Financiering van de pensioenregeling. 1. De financiering van de krachtens dit pensioenreglement vast te stellen pensioenaanspraken (met uitzondering van de voorwaardelijke toeslagregeling als bedoeld in artikel 13) geschiedt door betaling van bijdragen zoals vastgelegd in de tussen de werkgever en het pensioenfonds afgesloten uitvoeringsovereenkomst en/of uitvoeringsreglement.
2. De in lid 1 bedoelde bijdrage wordt jaarlijks door het bestuur van het pensioenfonds, gehoord de actuaris van het fonds, vastgesteld. Deze bijdrage bestaat voor aangesloten werkgevers in de bedrijfstak Herwinning grondstoffen voor een deel uit doorsneepremie en voor een deel uit leeftijdsafhankelijk premies (actuariële koopsommen). De bijdrage voor aangesloten werkgevers in de bedrijfstak Groothandel is volledig gebaseerd op leeftijdsafhankelijke premies (actuariële koopsommen). De door de werkgever verschuldigde bijdrage voor de aspirant-deelnemers bestaat geheel uit leeftijdsafhankelijke premies (eenjarige risicopremies).
3. De doorsneepremie wordt uitgedrukt in een percentage van de pensioengrondslag en is door alle aangesloten werkgevers uit de bedrijfstak Herwinning grondstoffen verschuldigd over de pensioengrondslag doch maximaal het standaard maximum pensioengevend jaarsalaris als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder I. minus de standaard-franchise (“pensioengrondslag ten behoeve van basispremie”). De voor enig jaar geldende standaardbedragen en de voor dat jaar geldende doorsneebijdrage zijn in bijlage 3 bij dit reglement opgenomen. De doorsneepremie wordt gebruikt voor de financiering van de jaarlijks op te bouwen pensioenaanspraken over de hiervoor genoemde “pensioengrondslag ten behoeve van basispremie” en deels voor de risicopremies voor de verzekering van het partner- en wezenpensioen over toekomstige pensioenjaren, het aanvullend partner- en wezenpensioen als bedoeld in artikel 34, lid 3 en 4 van dit reglement en voor het premievrijstellingsrisico bij arbeidsongeschiktheid. Het gedeelte van de risicopremies dat onderdeel is van de doorsneepremie is gelijk aan de hiervoor genoemde “pensioengrondslag ten behoeve van basispremie” gedeeld door de totale pensioengrondslag zoals vastgesteld op basis van artikel 7 van het pensioenreglement. Voor de jaarlijkse pensioenopbouw wordt uitgegaan van het in artikel 9 genoemde standaard- opbouwpercentage ouderdomspensioen.
4. De leeftijdsafhankelijke premie is verschuldigd voor de financiering van de jaarlijks op te bouwen en te verzekeren pensioenaanspraken voor zover d...
Financiering van de pensioenregeling. 1. Met inachtneming van de tussen het pensioenfonds en de werkgever gesloten uitvoeringsovereenkomst worden de kosten van de pensioenregeling door de werkgever gedragen door betaling van een driejaarlijks vast te stellen doorsneepremie.
2. De deelnemersbijdrage in de in lid 1 genoemde kosten bedraagt een door de werkgever vast te stellen percentage van de pensioengrondslag. Deze bijdrage wordt door de werkgever op het salaris van de betrokken deelnemer ingehouden in 12 maandelijkse termijnen.
3. De in lid 1 bedoelde premie wordt achtereenvolgens aangewend voor: - financiering van de risicopremies ter dekking van de aanspraken in de artikelen 8 lid 2, 10 lid 4, 12 en 30 lid 1 en 2; - financiering van de pensioenuitvoerings- en administratiekosten en de solvabiliteitsopslag; - financiering van de in enig kalenderjaar op te bouwen aanspraken op ouderdomspensioen, partner- en wezenpensioen; - het vormen van een premiereserve.
4. De werkgever kan de betaling van zijn premie verminderen of geheel staken indien naar zijn oordeel het bedrijfsbelang dit noodzakelijk maakt als gevolg van een ingrijpende wijziging van omstandigheden. Wordt van dit recht gebruik gemaakt, dan zullen de op te bouwen pensioenaanspraken aan de gewijzigde omstandigheden worden aangepast en zal het pensioenreglement worden aangepast.
