Hoger beroep. 41.1 Tegen uitspraken van de Commissie staat hoger beroep open in de gevallen voorzien in en op de wijze geregeld in het Reglement van Beroep.
41.2 Als de Commissie een bindende uitspraak heeft gedaan kan de Financiële dienstverlener, als alternatief voor hoger beroep bij de Commissie van Beroep, de Klacht binnen twee maanden na ontvangst van het bindend advies in volle omvang en met terzijdelating van het bindend advies aan de burgerlijke rechter voorleggen, indien het een Klacht betreft waarvan de Financiële dienstverlener naar het oordeel van de burgerlijke rechter aannemelijk maakt dat de uitspraak zo principieel moet worden geacht, dat het daarmee gemoeide belang voor de Financiële dienstverlener of de bedrijfstak in zijn algemeenheid de grens van € 5.000.000,-- zal overschrijden. De voor Consument met deze procedure en eventuele vervolgprocedures samenhangende kosten voor rechtsbijstand en de proceskosten komen voor rekening van de Financiële dienstverlener. Bovendien betaalt de Financiële dienstverlener ongeacht de uitspraak van de burgerlijke rechter de door de Commissie aan Consument in de uitspraak van de Commissie toegekende vergoeding, mits Consument bereid is in de genoemde procedure(s) als partij op te treden. Is Consument daartoe niet bereid, dan wordt het advies geacht niet bindend te zijn en is de Financiële dienstverlener niet gehouden de uitspraak van de Commissie gestand te doen.
41.3 De Voorzitter kan op verzoek van een partij gedaan binnen drie maanden na het geven van een bindende uitspraak waartegen geen beroep openstaat, daartegen toch hoger beroep openstellen bij de Commissie van Beroep. Dat kan alleen indien hij van oordeel is dat er goede gronden bestaan om aan te nemen dat deze uitspraak op grond van haar inhoud of de wijze van totstandkoming gebreken vertoont die meebrengen dat zij op grond van art. 7:904 Burgerlijk Wetboek vernietigbaar is. De andere partij wordt over dit verzoek gehoord. Tegen een beslissing op grond van deze bepaling staat geen hogere voorziening open.
Hoger beroep. De Maatschappij kan de verzekerde verplichten hoger beroep in te stellen, doch enkel wat de burgerlijke veroordelingen betreft.
Hoger beroep. Als Opdrachtgever in hoger beroep tegen een uitspraak wenst te gaan dan zal Gebruiker Opdrachtgever doorverwijzen naar een advocaat.
Hoger beroep. Het College van Arbitrage in Hoger Beroep bestaat uit drie arbiters, vermeld op de betreffende lijst van artikel 25.
Hoger beroep. P.2015.0025.N AC nr. ... De kamer van inbeschuldigingstelling wiens rechtsmacht voortvloeit uit de devolutieve werking van het hoger beroep heeft inzake voorlopige hechtenis dezelfde bevoegdheden als de raadkamer en zij kan dan ook, op hoger beroep van het openbaar ministerie tegen een beschikking van de raadkamer om de inverdenkinggestelde onder voorwaarden vrij te laten, beslissen dat de voorlopige hechtenis, uit te voeren in de gevangenis, wordt gehandhaafd, ook al had de onderzoeksrechter in het bevel tot aanhouding beslist dat de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht zou worden uitgevoerd; noch de regeling uitgewerkt in artikel 24bis, eerste lid, Voorlopige Hechteniswet noch die uitgewerkt in artikel 25, §1 en 2, Voorlopige Hechteniswet, die betrekking hebben op niet vergelijkbare situaties, laten toe anders te oordelen (1). (1) Cass. 28 januari 2014, XX X.00.0000.X, AC 2014, nr. 76 en noot (1). 6 januari 2015 6 januari 2015 P.2014.1956.N AC nr. ...
Hoger beroep. Partijen zijn hoger beroep van een arbitraal xxxxxx overeengekomen. Op het hoger beroep is eveneens het arbitragereglement van het Nederlands Arbitrage Instituut van toepassing evenals de hiervoor genoemde bepalingen.
Hoger beroep. STRAFZAKEN (DOUANE EN ACCIJNZEN INBEGREPEN)
Hoger beroep ieder der partijen heeft in beginsel het recht om van een in eerste aanleg gewezen vonnis in hoger beroep te komen.
