Pensioenrichtleeftijd Voorbeeldclausules

Pensioenrichtleeftijd. De pensioenrichtleeftijd is gelijk aan de eerste dag van de maand waarin de deelnemer 65 jaar wordt. Indien de werknemer eerder met pensioen wenst te gaan dan op de pensioenrichtleeftijd dient de werknemer dit ten minste een half jaar voor- afgaande aan de gewenste pensioendatum aan de werkgever mede te delen. Indien de pensioendatum afwijkt van de pensioenrichtleeftijd wordt de hoogte van het pensioen gekort via actuarieel neutrale conversie op basis van aan de financiering van de pensioenregeling ten gronde liggende kansstelsels en rekenrente. Het dienstverband wordt met wederzijds goedvinden beëindigd op het moment dat de werknemer daadwerkelijk en volledig met pensioen gaat. Verder wordt de mogelijkheid geboden om met parttime pensioen te gaan. Hierover dient de werknemer een afspraak met de werkgever te maken. Hierbij zijn dezelfde aanmeldingstermijnen van toepassing als bij vervroegde pensionering.
Pensioenrichtleeftijd. De pensioenrichtleeftijd is gelijk aan de eerste dag van de maand waarin de deelnemer 62 jaar wordt. Indien de werknemer eerder met pensioen wenst te gaan dan op de pensioenrichtleeftijd dient de werknemer ten minste een half jaar vooraf- gaande aan de gewenste pensioendatum hierover overeenstemming met de werkgever te bereiken. Indien de werknemer later met pensioen wenst te gaan dan op de pensioenrichtleeftijd dient de werknemer ten minste een half jaar vooraf- gaande aan de pensioenrichtleeftijd hierover overeenstemming met de werkgever te bereiken. In een dergelijk geval zal de werkgever de inko- menspositie van de werknemer bij zijn beoordeling van het verzoek betrekken. Indien de pensioendatum afwijkt van de pensioenrichtleeftijd wordt de hoogte van het pensioen gekort dan wel verhoogd via actuarieel neutrale conversie op basis van aan de financiering van de pensioenregeling ten gronde liggende kansstelsels en rekenrente. Bij de actuarieel neutrale conversie van het pensioen zal de werkgever ook de waarde van de aanvul- lingsregelingen zoals omschreven in artikel 8.3 van deze cao betrekken, voor zover de deelnemer op de pensioenrichtleeftijd op deze regelingen recht gehad zou hebben. Verder wordt de mogelijkheid geboden om met parttime pensioen te gaan. Hierover dient de werknemer een afspraak met de werkgever te maken. Hierbij zijn dezelfde aanmeldingstermijnen van toepassing als bij vervroegde en verlate pensionering.
Pensioenrichtleeftijd. 1. Met ingang van 1 januari 2018 is de pensioenrichtleeftijd 68 jaar.
Pensioenrichtleeftijd. De eerste dag van de maand waarin u 68 jaar wordt. Met deze datum berekenen wij de opbouw van uw pensioen.
Pensioenrichtleeftijd. 36.4.1. Het kapitaal voor het ouderdomspensioen wordt opgebouwd met een richtpensioenleeftijd van 68 jaar.
Pensioenrichtleeftijd. De pensioenrichtleeftijd is de eerste dag van de maand samenvallend met of volgend op de dag dat de (gewezen) deelnemer de leeftijd van 68 jaar bereikt.
Pensioenrichtleeftijd. De pensioenrichtleeftijd is de leeftijd zoals deze is gedefinieerd in het 6de lid van artikel 18a van de Wet loonbelasting 1964.
Pensioenrichtleeftijd. Bijlagen
Pensioenrichtleeftijd. Voor deze categorie werknemers is de pensioenrichtleeftijd 62 jaar. Indien de werknemer overweegt langer door te werken, dient hij dat ten minste 6 maanden voor de hierboven genoemde pensioenrichtleeftijd aan zijn werkgever kenbaar te maken. Met wederzijdse instemming van werkgever en werknemer kan de feitelijke pensioenleeftijd ook eerder zijn gelegen. Bij afwijking van de pensioenrichtleeftijd wordt het pensioen op actuarieel neutrale basis herrekend. Met wederzijdse instemming van de werkgever en de werknemer kan ook deeltijdpensioen worden afgesproken.
Pensioenrichtleeftijd e. De pensioenrichtleeftijd is 68 jaar.