Studietoeslag Voorbeeldclausules

Studietoeslag. (Geldig tot 31.12.2020 voor medewerkers in dienst tot 31.12.2020) Voor de functie Aspirant Hoofdoperator wordt (indien het opleidingstraject tot Hoofdoperator wordt gevolgd) maandelijks een studietoeslag verstrekt, gekop- peld aan het vastgelegd trainingstraject. − Voor de functie van 3e aspirant hoofdoperator bedraagt deze € 150,-- bruto. (Deze toeslag maakt onderdeel uit van het schaalsalaris. − Deze toeslag wordt geïndexeerd met de structurele salarisverhogingen zo- als bepaald in artikel 6.1., dat wil zeggen met het daarvoor geldende per- centage. − Deze toeslag wordt opgenomen in het pensioenreglement hoofdregeling en pensioenreglement vroegpensioenregeling onder de naam “Studietoe- slag”. Geldig vanaf 1 januari 2021: Er wordt een nieuwe functie Paneloperator (in Orba 7) ingevoerd per 01.01.2021 De invoering van deze nieuwe functie is om de doorgroei van Operator naar uit- eindelijk Hoofdoperator te optimaliseren. De hierboven genoemde studietoeslagen zullen bij promotie naar Paneloperator danwel Hoofdoperator worden geintegreerd in het schaalsalaris, zodat deze op dat moment komen te vervallen. Bij promotie van Operator (Orba 6) naar Paneloperator (Orba 7) zal een salaris- aanpassing van 8% gelden. Bij promotie van Paneloperator naar Hoofdoperator (orba 8) zal nogmaals een salarisaanpassing van 8% gelden. Voor alle operators die in dienst zijn bij Yara tot 1 januari 2021 en die in aan- merking komen volgens artikel 5.4 studietoeslag tot 1 januari 2021, wordt een individuele berekening gemaakt met als doelstelling dat niemand er financieel op achteruit zal gaan. Indien de opleiding voor de functie van Hoofdoperator staakt vanwege incompe- tentie, eigen verzoek of tussentijdse beëindiging van het opleidingstraject, wordt de studietoeslag afgebouwd voor zover de werknemer de bijkomende taken en verantwoordelijkheden, zoals opgenomen in de functieomschrijving van de As- sistent Hoofdoperator functies, niet blijft uitoefenen. Deze studietoeslag zal afgebouwd worden met de cao verhogingen. De toegekende toeslag blijft behouden indien er uiteindelijk minder functies zijn, bijvoorbeeld door formatieve afbouw, dan waarvoor de werknemer is opgeleid.
Studietoeslag. Aan de inwoner, die recht heeft op studiefinanciering of een tegemoetkoming in de schoolkosten en die door een structurele medische beperking niet in staat is om te werken naast de studie, kan op aan- vraag een studietoeslag worden verstrekt. Hieronder is uitgewerkt op welke manier de structurele me- dische beperking wordt vastgesteld en hoe hoog de studietoeslag is. Inwoners die recht hebben op een WAJONG-uitkering kunnen geen studietoeslag ontvangen. 1. Bij een aanvraag voor studietoeslag onderzoekt het college of de inwoner als rechtstreeks gevolg van een ziekte of gebrek structureel niet in staat is om inkomsten te verwerven naast zijn studie. De gemeente kan hiervoor advies vragen bij een gecontracteerde medisch adviseur. 2. Voor de beoordeling of een inwoner als gevolg van ziekte of gebrek structureel niet in staat is om inkomsten te verwerken naast de studie, hanteren we de volgende uitgangspunten: a. Ziekte of gebrek: een fysieke of psychische ziekte of beperking die voortkomt uit een in de persoon gelegen ziekte of medisch gebrek, zo ernstig dat daardoor die persoon structureel niet in staat is naast de studie inkomsten te verwerven. b. Structureel: als er binnen een periode van 12 maanden na de aanvraag geen herstel of ver- betering is te verwachten in de ziekte of medische beperking, zodanig dat belanghebbende wel in staat is om naast de studie te werken en daar inkomsten mee te verwerven. 3. Een medisch advies kan achterwege blijven als: a. het college uit eigen waarnemingen kan beoordelen dat er recht bestaat op studietoeslag gelet op de ernst/aard van de ziekte of het gebrek; b. er eerder recht was op studietoeslag en de toeslagonderbreking korter dan 3 maanden is geweest én er geen redenen zijn om te veronderstellen dat de medische situatie gewijzigd is; c. als de aanvrager niet voldoet aan de voorwaarden van artikel 36b lid 3 van de wet. 4. Het college kan gedurende de looptijd van de studietoeslag een (nieuw) medisch advies opvragen als de verwachting is dat de medische situatie na een bepaalde periode mogelijk verbetert. 5. De hoogte van de studietoeslag is gelijk aan de bedragen genoemd in artikel 7a van het Besluit loonkostensubsidie en minimumbedragen studietoeslag Participatiewet 2021.
Studietoeslag. 1. Xxx u 15 jaar of ouder? □ Ja Ga verder met vraag 2 □ Nee U komt niet in aanmerking 2. Woont u in de gemeente Lochem? (inschrijving in de Basisregistratie Personen) □ Ja Ga verder met vraag 3 □ Nee U komt niet in aanmerking 3. U ontvangt studiefinanciering of een andere tegemoetkoming in de studiekosten? □ Ja Ga verder met vraag 4 □ Nee U komt niet in aanmerking 4. Kunt u door een medische beperking naast de studie structureel niet bijverdienen? □ Ja Ga verder met vraag 5 □ Nee U komt niet in aanmerking 5. U heeft recht op een Wajong-uitkering van het UWV? □ Ja U komt niet in aanmerking □ Nee Ga verder met vraag 6 6. U heeft inkomen uit arbeid, WW of Ziektewet □ Ja U komt niet in aanmerking □ Nee Ga verder met vraag 7 7. Ontvangt u een stagevergoeding? □ Ja Bedrag per maand: €…………. Ga verder met blok D □ Nee Ga verder met blok E Is de stagevergoeding meer dan € 197,15 per maand? Dan wordt deze in mindering gebracht op de studietoeslag. Is de stagevergoeding gelijk aan of hoger dan de vrijlating plus de hoogte van de studietoeslag? Dan bestaat er geen recht op studietoeslag.

