Subsidiecriteria Voorbeeldclausules

Subsidiecriteria. 1. Subsidie voor maatregelen zoals genoemd in bijlage I, onderdelen 1 tot en met 14, wordt alleen verstrekt aan natuurlijke personen. 2. Subsidie voor maatregelen zoals genoemd in bijlage I, onderdelen 1 tot en met 14, wordt alleen verstrekt aan woningeigenaren van een woningen met een bouwjaar van 1993 of ouder. 3. Subsidie voor maatregelen zoals genoemd in bijlage I, onderdelen 1 tot en met 14, wordt alleen verstrekt aan natuurlijke personen met een jaarlijks inkomen (in het jaar voor aanvraag) van maximaal €40.765 (enkelvoudig huishouden) of €45.014 (meervoudig huishouden). Deze bedragen zijn gelijk aan de door de Rijksoverheid vastgestelde inkomensgrenzen die worden gebruikt voor het toewijzen van sociale huurwoningen en worden indien van toepassing aangepast aan nieuwe vastgestelde grenzen. 4. Subsidie voor maatregelen zoals genoemd in bijlage I, onderdeel 14, wordt alleen verstrekt aan de persoon welke eigenaar is van de woning waaraan de geoffreerde en/of gefactureerde werk- zaamheden uitvoert worden. 5. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan particuliere woningeigenaren die een aanvraag hebben ingediend voor een door henzelf bewoonde woning in de in artikel 3, onder a, genoemde proeftuin. 6. Subsidie wordt alleen verstrekt voor voorzieningen die voorkomen op de Duurzame Energielijst in bijlage I. 7. Subsidie wordt alleen verstrekt indien er met facturen en betaalbewijzen is aangetoond dat de voorzieningen daadwerkelijk zijn/worden toegepast en betaald binnen de criteria van de regeling.
Subsidiecriteria. 1. Subsidie voor voorzieningen zoals genoemd in ‘Bijlage 1: Duurzame Energielijst’ wordt alleen verleend aan natuurlijke personen die eigenaar én bewoner zijn van de woning waarvoor aanvraag wordt gedaan, zoals vermeld in artikel 3 onder lid 2; 2. Subsidie voor voorzieningen zoals genoemd in ‘Bijlage 1: Duurzame Energielijst’ wordt alleen verstrekt aan natuurlijke personen met een jaarlijks geregistreerd inkomen van maximaal de door de Rijksoverheid vastgestelde inkomensgrens die van toepassing is voor het in aanmerking komen van een sociale huurwoning op basis van een meerpersoonshuishouden. De maximale inkomens- grens wordt gerelateerd aan het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan (voor 2023 geldt een maximale inkomensgrens van € 48.625); 3. Indien de aanvraag wordt gedaan vóór uitvoering van de werkzaamheden dan dienen deze uiterlijk 18 maanden na de dagtekening van de subsidiebeschikking te zijn uitgevoerd; 4. De ontvangen subsidie mag alleen gebruikt worden voor het financieren van door de aanvrager voorgestelde energiebesparende voorzieningen in het kader van deze regeling. De verleende subsidie wordt teruggevorderd indien niet onomstotelijk kan worden aangetoond dat: a. de voorzieningen waarvoor subsidie is aangevraagd overeenkomstig de aanvraag zijn aan- gebracht; én: b. de voorzieningen niet door het bedrijf zijn uitgevoerd binnen de criteria van deze regeling; 5. De subsidie is stapelbaar met andere subsidies, zoals de Isolatiesubsidie Drenthe, ISDE subsidie en de Subsidieregeling verduurzaming Volkshuisvesting Drenthe en eventuele andere (in de toekomst) beschikbare subsidies, voor zover aanvrager daarvoor in aanmerking komt en voor zover dat toegestaan is vanuit andere regelingen en tot maximaal het totale investeringsbedrag. Indien de toe te kennen subsidie samen met andere subsidies die de aanvrager heeft ontvangen of nog zal ontvangen het maximum van 100% van de subsidiabele kosten van de betreffende activiteit(en) overstijgt, kan de subsidie vanuit deze regeling, voor dat deel waarmee het maximum van 100% van de subsidiabele kosten van de betreffende activiteit wordt overschreden, door de gemeente Hoogeveen worden teruggevorderd.
