Beschouwing Voorbeeldclausules

Beschouwing. Beëindiging doorsnee­ systematiek vereist evenwichtig compenseren In het pensioenakkoord is afgesproken dat de pensioenopbouw leeftijdsafhankelijk wordt. De gemaakte afspraken hebben consequenties voor zowel de toekomstige als de bestaande pensioenopbouw. Het akkoord neemt aan dat daarvoor compen­ satie wordt geboden. Is dit juridisch noodzakelijk? En hoe kan compensatie vorm krijgen? ● De gemaakte afspraken betekenen voor sommige leeftijds­ groepen een lager te verwachten pensioen. ● Compensatie van deelnemers is nodig, anders heeft het pensioenakkoord geen kans van slagen. ● Een goede en gemotiveerde stelselherziening én gerichte compensatie beperken de risico’s in verband met claims.
Beschouwing. De analyse van de jaarverslagen maakt drie overkoepelende bevindingen duidelijk: 1. De naleving van de geselecteerde gemonitorde bepalingen ligt tussen de 83,4 en 98,8 procent voor Neder- landse vennootschappen. Dit is vergelijkbaar met de naleving van deze bepalingen in monitors over eerdere boekjaren; 2. Vennootschappen blijken in veel gevallen vooral voor een procesmatige rapportage te kiezen die nauw aansluit bij de letterlijke tekst van de desbetreffende rapportagebepaling, in plaats van hun rapportage inhoudelijk in te vullen aan de hand van de aanknopingspunten die de gedragsbepalingen bieden; 3. Vennootschappen laten in veel gevallen na om duiding te bieden indien bepalingen in de Code expliciet naar elkaar verwijzen en dus in samenhang bekeken moeten worden, denk aan de bepalingen over lange termijn waardecreatie en cultuur. De rapportagebepalingen hebben primair als doel de vennootschappen te laten rapporteren over de wijze waarop zij invulling geven aan in de Code opgenomen gedragsbepalingen (‘principes’ en ‘best practices’). Dat houdt in dat een vennootschap niet alleen een onderwerp noemt in het jaarverslag, maar ook op een inhoudelijke wijze onder- bouwt hoe dat binnen de vennootschap is ingericht, wat bijvoorbeeld de relatie met lange termijn waardecreatie is, welke meetbare prestatiecriteria daaraan zijn gekoppeld etc. Deze wijze van rapporteren geeft daadwerkelijk inzicht in de gang van zaken en het beleid van de vennootschap. Ter illustratie: als een lezer geïnteresseerd is in de werking van het intern toezicht bij de vennootschap, heeft een passage over het aantal vergadermomenten beperkte toe- gevoegde waarde. Meer relevant is bijvoorbeeld wat de raad van commissarissen het afgelopen jaar heeft gedaan of wat de resultaten van het toezicht zijn. Niet alle vennootschappen bieden zulke inhoudelijke verdieping. Tot slot laten vennootschappen in veel gevallen na om meer duiding te bieden bij de samenhang tussen verschil- lende thema’s. Verschillende bepalingen in de Code relateren expliciet aan elkaar, maar vennootschappen slagen er bijvoorbeeld niet altijd in om de verbinding tussen onderwerpen zoals cultuur en lange termijn waardecreatie te expliciteren. In bredere zin toont dit dat vennootschappen de bepalingen uit de Code afzonderlijk en niet in samen- hang behandelen. Bij lange termijn waardecreatie uit zich dit bijvoorbeeld door separate passages over visie ener- zijds en strategie anderzijds. Hier ligt een kans voor vennootschappen om...