5. Indien de werkgever tot het in lid 4 vermelde wenst over te gaan, stelt hij de deelnemers en het pensioenfonds hiervan onmiddellijk schriftelijk in kennis.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De financiering van de Pensioenaanspraken uit hoofde van dit Pensioenreglement vindt plaats overeenkomstig de afspraken die zijn vastgelegd in de Uitvoeringsovereenkomst.
2. Dit Pensioenreglement betreft een CDC‐pensioenregeling waarin wordt gestreefd naar pensioenen op middelloonbasis, met de volgende karakteristieken: • De omrekening van een vaste premie van de loonsom naar de pensioengrondslag zoals bepaald in de uitvoeringsovereenkomst. • In de pensioenovereenkomst is een vaste premie afgesproken (25,4% van de loonsom) voor de periode van drie jaren, ingaande vanaf 1 januari 2020. Deze afspraak is met ingang van 1 januari 2023 voor een periode van twee jaar verlengd. • Indien de kostendekkende premie lager is dan de vaste premie dan zal het overschot worden gereserveerd in een premiedepot. Indien in enig jaar de kostendekkende premie hoger is dan de vaste premie, worden de eventuele middelen uit het premiedepot aangewend om de pensioenopbouw van 1,65% van de pensioengrondslag te realiseren. • Wanneer de gemaximeerde premie op basis van het CDC‐systeem niet langer toereikend is om de beoogde middelloonregeling te financieren en er geen middelen in het depot zijn, worden de opbouwpercentages voor de opbouw van toekomstige pensioenaanspraken (ouderdomspensioen, partnerpensioen en wezenpensioen) navenant verlaagd en zal de premie niet worden verhoogd; • Indien na de periode vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2024 nog middelen in het depot zijn en opbouw heeft plaatsgevonden zoals in dit reglement beschreven, dan zullen de nog aanwezigen middelen worden aangewend voor toeslagverlening van de op dat moment actieve deelnemers. • Met het betalen van de premie heeft de Werkgever aan zijn financiële verplichtingen voldaan. Er bestaat geen bijstortingsverplichting voor de Werkgever. • Wanneer het Pensioenfonds niet zelfstandig binnen de wettelijke termijnen uit tekort komt, worden de Pensioenen en Pensioenaanspraken gekort. Evenmin wordt bijgestort als de toeslagambitie niet voldoende wordt gerealiseerd; • Wanneer de dekkingsgraad van het Pensioenfonds volgens de wettelijke normen een premiekorting of een premierestitutie zou toestaan, wordt deze niet verleend; De pensioenregeling is daarom gebaseerd op een vaste premie zoals nader in dit pensioenreglement en in de uitvoeringsovereenkomst beschreven.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De financiering van de krachtens dit reglement vast te stellen pensioenaanspraken (met uitzondering van aanspraken die voortvloeien uit artikel 5, toeslagen) geschiedt door betaling van bijdragen als omschreven in een tussen het pensioenfonds en de werkgever afgesloten uitvoeringsovereenkomst.
2. De in lid 1 bedoelde bijdrage wordt jaarlijks door het bestuur, gehoord de actuaris van het fonds, vastgesteld. Deze bijdrage is een doorsneepremie en zal worden uitgedrukt in een percentage van de pensioengrondslag.
3. De in lid 2 bedoelde doorsneebijdrage bedraagt minimaal circa 20% en maximaal circa 30% van de pensioengrondslag. Voor 2021 bedroeg de bijdrage eenmalig circa 33,5% van de pensioengrondslag. De doorsneebijdrage dient ten minste gelijk te zijn aan de kostendekkende premie als bedoeld in lid 6 van dit artikel.
4. De doorsneepremie wordt betaald door de werkgever en de deelnemers.
5. De financiering van de pensioenaanspraken vindt gedurende het deelnemerschap evenredig in de tijd plaats. Hierbij zijn de reglementair opgebouwde pensioenaanspraken over verstreken pensioenjaren op elk moment volledig ingekocht en afgefinancierd.