Subsidiecriteria. Er vindt minimaal één keer per jaar een overleg plaats tussen de bibliotheekvoorziening en de gemeente. Specifieke afspraken worden meegenomen in de beschikking; • De subsidie dient jaarlijks voor 1 juni voorafgaand aan het subsidiejaar te worden aangevraagd; • De bibliotheekvoorziening draagt ervoor zorg dat, conform de doelstelling van de subsidie, de volgende taken/activiteiten worden uitgevoerd, waarbij de prioriteit ligt bij kennis bevordering: - Het aanbieden van een basispakket van producten en diensten afgestemd op de behoefte van de bevolking waarbij rekening wordt gehouden met verschillende doelgroepen, met name die groepen voor wie de toegang tot cultuur en informatie niet vanzelfsprekend is; - Voor de invulling van het basispakket zijn de landelijke richtlijnen maatgevend; - Ter bepaling van de collectie staat de vraag van de klant centraal, waarbij de vraag van niet- abonnementhouders eveneens in overweging wordt genomen; - De bibliotheekvoorziening spant zich in om het aantal gebruikers te vergroten; - Het beheer van een bibliotheekvoorziening en het beheer en onderhoud van de bibliotheekcollectie, alsmede het aanvullen en registreren van deze collectie; - Het op een laagdrempelige en stimulerende manier toegankelijk maken van de collectie voor het publiek; - Een voor het publiek toegankelijke aansluiting op internet; - De bibliotheekvoorziening neemt deel aan diverse relevante lokale netwerken en participeert in lokale, regionale en landelijke ontwikkelingen zover die relevant zijn voor het bereiken van ge- meentelijke doelen voor het bibliotheekwerk; - De bibliotheekvoorziening stelt zich actief op in het proces van bibliotheekvernieuwing, waarbij samenwerking met bibliotheken in de regio moet leiden tot efficiëntievoordelen dan wel tot kwaliteitsverbetering en idealiter tot beide; - De bibliotheekvoorziening draagt er zorg voor dat het publiek in voldoende mate op de hoogte is van de activiteiten van de bibliotheek; - De bibliotheekvoorziening stimuleert de belangstelling van de jeugd voor lezen o.a. door een aanbod aan de basisscholen in de gemeente Het Xxxxxxxx; - Op basis van de Producten- en diensten Catalogus van de bibliotheekvoorziening maakt de ge- meente afspraken over welke producten en diensten we in het betreffende jaar van de bibliotheek- voorziening afnemen. Op basis van de afname van de diensten- en producten, dient de biblio- theekvoorziening hun verantwoording in.
Subsidiecriteria. 1. Subsidies worden alleen verstrekt aan organisaties zonder winstoogmerk, waarvan de te subsidiëren activiteiten zijn gericht op de inwoners van de gemeente. De hoogte van de subsidie kan dan worden afgestemd op het (verwachte) aantal deelnemers uit de gemeente Hoogeveen, de omvang van de doelgroep in de gemeente Hoogeveen of het aantal ingezetenen van de gemeente Hoogeveen. 2. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet aantoonbaar minimaal 80 % van de leden, dan wel van de deelnemers aan de activiteiten, woonachtig zijn in de gemeente Hoogeveen.
Subsidiecriteria. 1. De beoordeling van projecten en initiatieven waarvoor subsidie wordt aangevraagd vindt plaats aan de hand van de criteria zoals aangegeven in de Factsheet Bereikbaarheidsfonds Beter Benutten Zwolle Kampen Netwerkstad . Samengevat zijn deze criteria: a. Het bereikbaarheidsarrangement of de spitsmijdendeal waarvoor subsidie wordt aangevraagd richt zich op één of meer van de doelgroepen van Xxxxx Xxxxxxxx Zwolle Kampen Netwerkstad: bezoekers van de binnenstad, bezoekers van evenementen, studenten/scholieren of werknemers. b. Er is een duidelijk aantoonbare relatie te verwachten tussen de doelstellingen van het programma Beter Benutten Zwolle Kampen Netwerkstad en de uitvoering van de specifieke initiatieven met betrekking tot de bereikbaarheidsarrangementen en spitsmijdendeals. c. Het bereikbaarheidsarrangement of de spitsmijdendeal heeft een meerwaarde voor de doelgroep waarop het gericht is. d. In het projectplan bij de subsidieaanvraag geeft de initiatiefnemer aan hoe de monitoring van de resultaten van de spitsmijdendeal of het bereikbaarheidsarrangement bij de uitvoering gaat geschieden. 2. Het college is bevoegd om de in lid 1 genoemde criteria nader uit te werken.
