Salarisregeling. (behorend bij artikel 22, lid 2 van de CAO)
Salarisregeling. 5.1.1 De werkgever stelt de zwaarte van jouw functie vast op basis van een salarisregeling.
5.1.2 In het functieraster zijn referentiefuncties vastgesteld. Het functieraster is opgenomen in bijlage
Salarisregeling. Artikel 1. De medewerker wordt bij zijn benoeming aangesteld in een bepaalde functie en op basis van de door de werkgever vastgestelde functieomschrijving ingedeeld in één van de salarisschalen. Alle wijzigingen in salariëring worden de medewerker schriftelijk medegedeeld.
Artikel 2. De werkgever reikt de medewerker bij indiensttreding een exemplaar van de functieomschrijving uit en voorts telkens wanneer de functie wijzigt of de medewerker een andere functie krijgt toegewezen.
Salarisregeling. Er zijn 11 salarisschalen: A tot en met K
Salarisregeling. 1. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal met een minimumsalaris en een maximumsalaris. De salarisschalen zijn opgenomen in bijlage I van deze CAO. De werkgever kan eventueel noodzakelijke positieve aanpassingen in de loonlijn na overleg met de vakorganisaties doorvoeren.
2. Salarisschaal 1 is bedoeld voor arbeidsbeperkte werknemers die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen en voor wie loonkostensubsidie wordt ingezet. Het minimum van schaal 1 is gelijk aan 100% van het WML (Wettelijk Minimum Loon) en het maximum van schaal 1 is gelijk aan 120% WML. Verhogingen gaan mee met de aanpassingen van het WML en daarmee niet met de cao- verhogingen.
a. De werknemer ontvangt schriftelijk mededeling van de salarisschaal waarin zijn functie is ingedeeld, de salarisschaal waarin hij is ingedeeld en de hoogte van zijn maandsalaris.
b. Beschikt de werknemer nog niet over voldoende niveau aan opleiding, kennis en ervaring om de functie te kunnen uitoefenen, dan wordt de werknemer gedurende maximaal een jaar in een lagere dan met die functie overeenkomende salarisschaal ingedeeld.
4. Indien een werknemer bezwaar heeft tegen zijn functieomschrijving of tegen de indeling van zijn functie kan hij gebruik maken van de Procedure Bezwaar en Beroep. Deze is opgenomen in bijlage III van deze CAO.
Salarisregeling. Bijlage 2, artikelen 1.1, 1.2, 1.3.a en 1.4 zijn niet van toepassing.
1. Met inachtneming van de begripsbepalingen uit Bijlage 2 wordt ter vaststelling van het salaris van de werknemer in de functiegroepen 10, 11 en 12 Appendix I van deze regeling gehanteerd. Werknemers worden op basis van functie vergelijkingsonderzoek in functiegroepen ingedeeld. Indien de werknemer (nog) niet volledig voldoet aan de eisen, die worden gesteld aan de desbetreffende functie, kan werknemer gedurende een periode van maximaal zes maanden één functiegroep lager worden ingedeeld en als zodanig worden gesalarieerd.
2. Bij aanname is het salaris in beginsel gelijk aan het aanvangssalaris van de salarisgroep. Indien opleiding, ervaring, capaciteiten en dergelijke daartoe aanleiding geven kan een hoger aanvangssalaris worden toegekend. Hierbij wordt rekening gehouden met het salarisniveau van vergelijkbare, reeds in dienst zijnde werknemers.
3. De werknemer met een dienstverband van meer dan zes maanden wordt op iedere salarisdag een salarisverhoging op basis van het beoordelingsresultaat, toegekend, tot het functiegroepmaximum is bereikt. Voor de regeling betreffende het gedifferentieerd beloningsbeleid wordt verwezen naar Bijlage 2, lid 1.3.
4. Onder promotie wordt verstaan iedere functiegroepverhoging. Ingeval van promotie wordt de werknemer ingeschaald in de hogere salarisgroep waarbij rekening wordt gehouden met zijn oudere salarisniveau en het salarisniveau van vergelijkbare werknemers en/of overige werknemers op de afdeling.
Salarisregeling. Je salaris wordt vastgesteld aan de hand van de salarisregeling in de bedrijfs-cao.
Salarisregeling. (Uitvoeringsregeling als bedoeld in artikel 12 van de Generale regeling rechtspositie medewerkers)
Salarisregeling. INSCHALING BIJ INDIENSTTREDING, DOORGROEI EN PERIODIEKDATUM
Salarisregeling. 19a Definities In deze regeling wordt verstaan onder:
1. Salaristabel: het overzicht van de van toepassing zijnde salarissen verdeeld in leeftijds- en functieschalen (zie bijlage 4);
2. Leeftijdsschaal: de van toepassing zijnde salarissen voor werknemers van 15 tot en met 21 jaar gerelateerd aan de functie-indeling;
3. Functieschaal: de van toepassing zijnde salarissen voor werknemers van 22 jaar en ouder gerelateerd aan de functie-indeling;
4. Salarisgroep/-schaal: de bij een functiegroep behorende salarisgroep in de salaristabel;