Related to Studietoeslag

  • Vakantietoeslag De werknemer ontvangt 8% vakantietoeslag over de in het vakantietoeslagjaar verdiende salaris. De uitbetaling van deze vakantietoeslag zal eenmaal per jaar in de maand ............./periode * doch uiterlijk op 30 juni plaatsvinden.

  • Studiekostenregeling De werkgever heeft de mogelijkheid terzake van de in de artikelen 43 en 44 genoemde kosten voor aanvang van de opleiding een studiekostenregeling aan z'n werknemers voor te leggen. Deze studiekostenregeling verplicht de werknemer: - bij ontslagname van de werknemer binnen een jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 75% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen; - bij ontslagname van de werknemer binnen twee jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 50% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen; - bij ontslagname van de werknemer binnen drie jaar na het behalen van het diploma/certificaat: 25% van de kosten van de genoten opleiding terug te betalen.

  • Ploegentoeslag De werknemer die in ploegendienst werkt krijgt een toeslag van 14% van zijn maandsalaris of van zijn vierwekensalaris.

  • ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN Toepassingsgebied Artikel 1. Deze verkoopsvoorwaarden zijn van toepassing op alle online verkopen op xxxxxx.xx van onroerende goederen – vrijwillige, gerechtelijke en vrijwillige onder gerechtelijke vorm - waartoe wordt overgegaan in België.

  • Vakantie bij ontslag a. Bij het eindigen van de dienstbetrekking zal de werknemer desgewenst in de gelegenheid worden gesteld de hem nog toekomende vakantie op te nemen met dien verstande dat deze dagen niet eenzijdig in de opzeggingstermijn mogen worden begrepen. b. Indien de werknemer de hem toekomende vakantie niet heeft opgenomen, zal elke niet genoten dag worden uitbetaald. Deze uitbetaling wordt gebaseerd op het maandinkomen, aangevuld met de vakantietoeslag en de gratificatie. c. Teveel genoten vakantie wordt op overeenkomstige wijze met het salaris verrekend. d. De werkgever reikt de werknemer bij het einde van de dienstbetrekking een verklaring uit waaruit blijkt de duur van de vakantie zonder behoud van salaris welke de werknemer op dat tijdstip nog toekomt.

  • Fysiotherapie en oefentherapie Cesar/Mensendieck U heeft recht op fysiotherapie en oefentherapie Cesar/Mensendieck. Hieronder leest u om welke zorg het gaat en welke voorwaarden er voor het recht op deze zorg gelden.

  • Levensloopregeling De werknemer overlegt met zijn leidinggevende voordat hij het gespaarde verlof uit de levensloopregeling opneemt. De werkgever kan zich verzetten tegen het moment van het opnemen op grond van zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. Uitzondering hierop vormt ouderschapsverlof, zoals opgenomen in de Wet Arbeid en Zorg. De werkgever geeft de werknemer schriftelijk uitsluitsel binnen één maand, nadat hij het verzoek van de werknemer heeft ontvangen.