Subsidiecriteria. 1. Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van Impulsplannen ter bevordering van opleiding en ontwikkeling, gericht op van-werk-naar-werk transities, leven lang ontwikkelen, of digitale vaardigheden, zoals bedoeld in het Statenvoorstel Human Capital Agenda regio Utrecht. In dit Impulsplan zijn tenminste de volgende onderdelen opgenomen:
Subsidiecriteria. Eerste lid. Subsidie wordt verstrekt voor de realisatie van Impulsplannen. Hiermee wordt bedoeld het uitvoeren van het impulsplan. In de Human Capital Agenda zijn voor elke ambitie kwantitatieve doelen opgenomen. Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van een of meer van de in de agenda opgenomen kwantitatieve doelen. Dit moet uit de beschrijving van de visie, missie en strategie van het plan duidelijk blijken. Samenwerkende partijen leggen hun samenwerking met uitgewerkte taakverdeling en onderlinge afspraken vast in een overeenkomst die door alle partijen wordt ondertekend en wordt toegevoegd aan het impulsplan. In het impulsplan is een uitgewerkte begroting opgenomen van de totale programmakosten. Het is dus van belang aan te tonen hoe de meerjarige dekking van de gerealiseerde cofinanciering eruitziet voor zowel subsidiabele als niet subsidiabele kosten. Partijen dienen in het impulsprogramma aan te geven op welke wijze de activiteiten binnen de subsidieperiode schaalbaar zijn naar andere sectoren en/of andere subregio’s binnen de Regio Utrecht zodat het bereik en effectiviteit van de activiteiten binnen en na de projectperiode kunnen worden vergroot. De UTA streeft naar een blijvende en structurele versterking van de regionale arbeidsmarkt. De activiteit moet in staat zijn om na de maximale subsidietermijn de activiteiten blijvend zelf te bekostigen, zonder aanvullende subsidie vanuit de provincie Utrecht. Tweede lid. In het impulsplan moet zijn opgenomen aan welke doelstellingen van de Human Capital Agenda een bijdrage wordt geleverd. De minimale omvang van het aantal personen dat een overstap maakt, deelneemt aan een LLO- activiteit of het basis niveau van digitale vaardigheden bereikt is in totaal 100 personen per impulsplan. Deze ondergrens wordt gesteld om te zorgen dat de impulsplannen in hun bereik en effectiviteit een substantiële bijdrage leveren aan het bereiken van de kwantitatieve doelstellingen. Aangetoond moet worden waaruit de additionaliteit is op te maken. Veel partijen houden zich, vanuit hun reguliere taak of opgave al bezig met doelstellingen uit de Human Capital Agenda. Zo zijn bijvoorbeeld uitzendbureaus dagelijks bezig met transities van werknemers van de ene sector naar de andere of van de ene regio naar de andere. Xxxxxx werken opleidingspartijen continu aan een actueel onderwijscurriculum om te voldoen aan bindende nationale opleidingsnormen. Subsidiering van dergelijke onderdelen via deze regeling is niet mogelijk....
Subsidiecriteria. § 1. Indien een jeugdbeweging erkend is door de jeugdraad dan kan deze jeugdbeweging aanspraak maken op een basissubsidie, aangevuld met een ledensubsidie en een puntensysteem. § 2. Het globale budget voor werkingsubsidies wordt als volgt verdeeld over de verschillende soorten van werkingssubsidies: ▪ Basissubsidie per JWI-soort wordt gegarandeerd uitgekeerd. ▪ Overschot na afhouding van de totaalsom voor de basissubsidies wordt procentueel verdeeld: o 75% voor de ledensubsidie, o 25% voor het puntensysteem. § 3. Per JWI-soort zijn volgende basissubsidiebedragen voorzien per JWI: Deelname aan de werkgroepen: minimaal 2/3e van de vergaderingen per werkgroep (c) 3/JWI/werkgroep Vrijwillige begeleiding voorzien tijdens een activiteit die georganiseerd wordt door de jeugddienst. (d) 1 punt per aanwezige persoon Aandacht voor bijzondere doelgroepen (e) 10 Vereiste gegevens, afhankelijk per onderdeel en gestaafd met documenten uit volgende structuur: a. Om de berekening te maken dient u volgende aantallen door te geven: gekwalificeerde begeleiders met een kopij van het hoogst behaalde attest, een ledenlijst b. Beknopt verslag omtrent de deelname aan de gemeentelijke jeugdraad. c. Beknopt verslag omtrent de deelname aan de werkgroepen van de gemeentelijke jeugdraad. d. Een overzicht van welke begeleiders een activiteit van de jeugddienst vrijwillig hebben begeleid. Let op, indien men een vrijwilligersvergoeding kreeg telt dit niet mee. e. Bijzondere doelgroepen: ▪ Jeugd- en jongerenbewegingen € 450 Omschrijving van de begeleiding/aandacht voor ▪ Andere lokale JWI’s € 300 bijzondere doelgroepen (Mensen in armoede, mensen ▪ Jeugdateliers € 900 met een beperking,….) ▪ Xxxxxxxxxxxxxx € 450 ▪ Jeugdhuizen € 250 § 4. Het gedeelte van het totale werkingssubsidiebedrag dat voorzien is voor de ledensubsidie wordt gedeeld door het totaal aantal leden. Per vereniging wordt een eenvoudig vermenigvuldiging van dit bedrag met het aantal leden toegepast. Het is vereist een ledenlijst met de naam, adres en geboortedatum van alle leden bij te voegen. Voor een jeugdpastoraal volstaat het om een gedetailleerde lijst van de deelnemers per activiteit bij te voegen.
