45% 17 jaar: 50% 18 jaar: 60% 19 jaar: 70% 20 jaar: 80% De loontabellen zijn opgenomen in bijlage III, bijlage IV. Indien bij toekomstige stijgingen van het WML het cao loon lager is, dan geldt het WML.
Berekeningswijze. Verzekeraar zal bij de vaststelling van de bedrijfsschade onder meer rekening houden met: - alle omstandigheden die de bedrijfsvoering en het bedrijfsresultaat gunstig of ongunstig zouden hebben beïnvloed, wanneer de netwerkinterruptie of de netwerkinterruptie bij een IT-dienstverlener niet zou zijn opgetreden; - economische voordelen die na het optreden van de bedrijfsschade doch binnen de uitkeringstermijn ontstaan; - gehele of gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging.