Prepensioenregeling Voorbeeldclausules

Prepensioenregeling. In afwijking van de nieuwe basispensioenregeling geldt voor werknemers die • deel hebben genomen aan de oude basispensioenregeling en • op 1 januari 1999 in dienst zijn bij een maatschappij en • op de datum van in werking treden van de, op de nieuwe basis- pensioenregeling gebaseerde, maatschappijregeling in dienst zijn, de nieuwe basispensioenregeling met een pensioenleeftijd van 65 jaar. Daarnaast geldt voor genoemde werknemers een prepensioenregeling met een prepensioenrichtleeftijd van 62 jaar. Het prepensioen wordt opgebouwd vanaf 1 januari 1999 dan wel de daadwerkelijke datum van in werking treden van de, op de nieuwe basispensioenregeling gebaseerde, maatschappij- regeling. Als uiterste ingangsdatum geldt daarbij 1 januari 2001. Het prepensioen is gebaseerd op een geïndexeerd middelloonsys- teem. De opbouw per jaar bestaat uit verschillende componenten, te weten: - 1,75% van het pensioengevend inkomen van het desbe- treffende jaar, en - 0,75% van de franchise zoals die wordt vastgesteld voor het desbetreffende jaar. Voor genoemde werknemers bestaat derhalve geen recht op overbruggingspensioen. Het prepensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer de 62-jarige leeftijd bereikt en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand waarin de deelnemer de 65-jarige leeftijd bereikt. De prepensioenrichtleeftijd wordt, in afwijking van het hiervoor bepaalde, voor werknemers die zijn geboren op of voor 1 januari 1949 verlaagd volgens de onderstaande staffel: Geboren op of voor: prepensioenrichtleeftijd (jaar en maand): 1 januari 1943 61,0 1 januari 1945 61,3 1 januari 1947 61,6 1 januari 1949 61,9 Gedurende de uitkering van het prepensioen, met ingang van de prepensioenrichtleeftijd, vindt voortzetting van opbouw van het ouderdomspensioen in de van toepassing zijnde pensioenregeling plaats.
Prepensioenregeling. Deze regeling geldt met ingang van 1 januari 2004 en is alleen van toepassing op medewerkers die - op 1 juni 2000 in dienst waren van ING en op 1 januari 2004 nog in dienst waren; en - voorafgaand aan hun prepensionering ten minste 10 jaar onafgebroken in dienst zijn geweest binnen de bedrijfstakken bankbedrijf of verzekeringsbedrijf; en - geboren zijn vóór of op 1 januari 1949 (binnendienst) dan wel vóór 1 januari 1950 (buiten- dienst); en - bij inwerkingtreding van de CAO 1 juni 2000 tot 1 mei 2002 vielen onder de CAO Binnen- dienst dan wel Buitendienst voor het verzekeringsbedrijf april 1998 tot april 2000 dan wel de CAO voor het bankbedrijf 1 januari 1999 tot 1 juni 2000; en - op 1 januari 2004 recht hadden op een eerdere uittreding dan op leeftijd 62. Uitgesloten voor deelname aan de prepensioenregeling zijn de buitendienstmedewerkers die op grond van een pensioentoezegging in de pensioenregeling tot 1 januari 2002 op leeftijd 60 met pen- sioen konden gaan. Het prepensioen wordt opgebouwd in de tien jaren voorafgaande aan de voor de deelnemer gelden- de prepensioendatum. Afhankelijk van de CAO, waaronder de medewerker viel vóór 1 juni 2000, en van diens geboortejaar, geldt een opbouwpercentage van 8% dan wel 7,5% per jaar. De opbouw van het prepensioen lijkt veel op de pensioenopbouw in de Basisregeling pensioen 62. De uitzonderingen betreffen het hogere opbouwpercentage en het in de berekeningen niet hanteren van de franchise en het grensbedrag.
Prepensioenregeling. Vanaf 1 januari 1999 geldt voor de werknemers onder deze CAO een prepensioenregeling. De voorwaarden van deze regeling zijn neergelegd in het prepensioenreglement. De regeling wordt uit- gevoerd door de Stichting prepensioenfonds voor de vleeswaren- industrie.
Prepensioenregeling. Voor medewerkers die op 1 juni 2000 en op 1 januari 2004 in dienst waren en geboren zijn vóór of op 1 januari 1950 (voor buitendienstmedewerkers geldt dat zij geboren moeten zijn vóór of op 1 januari 1952) is de prepensioenregeling van toepassing. I N G - C A O 1 M E I 2 0 0 4 T / M 3 1 D E C E M B E R 2 0 0 6 Met ingang van 1 januari 2006 geldt de regeling niet langer voor medewerkers die geboren zijn op of na 1 januari 1950.
Prepensioenregeling de regeling van het prepensioen zoals neergelegd in het Prepensioen- reglement.
Prepensioenregeling. Deelname aan de bij de werkgever geldende prepensioenregeling werd per 1 januari 2006 ongewijzigd gehandhaafd voor alle werknemers die op 1 januari 2005 deelnemer waren en op die datum de leeftijd van 55 jaar hadden bereikt. Deelname aan de bestaande prepensioenregeling werd per 1 januari 2006 niet gehandhaafd voor die werknemers die op 1 januari 2005 in dienst waren en de leeftijd van 55 jaar nog niet hadden bereikt, alsmede voor de werknemers die in dienst treden na 31 december 2005. Deze werknemers kunnen voor een eventuele (extra) pensioenvervroeging gebruik maken van een drietal bijspaarregelingen in het kader van de ouderdomspensioenregeling. Voornoemde wijzigingen zijn vastgelegd in een prepensioenreglement en een drietal reglementen betreffende bijspaarregelingen. De werkgever verstrekt aan de werknemer en aan de vakverenigingen een exemplaar van het van toepassing zijnde (pre)pensioenreglement en de van toepassing zijnde bijspaarregelingen.