Beschouwing. Bovengenoemde vormen van informele medezeggenschap komen terug in hoofdstuk zes, waar het niveau van de basisschool aan bod komt. Alle hierboven genoemde auteurs erkennen dat er rondom de formele medezeggenschap nieuwe vormen van overleg en samenwerking zijn ontstaan. Er is ruimte voor alternatieve vormen en aanvullingen, waarbij meer invloed en inspraak van de professionals steeds het doel is. Directe participatie sluit aan bij de interesse van een groeiende groep leerkrachten, een groep die niet altijd goed wordt bereikt vanuit de formele medezeggenschap.37 Waarschuwingen zijn er ook. Xxxxxx stelt dat vermenging van formele en informele medezeggenschap een kluwen aan problemen, onduidelijkheden en frustraties oplevert. Helderheid in de statusbepaling van de inbreng bij medezeggenschap is een eerste vereiste om dat te voorkomen. Formele medezeggenschap heeft een wettelijke basis, die ook voorziet in een geschillenregeling. Informele medezeggenschap komt voort uit interne regelgeving van de organisatie. Een geschillenregeling ontbreekt standaard.38 Twee kanttekeningen moeten zeker gemaakt worden. Als eerste, bij bevoegdheden horen verantwoordelijkheden. De formele medezeggenschap volgt de bevoegdheden en verantwoordelijkheden, door het voorgenomen besluit als uitgangspunt te nemen. Het uitgangspunt van de wet is een reactieve rol van de (G)MR waardoor, aan ‘de voorkant’ inhoudelijk goede besluiten worden genomen. De (G)MR heeft geen verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de besluiten, dat is voorbehouden aan het schoolbestuur of de schoolleiding die gecontroleerd worden door de interne toezichthouder en de inspectie van het onderwijs. Een tweede kanttekening betreft de rol van de schoolleider (als vertegenwoordiger van het bevoegd gezag) die in de beschrijvingen van informele medezeggenschap soms ontbreekt. Schoolleiders leveren een belangrijke bijdrage aan de onderwijskwaliteit op hun scholen omdat zij een substantiële invloed hebben op het reilen en zeilen binnen hun scholen en daarmee belangrijke sleutels in handen hebben voor schoolontwikkeling en onderwijsverbetering. De schoolleider legt intern verantwoording af aan het bestuur van de onderwijsorganisatie en het schoolbestuur legt verantwoording af aan het intern toezicht en extern aan de overheid.39 Als verantwoordelijkheden van schoolbestuur en schoolleiding overgenomen worden door teams of individuele professionals in de school zal het toezicht en verantwoording ook moeten veranderen.
Beschouwing. De wetgever heeft heldere doelen voor ogen die bereikt moeten worden via goed georganiseerde medezeggenschap. Het doel van de WMS is het organiseren van tegenspraak door duidelijke bevoegdheden voor personeel en ouders en heldere rolverdeling tussen MR en GMR. Het doel van de WVB is verbetering van de werking van de WMS en WPO. De wetgever stelt vier rechten beschikbaar om de medezeggenschap uit te oefenen; informatierecht, instemmingsrecht, adviesrecht en initiatiefrecht. Er is voorzien in algemene en concrete ondersteuning bij de uitvoering van de rechten en plichten. De medezeggenschap leidt ertoe dat het bestuur en de schoolleiding voorgenomen beleid en besluiten moeten voorleggen, expliciteren, bediscussiëren en naar draagvlak moeten zoeken.76 De structuur kent een adequate geschillenregeling. Naast de medezeggenschap is beperkte zeggenschap voor een deel van het personeel in het basisonderwijs wettelijk vastgelegd. Het doel van de WBL is het vastleggen van de zeggenschap, dus niet de medezeggenschap, van de leraar als lid van het team op een specifiek deel van de eigen werkzaamheden en verantwoordelijkheden.77 De leraren hebben het recht om mede te beslissen op een aantal concrete onderwerpen. Deze onderwerpen zijn een uitwerking van een aantal onderwerpen uit de WMS, met name het schoolplan, maar ook de inrichting van het werkoverleg en de taakbelasting. Hoe de stem van de leraren zich verhoudt tot die van de schoolleider is niet vastgelegd, dat is onderdeel van het professioneel statuut.
Beschouwing. Zeggenschap formeel Medezeggenschap informeel De cao sluitende partijen beogen meer professionele ruimte en zeggenschap te realiseren via de professionele dialoog en specifieke vereisten aan het sociaal beleid. De doelstellingen van het Statuut Sociaal Beleid maken eigenaarschap, betrokkenheid en een positief leer- en werkklimaat mogelijk. De werkgever wordt opgeroepen om hiertoe de formele en informele medezeggenschap te benutten. De aanwezigheid van het Statuut Sociaal Beleid sinds 200696 en de stelling in het onderhandelaarsakkoord van 2018 dat meer zeggenschap van medewerkers gevraagd is, roepen vragen op. Er is immers genoeg tijd geweest om de doelen van het Statuut te realiseren. De werkgevers hebben hier blijkbaar één en ander laten liggen. Uit de publicaties van de vakbonden naar aanleiding van het onderhandelaarsakkoord komt een zeker wantrouwen jegens de schoolbesturen naar voren. De slogan ‘samen zorgen we ervoor dat het geld in de klas terecht komt’, wekt de indruk dat de schoolbesturen daarvoor niet zorgen.97 Het wantrouwen is heel expliciet in de handreiking van de CNV over het werkverdelingsplan: “Het zou getuigen van bestuurlijke hygiëne als de PMR ook ZONDER aanwezigheid 94 Artikel 11.5 lid 2 en 3 cao-po 2019-2020.
Beschouwing invloed & inspraak leraren schoolleider team medezeggenschap In de praktijk hebben leraren invloed op de inhoud van belangrijke besluiten en inspraak in besluitvormingsprocessen. Dit is georganiseerd via zeggenschap en medezeggenschap. Leraren en schoolleiders ervaren dat de zeggenschap in gezamenlijkheid uitgeoefend wordt, waarbij er nuanceverschillen tussen de scholen zijn. De ene school heeft een meer sturende schoolleider van de andere. De zeggenschap en informele medezeggenschap vallen als het ware samen. Formele medezeggenschap is gekoppeld aan de ouders. Er gaat geen directe sturing uit van regulatieve rechtsbronnen, waaronder de drie besproken wetten en cao. Ze lijken geen rol te spelen in de dagelijkse gang van zaken op school. Hoewel schoolleiders meer op de hoogte zijn van wet- en regelgeving dan teamleden, schatten zij en de PMR-leden de mate waarin de regulatieve rechtsbronnen invloed hebben even gering in. Voorschriften uit de WMS en WPO lijken desondanks goed geïmplementeerd. De cao is vooral een naslagwerk voor individuele rechtspositionele vragen, zoals verlof, salaris en inzetbaarheid. Het voorschrift werkverdelingsplan wordt echter op prijs gesteld. Doordat het flink gepromoot is, hebben teams, PMR en schoolleiding het gesprek over werkverdeling explicieter en bewuster gevoerd. De regulatieve rechtsbronnen kunnen dus wel sterk sturen. In de scholen is de informele medezeggenschap sterk ontwikkeld. Van teamsturing is soms op onderwerpen sprake maar het is geen bewuste keuze voor de overleg- en werkstructuur. Het overleg in de school is het beste te begrijpen als een vorm van directe participatie. De stappen meeweten, meedenken, meepraten zijn overal goed te herkennen. Meebeslissen wordt verschillend geïnterpreteerd, maar besluiten worden met zoveel mogelijk draagvlak genomen. Het proces ernaartoe is interactief en wordt gekenmerkt door gezamenlijkheid. Het professioneel statuut is bij 14 van de 16 geïnterviewden onbekend. De formele medezeggenschap is voor de invloed en inspraak van leraren niet voorwaardelijk. De MR is een gewaardeerd onderdeel van de schoolorganisatie omdat de ouders daarin vertegenwoordigd zijn. Het perspectief van de ouders en het gesprek met de OMR is op alle deelnemende scholen waardevol, de MR fungeert als klankbordgroep. Besluiten worden beter door de OMR al in een vroeg stadium te betrekken bij plannen en ontwikkelingen. In de gesprekken valt op dat er veel overeenstemming is tussen de groep schoolleiders en de g...

