Organisatieverlof Voorbeeldclausules

Organisatieverlof. 1. Voor zover het binnen de arbeidstijd noodzakelijk is wordt afwezigheid met behoud van salaris toe- gestaan voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van een vakvereniging en voor het door de vakvereniging georganiseerde vormings- en scholingswerk en wel in de volgende mate. Het hoofdbestuur van de desbetreffende vakvereniging kan per verlofjaar ten hoogste 2 dagen verlof per 10 vakverenigingsleden - naar boven afgerond op tientallen - op wie deze overeenkomst van toe- passing is, aanvragen ten behoeve van de leden die het met genoemde werkzaamheden wenst te belasten. 2. Indien in een bedrijf meer dagen worden opgenomen dan waarop krachtens bovenstaande bepaling recht bestaat, kan dat teveel via het OSV-fonds worden gecompenseerd met dagen die in een ander bedrijf niet zijn opgenomen, hoewel daar recht op bestond. Uit het OSV-fonds zal aan de bedrijven waar teveel dagen zijn opgenomen door het bestuur een vastgestelde vergoeding per dag worden betaald, terwijl aan bedrijven waar minder dan het maximum aantal dagen is opgenomen, voor elke dag eenzelfde bedrag in rekening zal worden gebracht. Het bestuur van het OSV-fonds zal voor de uitvoering van deze bepaling een regeling opstellen, die de goedkeuring behoeft van partijen. In bijlage 32 is het reglement van het OSV-Fonds hierbij opgenomen. a. Het hoofdbestuur van elke vakvereniging toont bij aanvang van elk verlofjaar ten genoegen van het bestuur van het OSV-fonds aan hoe groot het aantal verenigingsleden als bovenbedoeld per 1 december van het voorafgaande jaar was. b. Elke werkgever toont bij aanvang van elk verlofjaar ten genoegen van het bestuur van het bestuur van het OSV-fonds aan hoeveel personeelsleden bij hem in dienst zijn op 1 januari van dat jaar. c. Het bestuur van het OSV-fonds stelt jaarlijks op basis van de gegevens bedoeld in het 1e en 2e lid en eventueel aanvullende informatie, het aantal verlofdagen per werkgever per vakvereniging vast en deelt dit z.s.m. mede aan elke betrokken werkgever en elke vakvereniging. 4. De in dit artikel bedoelde afwezigheid wordt niet toegestaan als het dienstbelang zich daartegen verzet. Indien op grond van dit lid een verzoek om organisatieverlof wordt afgewezen, wordt aan betrokkene onverwijld schriftelijk de reden van de afwijzing medegedeeld. 5. Het organisatieverlof, zoals bedoeld in lid 1, kan in hele of halve dagen worden opgenomen. Het opnemen van halve dagen organisatieverlof door rijdend personeel is echter alleen toegestaan indien en vo...
Organisatieverlof. 1. DHL stelt aan de vakorganisaties een aantal werkdagen beschik- baar ten behoeve van activiteiten van die vakorganisaties. 2. Het totaal aantal toe te kennen (organisatie)dagen bedraagt per kalenderjaar driemaal het aantal leden van de betrokken vakorganisatie per 31 december van het voorafgaande jaar, gedeeld door tien. 3. Organisatiedagen dienen tijdig, bij voorkeur twee weken tevoren, te worden aangevraagd door de desbetreffende vakorganisatie onder opgave van de personalia, woonplaats en adres van de werknemer. De aanvraag wordt gehonoreerd tenzij het dienst- belang dat aantoonbaar verhindert. In dat geval zal aanvragende vakorganisatie geïnformeerd worden. 4. In een jaar niet gebruikte dagen vervallen.
Organisatieverlof. Voor het deelnemen aan overleg wordt als diensttijd aangemerkt de duur van de dienst welke op die dag verricht had moeten worden met een maximum van acht uur. Vrije uren worden gecompenseerd.
Organisatieverlof. 1. Een werknemer die kaderlid is van één van de partijen waarmee deze cao is aangegaan, heeft voor het deelnemen aan vakbondsvergaderingen recht op organisatieverlof met behoud van loon. 2. Per onderneming worden er maximaal 3 kaderleden door de gezamenlijke partijen aangewezen. 3. De gezamenlijke partijen zullen aan de werkgever schriftelijk mededelen wie binnen zijn bedrijf tot kaderlid is/zijn aangewezen. 4. Per kaderlid kunnen, indien de werkzaamheden dit naar het oordeel van de werkgever toelaten, ten hoogste 6 dagen verlof per kalenderjaar worden opgenomen. 5. Voor elke vakbondsvergadering dient het kaderlid een daartoe bedoelde uitnodiging aan de werkgever te overhandigen. 6. Voor het bijwonen van vakbondsvergaderingen kan aan de werknemer die geen kaderlid is, maar wel gewoon lid is van één van bij deze cao betrokken partijen, indien de werkzaamheden dit, naar het oordeel van de werkgever, toelaten, met een maximum van 1 volledige dag per kalenderjaar, verlof worden gegeven met behoud van loon. Voor elke vakbondsvergadering dient het betrokken lid een daartoe bedoelde uitnodiging aan de werkgever te overhandigen. 7. Vakbondskaderleden hebben krachtens deze cao dezelfde rechtsbescherming als de leden van de ondernemingsraad krachtens de Wet op de ondernemingsraden. 8. De werknemer die lid is van een vakbond betrokken bij deze cao kan zijn vakbondscontributie in mindering laten brengen op zijn bruto salaris, conform de hiervoor geldende fiscale regelgeving, om daarmee het bestaande fiscaal wettelijk voordeel te genieten.
