Voorlopige maatregelen. In kritieke omstandigheden waarin uitstel moeilijk te herstellen schade zou veroorzaken, mag een partij een voorlopige bilaterale vrijwaringsmaatregel toepassen nadat voorlopig is vastgesteld dat er duidelijke bewijzen zijn voor een toename van de invoer van een goed van oorsprong uit de andere partij als gevolg van de verlaging of afschaffing van een douanerecht ingevolge deze overeenkomst, en dat dergelijke invoer ernstige schade veroorzaakt of dreigt te veroorzaken voor de interne bedrijfstak. De duur van een voorlopige maatregel is beperkt tot tweehonderd dagen, gedurende welke periode de partij die de maatregel toepast, moet voldoen aan artikel 3.11 (Voorwaarden en beperkingen), leden 2 en 3. De partij betaalt eventuele tariefverhogingen onverwijld terug indien het in artikel 3.11 (Voorwaarden en beperkingen), lid 2, bedoelde onderzoek niet uitwijst dat de voorwaarden van artikel 3.10 (Toepassing van bilaterale vrijwaringsmaatregelen), lid 1, zijn vervuld. De duur van een voorlopige maatregel wordt meegerekend als deel van de in artikel 3.11 (Voorwaarden en beperkingen), lid 5, onder b), voorgeschreven periode.
Voorlopige maatregelen. In kritieke omstandigheden waarin uitstel moeilijk te herstellen schade zou veroorzaken, mag een partij een voorlopige bilaterale vrijwarings- maatregel toepassen nadat voorlopig is vastgesteld dat er duidelijke bewijzen zijn voor een toename van de invoer van een goed van oor- sprong uit de andere partij als gevolg van de verlaging of afschaffing van een douanerecht ingevolge deze overeenkomst, en dat dergelijke invoer ernstige schade veroorzaakt of dreigt te veroorzaken voor de interne industrie. De duur van een voorlopige maatregel mag niet meer bedra- gen dan 200 dagen, gedurende welke periode de partij aan de voor- schriften van artikel 3.2, leden 2 en 3, moet voldoen. De partij betaalt tariefverhogingen onverwijld terug indien het in artikel 3.2, lid 2, om- schreven onderzoek niet uitwijst dat de voorwaarden van artikel 3.1 zijn vervuld. De duur van een voorlopige maatregel wordt gerekend als een deel van de in artikel 3.2, lid 5, onder b), vastgelegde periode.
Voorlopige maatregelen. 1. In urgente gevallen kunnen de bevoegde autoriteiten van de verzoekende Partij verzoeken om de gezochte persoon aan xx xxxxxx of xxxx andere maatregel te nemen om te waarborgen dat de gezochte persoon op het grondgebied van de aangezochte Partij blijft.
2. Een verzoek tot een voorlopige maatregel wordt rechtstreeks gezonden naar de centrale autoriteit van de aangezochte Partij, via de Internationale Criminele Politie Organisatie (Interpol), of xxxxx xxxx andere weg die beide partijen overeenkomen. De aangezochte Partij licht de verzoekende Partij onverwijld in over xx xxxx- xxxxx het verzoek ondernomen actie.
3. Het verzoek tot een voorlopige maatregel dient het volgende te bevatten:
a. de volledige naam van de voor uitlevering gezochte persoon en, indien beschikbaar, details over zijn of haar staatsburgerschap, woon- of verblijfplaats en beschrijving van zijn of haar uiterlijk met foto’s, xxxxxx- afdrukken en andere bijzonderheden, die de opsporing en identificatie van deze persoon mogelijk maken;
b. een verklaring dat uitlevering verzocht wordt;
c. een beknopte uiteenzetting van xx xxxxxx van de zaak;
d. een verklaring waaruit het bestaan en de voorwaarden van een aanhoudingsbevel of een onherroepelijk vonnis blijkt;
e. een verklaring ten aanzien van de maximumstraf die xxx xxxxxx opgelegd of het vonnis dat is opgelegd wegens het strafbaar xxxx, met inbegrip van de tijd die nog dient xx xxxxxx ondergaan.