  • Vakantiebijslag 1. Per kalenderjaar heeft de werknemer recht op een vakantiebijslag die 8% bedraagt van het over de vierde betalingsperiode van het lopende kalenderjaar berekende loon maal dertien en bij loonbetaling per maand 8% van het loon over de maand april van het lopende kalenderjaar maal twaalf. Onder het loon zoals genoemd in dit artikel wordt verstaan het van toepassing zijnde functieloon, vermeerderd met, indien van toepassing, de ploegendiensttoeslag en de persoonlijke toeslag ex artikel 23 van deze CAO. 2. De minimum vakantiebijslag bedraagt per kalenderjaar voor alle werknemers van 22 jaar en ouder tenminste 104% van het in de vierde betalingsperiode van het lopende kalenderjaar geldende loon, respectievelijk tenminste 96% van het loon over de maand april van het lopende kalenderjaar bij maandbetaling, behorende bij schaal D trede 1. Voor de jeugdige werknemer in de zin van artikel 20 bedraagt dit minimum het bij hun leeftijd passende percentage, genoemd in artikel 20, van hiervoor aangegeven bedrag. 3. Indien de werknemer slechts een gedeelte van het kalenderjaar in dienst is van de werkgever, heeft hij recht op een evenredig deel. 4. De vakantiebijslag dient in de maand mei over het lopende kalenderjaar te worden uitbetaald. 5. In afwijking van het gestelde in lid 4 kan de werkgever aan de werknemer die minder dan 1 jaar in zijn dienst is, of op basis van een tijdelijk contract korter dan 3 jaar in zijn dienst is, de vakantiebijslag in twee termijnen betalen, en wel één in de maand mei en één in de maand november. 6. Indien het dienstverband van de werknemer vóór de vierde betalingsperiode danwel vóór april eindigt, vormt – in afwijking van lid 1 – het laatst genoten loon de basis van de berekening van de vakantiebijslag. 7. In geval van langdurige arbeidsongeschiktheid is de werkgever over een periode van 24 maanden van de arbeidsongeschiktheid verplicht de vakantiebijslag te betalen, met inachtneming van de bepalingen in artikel 16 van de Wet Minimumloon en Minimumvakantiebijslag. Voor de toepassing van dit artikellid worden perioden waarin de werknemer ten gevolge van ziekte verhinderd is geweest zijn arbeid te verrichten, bij elkaar opgeteld, indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan 4 weken opvolgen.

  • Terbeschikkingstelling 3.5.1.1 Indien in het kader van het Riskmanagement door Opdrachtnemer Personeel aan Opdrachtgever ter beschikking wordt gesteld voor de duur van een project, is Opdrachtgever gehouden om, zodra hem bekend is op welke datum het project eindigt, Opdrachtnemer onmiddellijk, doch in ieder geval een maand voor het einde van het project, daarvan schriftelijk op de hoogte te stellen. 3.5.1.2 Opdrachtgever staat er voor in dat de arbeidsduur en werktijden van het aan Opdrachtgever ter beschikking gestelde Personeel voldoen aan VPB-CAO en aan de wettelijke voorschriften. Aanvang en duur van de vakantie wordt vastgesteld in onderling overleg tussen Opdrachtgever, Opdrachtnemer en het ter beschikking gestelde Personeel. 3.5.1.3 Opdrachtgever is de vergoeding voor het ter beschikking stellen van Personeel verschuldigd over de volledig overeengekomen arbeidsomvang, vermeerderd met een vergoeding voor eventueel meer gewerkte uren en door het Personeel gemaakte onkosten, tenzij het Personeel niet werkzaam is geweest wegens ziekte, arbeidsongeschiktheid, verlof of een andere reden die in de risicosfeer ligt van Opdrachtnemer. Indien buiten de gebruikelijke werktijden werkzaamheden worden verricht gelden de met Opdrachtgever overeengekomen toeslagen. 3.5.1.4 Opdrachtnemer factureert aan de hand van de door Opdrachtgever voor akkoord getekende urenverantwoording van het Personeel. Opdrachtgever is verantwoordelijk voor de juiste invulling van gewerkte uren en overuren en van door het Personeel gemaakte onkosten. 3.5.1.5 Indien Opdrachtgever weigert de urenverantwoording voor akkoord te tekenen heeft Opdrachtnemer het recht het aantal door het Personeel gewerkte uren zelf vast te stellen overeenkomstig de opgave van de werknemer dan wel, bij gebreke van een dergelijke opgave, vast te stellen op de overeengekomen arbeidsomvang.

  • Bouwbesluit Dit project wordt gerealiseerd conform de geldende eisen en regelingen van het Bouwbesluit. In het Bouwbesluit worden de vertrekken in de woning anders benoemd. De begrippen keuken, woonkamer, slaapkamer en dergelijke worden in het Bouwbesluit niet gehanteerd, maar er wordt gesproken in termen als gebruiksoppervlak, verblijfsgebied, verblijfsruimte, verkeersruimte en dergelijke. Hiermee worden gebieden of zones binnen een woning aangeduid, welke afhankelijk van het beoogde gebruik en/of de opgenomen voorzieningen voldoen aan een bepaalde gebruiksfunctie. De begrenzingen van deze zones of gebieden hoeven niet noodzakelijkerwijs overeen te komen met de fysieke indeling van de woning. Het doel hiervan is om een grotere flexibiliteit in de indeling van een woning binnen de regelgeving mogelijk te maken.