Organisatieverlof. 1. De werknemer die ambassadeur is van LBV heeft, indien de arbeid dit naar het oordeel van de werkgever toelaat, recht op organisatieverlof met behoud van loon gedurende maximaal drie dagen per kalenderjaar. 2. De ambassadeur is een werknemer die constructief en inhoudelijk meedenkt met LBV over het in deze cao overeengekomen pakket loon- en arbeidsvoorwaarden. Daarnaast is de ambassadeur binnen de onderneming het aanspreekpunt voor LBV én voor zijn collega’s. 3. De ambassadeur die in aanmerking komt voor organisatieverlof wordt door LBV aan het adres van de werkgever schriftelijk kenbaar gemaakt. Voor het opnemen van organisatieverlof dient de ambassadeur een convocatie aan de werkgever te overhandigen. 4. De werknemer die geen ambassadeur is maar ’gewoon lid’ is van LBV heeft voor het bezoeken van ledenvergaderingen en indien de arbeid dit naar het oordeel van de werkgever toelaat, recht op organisatieverlof met behoud van loon gedurende twee halve dagen per kalenderjaar. Voor elke ledenvergadering dient de werknemer een daartoe bedoelde convocatie aan de werkgever te overhandigen. 5. De werknemer die ambassadeur is van LBV heeft voor het volgen van door of namens LBV georganiseerde studiebijeenkomsten én indien de arbeid dit naar het oordeel van de werkgever toelaat, recht op extra organisatieverlof met behoud van loon gedurende maximaal zes dagen per kalenderjaar. Voor het opnemen van extra organisatieverlof dient de ambassadeur uiterlijk twee weken van tevoren een convocatie aan de werkgever te overhandigen.
Organisatieverlof. Indien de bedrijfsbelangen zich hiertegen niet verzetten, kan aan een werknemer, die lid is van een vakvereniging, vrijaf worden gegeven met behoud van het basismaandloon, gedurende maximaal 4 werkdagen per jaar voor het deelnemen aan: a. bondscongressen en daarmee gelijk te stellen bondsbijeenkomsten; b. door de werknemersorganisaties te organiseren cursussen.
Organisatieverlof. Xxxxxx dat je krijgt om aan vakbondsactiviteiten deel te kunnen nemen.
Organisatieverlof. De werkgever zal voor een organisatieverlofdag een vergoeding van de betreffende werknemersorganisatie ontvangen, welke deze organisatie bekostigt uit de werkgeversbijdrage van 0,3% van de loonsom ten behoeve van scholing, vorming- en voorlichtingsactiviteiten.
Organisatieverlof. Indien de bedrijfsbelangen zich hiertegen niet verzetten, kunt u, indien u lid bent van een van de vakverenigingen die partij zijn bij deze CAO, vrijaf krijgen met behoud van uw basis maandinkomen gedurende maximaal vier werkdagen per jaar voor het deelnemen aan: a. Bondscongressen en daarmede gelijk te stellen bondsbijeenkomsten; b. Door de vakvereniging georganiseerde cursussen. In bijzondere gevallen kan - in overleg tussen partijen - van het bepaalde in dit lid worden afgeweken, in die zin dat een groter aantal dagen organisatieverlof aan een bepaalde medewerker wordt toegekend.
Organisatieverlof. 1. Aan een werknemer die lid is van een der werknemersorganisaties, waarmee deze overeenkomst is aangegaan, zal met inachtneming van het in lid 2 bepaalde vrijaf worden gegeven met behoud van salaris – hierna te noemen organisatieverlof – voor de volgende activiteiten: a. het deelnemen aan bondscongressen, bondsraad of daarmee gelijk te stellen bijeenkomsten; b. het deelnemen aan door genoemde werknemersorganisaties georganiseerde cursussen. 2. Hierbij gelden de navolgende maxima: a. Per georganiseerde werknemer kunnen, indien de werkzaamheden dit naar het oordeel van de werkgever toelaten, ten hoogste 10 organisatieverlofdagen per jaar worden opgenomen. In bijzondere gevallen kan, voor met name genoemde vakbondsleden die kaderfuncties vervullen, dit aantal – in overleg tussen partijen en de werkgever – worden verhoogd; b. De werkgever zal voor een organisatieverlofdag een vergoeding van de betreffende werknemersorganisatie ontvangen, welke deze organisatie bekostigt uit de werkgeversbijdrage van 0,3 % van de loonsom ten behoeve van scholings-, vormings- en voorlichtingsactiviteiten. De hoogte van de vergoeding bedraagt voor 2024: €347.- per dag; vervolgens zal de hoogte van de vergoeding per kalenderjaar volgens de overeengekomen systematiek worden vastgesteld. 3. Onder salaris te verstaan het basis- respectievelijk schemasalaris dat betrokkene bij arbeid zou hebben ontvangen.