Compensatie pensioen Voorbeeldclausules

Compensatie pensioen. Voor zover er bij individuele Werkgever geen pensioenregeling op de Medewerker van toepassing is, ontvangt de Medewerker die een pensioenregeling had bij de uitzend- of payrollorganisatie waar hij voorafgaand aan zijn dienstverband bij Werkgever in dienst was (en gedurende die periode door Werkgever werd ingeleend), maandelijks een bruto compensatie ter hoogte van de werkgeversbijdrage in de pensioenpremie zoals die bij de uitzend- of payrollorganisatie voor hem werd afgedragen.
Compensatie pensioen. Voor zover er bij individuele werkgever geen pensioenregeling op de medewerker van toepassing is, ontvangt de medewerker die een pensioenregeling had bij de uitzend- of payrollorganisatie waar hij voorafgaand aan zijn dienstverband bij werkgever in dienst was (en gedurende die periode door werkgever werd ingeleend), maandelijks een bruto compensatie ter hoogte van de werkgeversbijdrage in de pensioenpremie zoals die bij de uitzend- of payrollorganisatie voor hem werd afgedragen.
Compensatie pensioen. Het levenslange bruto ouderdoms-, partner- en wezenpensioen dat verkregen kan worden met het Compensatie kapitaal in het Basis Pensioenreglement voor Deelnemers met een dienstverband dat is aangevangen vóór 1 januari 2006 en die per 1 januari 2006 deelnemer zijn aan de middelloonregeling van het Fonds. Informatie over de Regeling Compensatie- en overgangsmaatregelen eindloon en beschikbare premieregeling is opgenomen in Bijlage I Voorwaarden voor deelname aan en nadere toelichting op de compensatieregeling.
Compensatie pensioen. 3.2.1 Met de krachtens dit Pensioenreglement gestorte premies in het regelingsonderdeel Compensatie pensioen, inclusief de daarop behaalde beleggingsresultaten wordt een Compensatie kapitaal gevormd. 3.2.2 De Deelnemer kan op de datum van beëindiging van de deelneming dan wel de (Gewezen) Deelnemer op de Pensioeningangsdatum van het ouderdomspensioen in het Basis Pensioenreglement kiezen tussen aanwending van het Compensatie kapitaal voor: a. inkoop van een Compensatie pensioen in de vorm van levenslang ouderdomspensioen met een bijbehorend partner- en wezenpensioen, in het Basis Pensioenreglement van het Fonds, in de verhouding 100:70:14 op basis van de Pensioenrichtdatum. b. aankoop van een vast of variabel pensioen bij een pensioenuitvoerder naar keuze, overeenkomstig het bepaalde in artikel 80 en 82 van de Pw. Het verzoek tot inkoop van pensioen bij een andere pensioenuitvoerder dient uiterlijk 2 maanden voor de beoogde Pensioeningangsdatum dan wel als gekozen is voor aankoop op de beëindigingsdatum van de deelneming uiterlijk 2 maanden na deze beëindiging door de (Gewezen) Deelnemer te zijn neergelegd bij het Fonds. In dit verzoek dient het Bestuur van het Fonds gerechtigd te worden om het pensioenkapitaal over te dragen naar de aangewezen pensioenuitvoerder. Het Fonds zal na ontvangst van dit verzoek en na goedkeuring van de in verband met de aankoop opgestelde offerte door de andere pensioenuitvoerder, overgaan tot overdracht van het Compensatie kapitaal. Indien de andere pensioenuitvoerder een pensioenfonds is, kan dit alleen wanneer de (Gewezen) Deelnemer reeds pensioenaanspraken jegens dat andere pensioenfonds heeft. De overdracht kan alleen plaatsvinden met instemming van een eventuele Partner van de (Gewezen) Deelnemer. Als de Gewezen Deelnemer er voor kiest om de individuele pensioenrekening tot de Pensioeningangsdatum in stand te houden, worden er geen stortingen meer verricht op de individuele pensioenrekening. Op de Pensioeningangsdatum wordt dan het Compensatie kapitaal aangewend. De bepalingen als bedoeld in dit Pensioenreglement blijven overeenkomstig van toepassing. 3.2.3 Bij toepassing van 3.2.2 sub a worden de aanspraken uit hoofde van het Compensatie pensioen toegevoegd aan de pensioenaanspraken van het Basis Pensioenreglement. Op het ingekochte Compensatie pensioen zijn vervolgens alle bepalingen van het Basis Pensioenreglement van toepassing, tenzij in dit Pensioenreglement hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken. Inkoop van de pensi...