Related to Beschouwing

  • Beschikking Een gemeente in het Samenwerkingsverband FoodValley geeft een Beschikking af, als Jeugdige in aanmerking komt voor een Individuele voorziening. Zij doet dit op inhoudelijk advies van het Lokaal team of na verwijzing door een andere Verwijzer. Zonder deze Beschikking is het voor Jeugdige niet mogelijk gebruik te maken van een Individuele voorziening. Bij verwijzingen door de huisarts, de medisch specialist, de jeugdarts of de Gecertificeerde instelling is een verwijsbrief of formulier 'bepaling jeugdhulp' voldoende om te starten met de levering van de Individuele voorziening. In deze situaties geeft de gemeente de Beschikking met terugwerkende kracht af. Jeugdhulpaanbieders kunnen geen rechten ontlenen aan de Deelovereenkomst Verblijf als zij vergelijkbare diensten aanbieden aan Jeugdige en/of Ouder die geen Beschikking, verwijzing of bepaling jeugdhulp kan overleggen.

  • Reisbescheiden De reisbescheiden (vervoertickets, vouchers, etc.) worden uiterlijk 7 dagen voor vertrek aan de Reiziger toegezonden, tenzij de factuur nog niet volledig is voldaan. Als de Reiziger de reisbescheiden niet 5 dagen voor vertrek heeft ontvangen, dient deze de Organisator meteen op de hoogte te stellen.

  • Beschikbaarheid Artikel 12 -

  • Beschadiging U bent verzekerd voor beschadiging van uw helm en kleding, of die van een medeverzekerde, door alle van buitenkomende onheilen.

  • Beschikbaarstelling 37.1 Leverancier zal de programmatuur binnen een redelijke termijn na het aangaan van de overeenkomst aan klant ter beschikking stellen. 37.2 Onverwijld nadat de overeenkomst is geëindigd, zal klant alle in zijn bezit zijnde exemplaren van de programmatuur aan leverancier retourneren. Indien is overeengekomen dat klant bij het einde van de overeenkomst de desbetreffende exemplaren zal vernietigen, zal klant van zodanige vernietiging leverancier onverwijld schriftelijk melding maken. Leverancier is bij of na het einde van de overeenkomst niet verplicht bijstand te verlenen met het oog op een door klant gewenste dataconversie.

  • Beschrijving II.2.1) Benaming II.2.2) Aanvullende CPV-code(s) II.2.3) Plaats van uitvoering II.2.4) Beschrijving van de aanbesteding:

  • Plaatsbeschrijving Voor het vertrek van de medehuurders-cedenten wordt een tussentijdse plaatsbeschrijving bij uittrede opgemaakt. Deze plaatsbeschrijving wordt opgemaakt overeenkomstig artikel 8 van de huurovereenkomst. Ze wordt opgemaakt op tegenspraak, in aanwezigheid van de medehuurders-cessionarissen. De kosten worden verdeeld onder de drie partijen. De plaatsbeschrijving bij uittrede die bij de initiële plaatsbeschrijving wordt gevoegd, geldt als plaatsbeschrijving bij intrede voor de medehuurders-cessionarissen.