Hoger beroep. 1. Ieder der partijen heeft het recht om van een in eerste aanleg gewezen vonnis van de Raad in hoger beroep te komen.
2. Het hoger beroep tegen een arbitraal vonnis dient binnen drie (3) maanden na de datum van het betreffende op schrift gestelde vonnis te worden ingesteld door middel van indiening van een memorie van grieven bij het secretariaat.
3. Het hoger beroep tegen een arbitraal vonnis in een spoedbodemgeschil of in een kort geding als bedoeld in artikel 6 van dit reglement, dient binnen een (1) maand na de datum van het betreffende op schrift gestelde vonnis te worden ingesteld door middel van indiening van een memorie van grieven bij het secretariaat. De Voorzitter beslist omtrent de spoedbehandeling van het hoger beroep.
4. Hoger beroep van een tussenvonnis en/of van een gedeeltelijk eindvonnis kan slechts tezamen met hoger beroep van het laatste eindvonnis worden ingesteld; zulks lijdt evenwel uitzondering, indien het scheidsgerecht – op verzoek of ambtshalve – in het betreffende vonnis uitdrukkelijk anders heeft bepaald of indien partijen uitdrukkelijk anders zijn overeengekomen.
5. De aanvraagkosten in hoger beroep zijn per 1 januari 2015 vastgesteld op EUR 2.785,00. Dit bedrag wordt jaarlijks (per 1 januari) aangepast conform het consumentenprijsindexcijfer (CPI) alle huishoudens van het CBS. Het geïndexeerde bedrag wordt daarbij steeds naar boven of beneden afgerond op een veelvoud van vijf (5) euro. De aanvraagkosten dienen uiterlijk vier (4) weken na de aanhangigmaking van het hoger beroep te zijn overgemaakt. Bij niet tijdige betaling kan de Raad het dossier sluiten, in welk geval het geschil geldt als niet meer aanhangig. Van de sluiting worden beide partijen op de hoogte gesteld.
1. Het hoger beroep zal worden behandeld door een scheidsgerecht gevormd door drie (3) appèlarbiters.
2. Tot appèlarbiters zijn benoembaar leden-deskundige en leden-jurist van het College van Arbiters.
3. Van een appèlscheidsgerecht maakt minstens één lid-jurist van het College van Arbiters deel uit.
4. Een arbiter die aan de behandeling van het geschil in eerste instantie heeft deelgenomen, is niet benoembaar tot appèlarbiter.
5. De secretaris die overeenkomstig dit reglement aan het scheidsgerecht in eerste aanleg werd toegevoegd, zal niet kunnen worden toegevoegd als secretaris aan het appèlscheidsgerecht.
1. Op het hoger beroep zijn de bepalingen van dit reglement zoveel mogelijk overeenkomstig van toepassing, met dien verstande dat het aanhangig maken va...
Hoger beroep. 43.1 Indien de Commissie uitspraak heeft gedaan in de vorm van een bindend advies, staat daar tegen hoger beroep open in de gevallen voorzien in en op de wijze geregeld in het Reglement van Beroep.
43.2 Indien de Commissie uitspraak heeft gedaan in de vorm van een bindend advies, kan de Aangeslotene, als alternatief voor hoger beroep bij de Commissie van Beroep, de Klacht binnen twee maanden na ontvangst van het bindend advies in volle omvang en met terzijdelating van het bindend advies aan de burgerlijke rechter voorleggen, indien het een Klacht betreft waarvan de Aangeslotene naar het oordeel van de burgerlijke rechteraannemelijk maakt dat de uitspraak zo principieel moet worden geacht, dat het daarmee gemoeide belang voor de Aangeslotene en/of de bedrijfstak in haar algemeenheid, de grens van € 5.000.000,-- zal overschrijden. De voor de Consument met deze procedure en eventuele vervolgprocedures samenhangende kosten voor rechtsbijstand en de proceskosten komen voor rekening van de Aangeslotene. Bovendien betaalt de Aangeslotene ongeacht de uitspraak van de burgerlijke rechter de door de Commissie aan de Consument in de uitspraak van de Commissie toegekende vergoeding, mits de Consument bereid is in deze procedure(s) als partij op te treden. Is de Consument daartoe niet bereid, dan wordt het advies geacht niet bindend te zijn en is de Aangeslotene niet gehouden de uitspraak van de Commissie gestand te doen.