6. De doorsneebijdrage dient ten minste gelijk te zijn aan de door de actuaris van het fonds, met inachtneming van het bepaalde bij en krachtens artikel 128 en 129 van de Pensioenwet, vastgestelde kostendekkende premie. Als de overeengekomen doorsneebijdrage naar verwachting niet kostendekkend is voor de in enig jaar volgens het pensioenreglement toe te kennen pensioenaanspraken, zal het bestuur van het pensioenfonds in overleg treden met de werkgever om alsnog een kostendekkende premie bewerkstelligen door een mogelijke verhoging van de doorsneepremie. Indien een verhoging van de doorsneepremie niet mogelijk is zal de premie kostendekkend worden verkregen door een aanpassing van de pensioenregeling.
7. Indien er sprake is van een verlaging van de in enig jaar toe te kennen pensioenaanspraken als bedoeld in lid 6, informeert het pensioenfonds de deelnemers en de werkgever schriftelijk over het besluit tot vermindering van de pensioenaanspraken van de deelnemers.
8. De aanpassing van de pensioenregeling als bedoeld in lid 6 kan bij bestuursbesluit geheel of ten dele ongedaan worden gemaakt.
9. De werkgever kan de betaling van de werkgeversbijdragen verminderen of geheel staken, indien naar zijn oordeel het bedrijfsbelang dit noodzakelijk maakt als gevolg van een ingrijpende wijziging van omstandigheden. Indien de werkgever van ...
Financiering van de pensioenregeling. 11.1 De deelnemer is geen eigen bijdrage verschuldigd voor de uitvoering van deze pensioenregeling.
11.2 De werkgever heeft ingevolge deze pensioenregeling geen andere verplichtingen dan hetgeen is vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst, waaronder het afdragen van de beschikbare premies en het verstrekken van informatie die het fonds nodig heeft om de pensioenregeling uit te voeren. De werkgever zal nimmer aanvullende bijdragen voldoen en heeft nimmer enige aanspraak op de middelen van het fonds.
11.3 De werkgever behoudt zich het recht voor in geval van ingrijpende wijziging van omstandigheden, zoals financieel onvermogen, de grootte van zijn bijdrage te verminderen of de betaling daarvan geheel te staken. Het pensioenreglement zal dan gewijzigd worden waarbij de uit het pensioenreglement voortvloeiende toekomstig op te bouwen aanspraken worden verminderd. Wanneer de werkgever voornemens is tot uitoefening van de bevoegdheid op grond van het in dit lid genoemde voorbehoud over te gaan, zal hij dit onverwijld schriftelijk mededelen aan het bestuur en aan de deelnemers.
11.4 Het fonds is gerechtigd om pensioenkapitalen te verminderen op grond van de omstandigheden zoals genoemd in artikel 134 van de Pensioenwet.
Financiering van de pensioenregeling. 1. Jaarlijks wordt tegen koopsomstorting een tijdsevenredig gedeelte ingekocht van het verschil tussen:
a) het op de pensioenrichtdatum te verkrijgen ouderdoms- levenslange partner -en wezenpensioen op basis van de ten tijde van de storting geldende berekeningsgrondslagen en
b) het reeds ingekochte ouderdoms- levenslange partner- en wezenpensioen.
2. Het levenslange partner- en wezenpensioen, voor zover niet ingekocht, en het ANW- overbruggingspensioen, worden van jaar tot jaar verzekerd tegen betaling van een risicopremie. Deze pensioenen hebben geen premievrije waarde ingeval van beëindiging van het deelnemerschap.
3. Het recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeids- c.q. beroepsongeschiktheid, wordt verzekerd door middel van een bruto opslag op de koopsommen. Dit betreft een risicoverzekering en heeft geen premievrije waarde ingeval van beëindiging van het deelnemerschap.
4. Het beroepsongeschiktheidspensioen wordt verzekerd tegen betaling van een jaarlijkse risicopremie per EUR 1.000 verzekerd pensioen. Deze verzekering heeft geen premievrije waarde ingeval van beëindiging van het deelnemerschap.