Related to Compensatie pensioen

  • Pensioen Voor de werknemer die als overheidswerknemer in de Wet Privatisering ABP (Stb.1995, nr. 639) wordt aangemerkt, geldt met betrekking tot de pensioenvoorziening het bepaalde in het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP.

  • Pensioenen Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19, paragraaf 1, zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen, betaald aan een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een vroegere dienstbetrekking, slechts in die Staat belastbaar.

  • Wezenpensioen 1. Het wezenpensioen gaat voor ieder pensioengerechtigd kind in op de 1e van de maand waarin de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt. Het wezenpensioen wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 21e verjaardag van het kind valt. Als het kind studeert of invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 27e verjaardag van het kind valt. Als het kind eerder overlijdt, ophoudt met studeren of niet meer invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de betreffende maand. Een studerend kind is een kind dat voor het grootste deel van de voor werkzaamheden beschikbare tijd onderwijs of een beroepsopleiding volgt. De toets of een kind invalide is, gebeurt tot de 21-jarige leeftijd van het kind volgens de normen van de Wajong en daarna volgens de normen van de WIA. 2. Pensioengerechtigde kinderen zijn: a. kinderen die tot de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde in familierechtelijke betrekking staan; b. kinderen die tot de partner in familierechtelijke betrekking staan, die behoren tot de gezamenlijke huishouding en voor wie de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde of de partner een uitkering ontvangt op grond van de Algemene Kinderbijslagwet of die studeren of invalide zijn; c. pleegkinderen van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde (volgens de normen van de Algemene Kinderbijslagwet). Niet pensioengerechtigd zijn kinderen die na de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum zijn geboren of geadopteerd, of kinderen die na deze datum de status van pleegkind hebben gekregen of tot het huishouden van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde zijn gaan behoren. Als er echter recht op partnerpensioen bestaat op grond van een partnerrelatie die al bestond vóór de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum en het kind na deze datum geboren wordt uit deze relatie, is het kind wel pensioengerechtigd. 3. Het wezenpensioen op jaarbasis bedraagt per pensioengerechtigd kind 14% van het volgens artikel 9 vastgestelde ouderdomspensioen (inclusief reeds verleende toeslagen). Het betreft uitsluitend het tijdens het deelnemerschap aan dit reglement opgebouwde ouderdomspensioen. 4. Bij overlijden van een deelnemer wordt het krachtens lid 3 vastgestelde wezenpensioen (14% van het totaal opgebouwde ouderdomspensioen op het tijdstip van overlijden) verhoogd met 14% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer fictief had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de datum van overlijden tot de standaard-pensioendatum (67 jaar) zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige (fictieve) pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 5. Bij overlijden van een aspirant-deelnemer is het wezenpensioen op jaarbasis gelijk aan 14% van het ouderdomspensioen dat de aspirant-deelnemer had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de eerste dag van de maand waarin hij/zij de 21-jarige leeftijd zou bereiken tot de standaard-pensioendatum zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 6. Het wezenpensioen wordt verdubbeld als de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt zonder een partner na te laten of op de 1e van de maand waarin de partner overlijdt. Hierbij geldt het bepaalde in artikel 22, lid 6. 7. Het wezenpensioen heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. Dat betekent dat het vooraf wordt vastgesteld in concrete pensioenbedragen. Alle pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen worden in euro’s en bruto jaarbedragen vastgesteld. Op de pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen is een voorwaardelijke toeslagregeling van toepassing (zie artikel 13).

  • Pensioenfonds Voor de bedrijfstak linnenverhuur- en wasserijbedrijven en textielreinigingsbedrijven bestaat een pensioenfonds genaamd stichting bedrijfstakpensioenfonds mode, interieur-, tapijt- en textielindustrie. De rechten voortvloeiende uit dit fonds zijn geregeld in de Statuten en het Pensioenreglement. Zowel werkgever als werknemer zijn verplicht deel te nemen aan dit Bedrijfstakpensioenfonds en de Statuten en het Pensioenreglement van dit Bedrijfstakpensioenfonds na te leven. Genoemde pensioenregeling is niet van toepassing op vakantiewerkers en stagiaires.

  • Pensioenopbouw De pensioenopbouw is gebaseerd op het volledige salaris bij de oorspronkelijke arbeidsduur. De pensioenopbouw wordt voortgezet onder de normale verdeling van werkgevers- en werknemerspremie. Het geldende pensioenreglement van ABP is bepalend.

  • Partnerpensioen Het partnerpensioen bedraagt 50% van het te bereiken ouderdomspen- sioen. Dit pensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer overlijdt. Ook voor alleenstaanden wordt een fictief partnerpensioen opgebouwd.

  • Pensioengevend salaris Het vaste jaarsalaris van de Werknemer vermeerderd met de vakantietoeslag. Indien schriftelijk overeengekomen met de Werkgever zijn ook de volgende loonbestanddelen pensioengevend: • de vaste jaarlijkse uitkeringen zoals 13e maand, gegarandeerd tantième en dergelijke; • een percentage van het vaste jaarsalaris dat de Werknemer als oververdienste in de zin van de CAO ontvangt. Dit percentage wordt jaarlijks door de Werkgever vastgesteld; • provisie, zijnde de gemiddeld over het jaar ontvangen provisie. Wanneer de gemiddeld over het jaar ontvangen provisie niet is vast te stellen, wordt het gemiddelde van een vergelijkbare Werknemer gehanteerd; • variabele salarisbestanddelen met de eventueel daarover verleende vakantietoeslag; • ploegentoeslag; • toeslag afwijkende werktijden; • SAO-toeslag; • niet gegarandeerde tantième; • winstdeling; • bonus; • gratificatie. Als de Werkgever op de datum van vaststelling van de Pensioengrondslag wegens verzuim geen of niet het normale Pensioengevend salaris is verschuldigd, wordt uitgegaan van het Pensioengevend salaris dat zonder dat verzuim zou gelden. Voor de Deelnemer die gedurende het deelnemerschap in deeltijd werkt, wordt de vaststelling van de pensioenen als volgt bepaald: • de Pensioengrondslag wordt berekend op basis van het voltijd Pensioengevend salaris; • bij de berekening van het ouderdomspensioen wordt: - de opbouw per jaar vermenigvuldigd met de Deeltijdfactor; - voor het te bereiken pensioen, het aantal toekomstige Deelnemingsjaren vermenigvuldigd met de Deeltijdfactor. Deze deeltijdregeling werkt ook door in het partner- en wezenpensioen. Het Pensioengevend salaris is gemaximeerd op de Salarisgrens. Voor Deelnemers die in deeltijd werken wordt de Salarisgrens toegepast op het naar voltijd herleide Pensioengevend salaris.

  • Pensioenreglement Het pensioenreglement van het Fonds dat geldt vanaf 1 januari 2018 en dat betrekking heeft op de Anw-hiaat pensioenregeling die is ondergebracht in het Fonds en voor het laatst is gewijzigd per 1 januari 2022.