  • Gegevensbescherming Voor de toepassing van dit artikel hebben de gebruikte termen de betekenis zoals uiteengezet in de toepasselijke regelgeving betreffende de verwerking van persoonsgegevens, waaronder: (i) Xx Xxxxxxxxx 0000/00 / XX van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002, de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2002 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (de "Algemene verordening gegevensbescherming"), en (ii) Alle andere lokale en toekomstige toepasselijke wetgeving die deze kan aanvullen of vervangen. (Hierna samen "Gegevensbeschermingsverordening"). - Leverancier verbindt zich om te voldoen aan zijn verplichtingen onder de Gegevensbeschermingsverordening. - Leverancier garandeert AIR LIQUIDE BENELUX INDUSTRIES dat het voldoet aan de Gegevensbeschermingsverordening, in het bijzonder met betrekking tot de beveiliging en vertrouwelijkheid van persoonlijke gegevens. - Leverancier verbindt zich ertoe de gepaste technische en organisatorische maatregelen te treffen om de persoonsgegevens te beschermen tegen onopzettelijke of onwettige vernietiging, verlies, wijziging, ongeautoriseerde openbaarmaking van of toegang tot persoonlijke gegevens verzonden, opgeslagen of anderszins verwerkt, rekening houdend met de aard van verwerking, evenals het risico van variërende waarschijnlijkheid en ernst voor de rechten en vrijheden van natuurlijke personen. - Om de Bestelling uit te voeren, kan de Leverancier persoonlijke gegevens verzamelen en verwerken met betrekking tot medewerkers en / of klanten van AIR LIQUIDE BENELUX INDUSTRIES of andere categorieën van betrokkenen die relevant zijn voor de uitvoering van de Bestelling. - De Leverancier erkent dat hij optreedt als een verantwoordelijke voor de verzameling en verwerking van dergelijke persoonsgegevens die worden uitgevoerd voor de levering van de Bestelling. Leverancier verbindt zich derhalve om te voldoen aan alle vereisten van de Verordening Gegevensbescherming die aan de verantwoordelijke worden opgelegd. - Leverancier verbindt zich ertoe om dit artikel na te leven gedurende de looptijd van de Bestelling en daarna wanneer de verplichtingen in dit artikel blijven bestaan bij beëindiging van deze Order, overeenkomstig de Gegevensbeschermingsverordening en met name de verplichting tot beveiliging en vertrouwelijkheid van de persoonlijke gegevens.

  • Bescherming De Directie draagt er zorg voor dat werknemer vanwege het feit, dat hij een beroep heeft ingediend, niet wordt benadeeld in zijn positie binnen de organisatie. De Directie draagt er tevens zorg voor dat de leden van de commissie vanwege hun lidmaatschap c.q. gegeven adviezen over behandelde beroepen, niet worden benadeeld in hun positie binnen de organisatie.

  • Terbeschikkingstelling 3.5.1.1 Indien in het kader van het Riskmanagement door Opdrachtnemer Personeel aan Opdrachtgever ter beschikking wordt gesteld voor de duur van een project, is Opdrachtgever gehouden om, zodra hem bekend is op welke datum het project eindigt, Opdrachtnemer onmiddellijk, doch in ieder geval een maand voor het einde van het project, daarvan schriftelijk op de hoogte te stellen. 3.5.1.2 Opdrachtgever staat er voor in dat de arbeidsduur en werktijden van het aan Opdrachtgever ter beschikking gestelde Personeel voldoen aan VPB-CAO en aan de wettelijke voorschriften. Aanvang en duur van de vakantie wordt vastgesteld in onderling overleg tussen Opdrachtgever, Opdrachtnemer en het ter beschikking gestelde Personeel. 3.5.1.3 Opdrachtgever is de vergoeding voor het ter beschikking stellen van Personeel verschuldigd over de volledig overeengekomen arbeidsomvang, vermeerderd met een vergoeding voor eventueel meer gewerkte uren en door het Personeel gemaakte onkosten, tenzij het Personeel niet werkzaam is geweest wegens ziekte, arbeidsongeschiktheid, verlof of een andere reden die in de risicosfeer ligt van Opdrachtnemer. Indien buiten de gebruikelijke werktijden werkzaamheden worden verricht gelden de met Opdrachtgever overeengekomen toeslagen. 3.5.1.4 Opdrachtnemer factureert aan de hand van de door Opdrachtgever voor akkoord getekende urenverantwoording van het Personeel. Opdrachtgever is verantwoordelijk voor de juiste invulling van gewerkte uren en overuren en van door het Personeel gemaakte onkosten. 3.5.1.5 Indien Opdrachtgever weigert de urenverantwoording voor akkoord te tekenen heeft Opdrachtnemer het recht het aantal door het Personeel gewerkte uren zelf vast te stellen overeenkomstig de opgave van de werknemer dan wel, bij gebreke van een dergelijke opgave, vast te stellen op de overeengekomen arbeidsomvang.