5. Krachtens een tussen de vennootschap en het pensioenfonds gesloten uitvoeringsovereenkomst, stelt de vennootschap, inclusief de deelnemersbijdrage, jaarlijks aan het pensioenfonds een bijdrage beschikbaar. De deelnemersbijdrage bedraagt jaarlijks één derde deel van de totale pensioenlasten. Deze bijdrage wordt maandelijks ingehouden op het bruto maandsalaris.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De financiering van de opbouw van pensioenaanspraken gedurende het deelnemerschap vindt plaats door middel van de Totale vaste pensioenpremie, waarvan de hoogte is vastgesteld conform hetgeen is vastgelegd in de Uitvoeringsovereenkomst. De premies zijn verschuldigd door de Werkgever. De Werkgever is naast deze Totale vaste pensioenpremie geen bijdragen verschuldigd.
2. Ingeval de deelnemer gebruik maakt van deeltijdpensioen, als bedoeld in hoofdstuk IV, blijft de Werkgever de in lid 1 bedoelde premies aan de Stichting afdragen, met inachtneming van de gewijzigde deeltijdfactor.
3. In de kosten van de pensioenregeling wordt gedurende het deelnemerschap door de deelnemer vanaf de datum aanvang deelnemerschap bijgedragen. De bijdrage bedraagt 5,8% van de pensioengrondslag. De bijdrage is verschuldigd vanaf de datum van opname in de pensioenregeling over volle maanden van het deelnemerschap. De Werkgever zal de bijdrage met de deelnemer in gelijke delen, bij iedere betaling van het salaris, verrekenen.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De in dit pensioenreglement omschreven aanspraken op ouderdomspensioen, partnerpensioen en wezenpensioen worden op zodanige wijze gefinancierd, dat steeds aan het einde van ieder kalenderjaar dan wel, indien dat eerder is, bij beëindiging van het deelnemerschap, de pensioenrechten met betrekking tot de verstreken deelnemerstijd volledig zijn gefinancierd.
2. De in dit pensioenreglement omschreven aanspraken op WGA-hiaatpensioen en het partnerpensioen als bedoeld in artikel 6 derde en vierde lid worden gefinancierd op risicobasis.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De kosten van de pensioenregeling worden gedragen door de werkgever. De financiering vindt plaats overeenkomstig de afspraken die zijn vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst tussen de Werkgever en het Pensioenfonds.
Financiering van de pensioenregeling. 1. De financiering van de in dit Pensioenreglement omschreven aanspraken geschiedt door betaling van de verschuldigde Premies door de Werkgever aan het Pensioenfonds. De Werkgever is een jaarlijkse Premie verschuldigd. De jaarlijkse Premie wordt per 1 januari van het kalenderjaar aan de Werkgever in rekening gebracht.
2. De jaarlijkse Premie wordt vastgesteld door het Bestuur. Hierbij zijn de onderstaande voorwaarden van toepassing:
a. De benodigde Xxxxxx wordt berekend volgens de voorwaarden die zijn vastgelegd in de tussen de Werkgever en het Pensioenfonds gesloten uitvoeringsovereenkomst. Daarbij wordt rekening gehouden met de voorschriften die zijn vastgelegd in de Actuariële en bedrijfstechnische nota van Kring HP Nederland van het Pensioenfonds.
b. De jaarlijkse Premie wordt uitgedrukt in een percentage van de pensioengrondslag.
c. De Premies zijn verschuldigd voor alle Deelnemers en worden bij de Werkgever in rekening gebracht.
d. De Werkgever en de Deelnemer zijn verplicht tijdig alle informatie te verstrekken of stukken te overleggen die het Bestuur voor de berekening van de Premie nodig acht. Aan deze verplichting moet worden voldaan binnen de door het Bestuur vastgestelde termijnen. In het algemeen geldt als termijn 1 maand, ingaand op de datum waarop een wijziging van de pensioen- of premiebepalende gegevens plaatsvindt. Bij het niet voldoen aan deze verplichting is het Pensioenfonds bevoegd de benodigde gegevens naar eigen inzicht vast te stellen.