Subsidiecriteria. Om in aanmerking te komen voor subsidie moet cumulatief aan de volgende criteria zijn voldaan: - De percelen zijn geregistreerd als landbouwgrond. - De begunstigde levert de locatie van het perceel/ de percelen aan, aan de hand van gegevens uit de verzamelaanvraag. - Het beheer van het perceel is gedurende de looptijd van de overeenkomst in handen van de begunstigde of de begunstigde ziet er op toe dat de beschreven techniek in deze overeenkomst wordt uitgevoerd door de gebruiker. - De begunstigde is lid van een lerend netwerk of zal zich lid maken van een lerend netwerk dat werkt rond verbetering van de bodem en/of koolstoflandbouw (in overleg met Inagro) - De begunstigde gaat akkoord met het voorgesteld beheer per maatregel: zie bijgevoegde fiches per maatregel. - De begunstigde voert de techniek of combinatie van technieken vastgelegd in de overeenkomst uit gedurende de looptijd van de overeenkomst. - De begunstigde bezorgt bewijsstukken van toepassing per maatregel (aankoopfacturen, gewichtsbewijzen, foto’s). - Er mag op de percelen in hetzelfde jaar géén andere subsidie met een of meer gelijkaardige voorwaarden worden verleend. - De begunstigde geeft hiervoor ook toestemming aan de provincie om de verzamelaanvraag op te vragen bij het departement landbouw en visserij. - De begunstigde gaat akkoord om mee te werken aan externe communicatie over deze piloot · Artikel 5. Beoordelingscommissie Voor de behandeling van de dossiers wordt een beoordelingscommissie opgericht. Deze bestaat uit leden van Inagro en de provincie. De beoordelingscommissie verstrekt op basis van de aspecten vermeld bij aanvraagcriteria, aanvraagprocedure en subsidiecriteria een gemotiveerd advies en prioritering aan de deputatie. Dit advies betreft het al dan niet selecteren van een landbouwer met zijn voorgesteld koolstofopslagproject, alsook de evaluatie bij het beoordelen van de correcte uitvoering van de opgelegde maatregelen.
Subsidiecriteria. 1. Maatschappelijke organisaties dienen aan te tonen dat er sprake is van acute nood door de gestegen energiekosten. 2. Maatschappelijke organisaties zijn niet in deze situatie beland door verwijtbaar en/of onrechtmatig gedrag van de aanvrager. 3. Organisaties hebben een plan of energiescan voor de verduurzaming van het onderkomen en daarmee een structurele oplossing. Wanneer dit plan of deze energiescan er nog niet is, zorgt de organisatie dat het plan/de energiescan er komt binnen drie maanden na datum van de aanvraag om subsidie en deelt de datum van verkrijgen energiescan zo spoedig mogelijk aan het college mee. 4. Organisaties nemen eigen verantwoordelijkheid door een eventueel eigen vermogen in te zetten voor het dekken van de meerkosten. Reserves die bestemd zijn om het voortbestaan in de toekomst te borgen, kunnen (gedeeltelijk) buiten beschouwing worden gelaten. 5. Organisatie vragen eventuele financiële regelingen van rijk, provincie Drenthe of derden aan (met waar nodig ondersteuning van de gemeente) die ook gericht zijn op het terugbrengen van de energielasten. 6. Een eventuele regeling van rijk, provincie of derden gaat voor op deze subsidieregeling.