  • Verplichtingen van de wederpartij 1. De wederpartij moet ervoor zorgen dat: a. hij alle voor de uitvoering van de overeenkomst benodigde informatie (waaronder vergunningen, ontheffingen, beschikkingen e.d.) tijdig en op de door de gebruiker gewenste wijze aan hem ter beschikking stelt; b. eventuele door de wederpartij aan de gebruiker verstrekte gegevensdragers, bestanden e.d. vrij zijn van virussen en defecten; c. de gebruiker op de overeengekomen data en tijden toegang krijgt tot de werklocatie. Deze locatie moet voldoen aan de hiervoor geldende wettelijke (veiligheids)eisen; d. de door hem ingeschakelde derden hun werkzaamheden en leveringen op een zodanige wijze verrichten, dat de gebruiker hierdoor niet wordt belemmerd en geen vertraging ondervindt bij de uitvoering van de overeenkomst; e. de werklocatie in een zodanige staat is dat de gebruiker ongehinderd de werkzaamheden kan verrichten en voortzetten; f. de gebruiker tijdig de mogelijkheid krijgt te zorgen voor de aanvoer, opslag en/of afvoer van (bouw)materialen en hulpmiddelen; g. de gebruiker op de werklocatie kosteloos kan beschikken over de door de gebruiker gewenste aansluitmogelijkheden voor elektriciteit (krachtstroom), gas en water. Verloren arbeidsuren als gevolg van water-, gas- of stroomuitval zijn voor rekening van de wederpartij; h. de gebruiker vrije toegang heeft tot toiletten, schaftlokalen en kantines; i. op de werklocatie voldoende voorzieningen beschikbaar zijn voor het inzamelen van afval, zoals bouw- en chemisch afval; j. op de werklocatie een ruimte beschikbaar is waar gereedschappen, machines, materialen e.d. van de gebruiker opgeslagen of opgeborgen kunnen worden zonder dat beschadiging of diefstal kan plaatsvinden; k. op de werklocatie kosteloos de door de gebruiker en/of diens onderaannemers in redelijkheid gewenste overige voorzieningen aanwezig zijn; l. de gebruiker vóór aanvang van de werkzaamheden op de hoogte wordt gesteld van de ligging van (eigen en inpandige) kabels, leidingen e.d. die niet vallen onder de WION; m. hij de gebruiker direct informeert indien de ligging van de kabels, leidingen e.d. die wel onder de WION vallen is gewijzigd of mogelijk afwijkt van de bij het Kadaster bekende informatie. 2. De wederpartij zorgt ervoor, dat de verstrekte informatie juist en volledig is en vrijwaart de gebruiker voor aanspraken van derden die voortvloeien uit het niet juist en/of onvolledig zijn van deze informatie. 3. De gebruiker zal de door de wederpartij verstrekte informatie vertrouwelijk behandelen en alleen aan derden verstrekken voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van de overeenkomst. 4. De wederpartij is aansprakelijk voor verlies, diefstal en overige schade aan de gereedschappen, machines, (bouw)materialen e.d. die de gebruiker tijdens de uitvoering van de werkzaamheden bij de wederpartij gebruikt of heeft opgeslagen, waaronder tevens wordt begrepen schade ontstaan door onvolkomenheden, mankementen e.d. op de werklocatie. 5. De wederpartij staat de gebruiker toe kosteloos naamsaanduidingen en reclame op de werklocatie of aan het werk aan te brengen. 6. Indien de wederpartij niet of niet tijdig aan voornoemde verplichtingen voldoet, heeft de gebruiker het recht de uitvoering van de overeenkomst op te schorten tot het moment dat de wederpartij wel aan zijn verplichtingen heeft voldaan. De kosten in verband met de opgelopen vertraging of verloren arbeidsuren, de kosten voor het verrichten van extra werkzaamheden en de overige gevolgen die hieruit voortvloeien zijn voor rekening en risico van de wederpartij. 7. Indien de wederpartij zijn verplichtingen niet nakomt en de gebruiker nalaat van de wederpartij nakoming te verlangen, tast dit het recht van de gebruiker om op een later tijdstip alsnog nakoming te verlangen niet aan.

  • Ouderdomspensioen Het ouderdomspensioen is gebaseerd op een geïndexeerd middelloonsysteem. De opbouw per jaar bedraagt 1,75% van de pensioengrondslag van het betreffende jaar. Het pensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer de 68-jarige leeftijd bereikt.