4. De voorlopige aanhouding xxx xxxxxx beëindigd indien, binnen een termijn van zestig (60) dagen na de aanhouding, de aangezochte Partij het verzoek tot uitlevering en de ondersteunende documenten, bedoeld in artikel 6 van dit Verdrag, niet heeft ontvangen en de gezochte persoon nog steeds in hechtenis zit op basis van een voorlopig aanhoudingsbevel. Andere voorlopige maatregelen kunnen xxxxxx beëindigd in overeen- stemming met de nationale wetgeving.
5. Beëindiging van de voorlopige aanhouding aan het einde van de termijn, bedoeld in het vierde lid van dit artikel, vormt geen beletsel voor daaropvolgende aanhouding en uitlevering indien het verzoek tot uitleve- ring en de ondersteunende documenten, bedoeld in artikel 6 van dit Xxxxxxx, alsnog xxxxxx ontvangen.
Voorlopige maatregelen. (1) Op 27 mei 2013 heeft de Europese Commissie („de Commissie”) besloten bij Verordening (EU) nr. 490/2013 (2) („de voorlopige verordening”) een voorlopig antidumpingrecht op biodiesel van oorsprong uit argen tinië en Indonesië („de betrokken landen”) in te stellen.
(2) De procedure werd op 29 augustus 2012 (3) ingeleid na een klacht die was ingediend namens producenten in de Unie („de klagers”), die meer dan 60 % van de totale productie van biodiesel in de Unie vertegenwoordigen. schadebeoordeling, had betrekking op de periode van 1 januari 2009 tot het einde van het OT („beoordelings periode”).
Voorlopige maatregelen. 1. In afwachting van de beslechting van een geschil overeenkomstig het bepaalde in dit Deel stellen de partijen bij het geschil alles in het werk om tot voorlopige praktische regelingen te komen.
2. Onverminderd artikel 290 van het Zeerechtverdrag mag een hof- of scheidsgerecht waaraan het geschil krachtens het bepaalde in dit Deel is voorgelegd alle voorlopige maatregelen voorschrijven die het onder de omstandigheden passend acht om de onderscheiden rechten van de par- tijen bij het geschil in stand te houden of schade aan de betrokken vis- bestanden te voorkomen, en die het passend oordeelt in de omstandig- heden als bedoeld in artikel 7, lid 5, en artikel 16, lid 2.
3. Een Staat die Partij is bij deze Overeenkomst, maar geen Partij is bij het Zeerechtverdrag mag verklaren dat, ongeacht artikel 290, lid 5, van het Zeerechtverdrag, het Internationale Hof voor het Recht van de Zee niet het recht heeft om zonder instemming van die Staat voorlopige maatregelen voor te schrijven, te wijzigen of te herroepen.
Voorlopige maatregelen. Geen der bepalingen van dit Verdrag vormt een belemmering voor een Verdragsluitende Staat om, in tijd van oorlog of andere ernstige en buitengewone omstandigheden, ten aanzien van een bepaald persoon, de voorlopige maatregelen te nemen, welke deze Staat noodzakelijk acht voor zijn nationale veiligheid, in afwijking van de vaststelling door de Verdragsluitende Staat, dat die persoon werkelijk een vluchteling is en dat de handhaving van die maatregelen te zijnen aanzien noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid.
Voorlopige maatregelen. In afwachting van de regeling van een geschil overeen- komstig deel XV, afdelingen 2 en 3, mag de staat of bevoegde internationale organisatie die gemachtigd was een project voor wetenschappelijk zeeonderzoek uit te voeren, niet toestaan dat de onderzoekswerkzaamheden worden aangevangen of voortgezet zonder de uitdrukke- lijke toestemming van de betrokken kuststaat.
Voorlopige maatregelen. In kritieke omstandigheden, wanneer uitstel moeilijk te herstellen schade zou veroorzaken, mag een partij een voorlopige bilaterale vrij- waringsmaatregel toepassen nadat voorlopig is vastgesteld dat er duide- lijke bewijzen zijn voor een toename van de invoer van een product van oorsprong uit de partij van uitvoer als gevolg van de verlaging of afschaffing van rechten krachtens bijlage I (Lijsten inzake tariefafschaf- fing) en dat deze invoer ernstige schade veroorzaakt of dreigt te veroor- zaken als bedoeld in artikel 48.
Voorlopige maatregelen