Related to Prepensioenregeling

  • Pensioenregeling 1. In het bedrijf van de werkgever bestaat een pensioen- regeling waaraan deelname voor de werknemer die een arbeidsovereenkomst heeft, verplicht is op grond van de desbetreffende toetredingsvoorwaarden.

  • Wezenpensioen Het wezenpensioen bedraagt voor ieder kind maximaal 14% van het in totaal te bereiken ouderdomspensioen. Voor volle wezen wordt het genoemde percentage verdubbeld. De wezenpensioenen voor alle kinderen tezamen zullen echter nooit meer bedragen dan 70% van het te bereiken ouderdomspensioen. Het wezenpensioen is uiterlijk betaalbaar tot de eerste dag van de maand volgende op het tijdstip waarop het kind niet meer voldoet aan een van de onderstaande criteria: Het wezenpensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer overlijdt.

  • Arbeidsongeschiktheidspensioen Het arbeidsongeschiktheidspensioen is per 31 december 2005 vervallen, behalve voor deelnemers die ziek zijn geworden voor 1 januari 2004 en op wie de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (en onderliggende wet- en regelgeving) van toepassing is en blijft. Voor deze deelnemers blijven de relevante bepalingen aangaande het (ingegane) arbeidsonge- schiktheidspensioen uit de cao 2003-2004 van toepassing.

  • Pensioengrondslag De pensioengrondslag is gelijk aan het pensioengevend inkomen minus de franchise. Peildatum voor de pensioengrondslag is 1 januari. Voor part- timers wordt de pensioengrondslag naar evenredigheid berekend.

  • Ouderdomspensioen Het ouderdomspensioen is gebaseerd op een geïndexeerd middelloonsysteem. De opbouw per jaar bedraagt 1,75% van de pensioengrondslag van het betreffende jaar. Het pensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer de 68-jarige leeftijd bereikt.

  • Pensioenen Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19, paragraaf 1, zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen, betaald aan een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een vroegere dienstbetrekking, slechts in die Staat belastbaar.