Opname vakantie Voorbeeldclausules

Opname vakantie. 1 De werkgever verleent de werknemer op diens verzoek vakantie, tenzij gewichtige redenen zich daartegen verzetten. Indien hiervan sprake is, deelt de werkgever dit binnen een termijn van twee weken schriftelijk beargumenteerd mede aan de werknemer. 2 Werkgever en werknemer zien erop toe dat voldoende gelegenheid wordt geboden c.q. wordt genomen om de vakantie-aanspraken in het betreffende jaar op te nemen. 3 Vakantie die wegens ziekte niet is opgenomen, of die niet is opgenomen omdat het dienstbelang de opname ervan belemmerde, kan door de werknemer naar het volgend jaar worden overgeheveld. 4 De werkgever kan, na instemming van de PMR, per jaar maximaal een week en vier al dan niet aaneengesloten dagen als verplichte vakantie aanwijzen. 5 In overleg met de PMR kan de werkgever xxxxxxx dan de in het vorige lid genoemde perioden als verplichte vakantie aanwijzen. Hiervoor is instemming van de PMR vereist. De PMR kan compensatie-afspraken maken.
Opname vakantie. 1. Vakantiedagen mogen, tenzij de belangen van de dienst zich daartegen verzetten, in uren worden opgenomen. Opname van vakantiedagen/-uren gebeurt na overleg tussen werkgever en werknemer. 2. Een verzoek tot opname van vakantiedagen/-uren dient tijdig en minimaal 10 werkdagen voor aanvang van het verlof schriftelijk te worden ingediend bij de direct leidinggevende. Hierop dient binnen 5 werkdagen een positieve dan wel negatieve respons te worden gegeven door de leidinggevende. 3. De HR regeling Opname Xxxxxxxxxxx gaat nader in op het opne- men van verlof gedurende de schoolvakantieperiode. 4. Vakantiedagen/-uren moeten in beginsel in het desbetreffende vakantiejaar worden opgenomen. De in enig kalenderjaar niet opgenomen vakantiedagen/uren dienen in het daaropvolgende kalenderjaar vóór 1 april te zijn opgenomen. Uiterlijk 1 februari zullen werkgever en werknemer in onderling overleg bepalen op welke tijdstippen de resterende vakantiedagen/-uren zullen worden opgenomen. Indien door toedoen van de werkgever nog resterende vakantiedagen/-uren niet voor 1 april van het daarop- volgende jaar kunnen worden opgenomen, is de werkgever een toeslag van 35% van het dagloon verschuldigd. Bovenwettelijke vakantiedagen zoals bedoeld in artikel 47 lid 2 kunnen voor uitbetaling in aanmerking komen. 5. De werkgever kan na verkregen instemming van de onderne- mingsraad drie dagen als verplichte vakantiedagen aanwijzen. De bekendmaking hiervan dient minimaal vier weken van tevoren plaats te vinden. 6. Als het totaal restant verlof (incl. gekochte dagen CAO à la Carte) aan het einde van enig kalenderjaar meer dan 10 dagen betreft, is het niet mogelijk dagen te kopen voor het volgende kalenderjaar in het kader van de CAO à la Carte. Hierop geldt een uitzondering voor werknemers die eens in de 2 jaar maximaal 6 weken op va- kantie gaan (om bijvoorbeeld familie in het buitenland te bezoe- ken). De vakantie dient wel gepland te zijn en in overleg met de leidinggevende schriftelijk vastgelegd te worden.
Opname vakantie. 1. Vakantiedagen mogen, tenzij de belangen van de dienst zich daar- tegen verzetten, in uren worden opgenomen. Het opnemen van vakantiedagen/-uren gebeurt in overleg tussen jou en DHL. 2. Een verzoek tot opname van vakantiedagen/-uren dien je tij- dig maar minimaal 10 werkdagen voor aanvang van het verlof schriftelijk in te dienen bij je leidinggevende. Je ontvangt hierop binnen 5 werkdagen een positieve dan wel negatieve reactie van je leidinggevende. 3. De HR regeling Opname Xxxxxxxxxxx gaat nader in op het opne- men van verlof gedurende de schoolvakantieperiode. 4. DHL kan na instemming door de ondernemingsraad drie dagen als verplichte vakantiedagen aanwijzen. Dit wordt minimaal vier weken van tevoren bekend gemaakt. 5. Als het totaal restant verlof (incl. gekochte dagen CAO à la Carte) aan het einde van enig kalenderjaar meer dan 80 uren betreft, is het niet mogelijk dat je dagen koopt voor het volgende kalender- jaar. Hierop geldt een uitzondering voor werknemers die eens in de 2 jaar maximaal 6 weken op vakantie gaan (om bijvoorbeeld familie in het buitenland te bezoeken). Die vakantie dient wel gepland te zijn en in overleg met je leidinggevende schriftelijk vastgelegd te worden. Een uitzondering is ook als je de gekochte dagen inzet voor verlofsparen.
Opname vakantie. 1. De vakantie wordt, tenzij de belangen van de afdeling of dienst waar de betrokken werknemer aangesteld is zich hiertegen verzetten, overeenkomstig de wensen van de werknemer -desgewenst ononderbroken- verleend. De werknemer kan ten minste aanspraak maken op een vakantie van 3 weken aaneengesloten met inbegrip van de weekends daaraan voorafgaand en daarop aanslui- tend. 2. De algemene regeling en de spreiding van de vakantie binnen de instelling behoeft instemming van de ondernemingsraad/personeelsvertegenwoordiging.
Opname vakantie. 0.Xx werkgever verleent de werknemer op diens verzoek vakantie, tenzij gewichtige redenen zich daartegen verzetten. Indien hiervan sprake is deelt de werkgever dit binnen een termijn van twee weken schriftelijk beargumenteerd mede aan de werknemer.
Opname vakantie. Bij opname van een volledige vakantiedag wordt het aantal uren afgeboekt dat normaal gesproken op de desbetreffende dag gewerkt had moeten worden. Voor een voltijd medewerker met een vijfdaagse werkweek geldt daarbij het gemiddelde van 8 uur per dag.
Opname vakantie a. De medewerker moet op tijd en in overleg met werkgever de tijdstippen vaststellen waarop hij de vakantie in aaneengesloten weken wil opnemen. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de vóór 1 december te kennen gegeven wensen. b. De medewerker heeft recht op een aaneengesloten vakantie van 21 kalenderdagen. c. De medewerker heeft het recht vakantie in uren op te nemen tenzij werkgever hiertegen zwaarwegende bedrijfsbelangen heeft. d. De medewerker moet uiterlijk 24 uur van tevoren overleggen met werkgever wanneer de medewerker de verlofuren wil opnemen. e. Werkgever reageert op een schriftelijk verzoek van de medewerker voor een vakantie van tenminste 7 kalenderdagen binnen 14 kalenderdagen na ontvangst van het verzoek. Als werkgever niet binnen deze 14 kalenderdagen schriftelijk heeft gereageerd, is de vakantie vastgesteld volgens het verzoek van de medewerker.
Opname vakantie a. De medewerker moet op tijd en in overleg met werkgever de tijdstippen vaststellen waarop hij de vakantie in aaneengesloten weken wil opnemen. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de vóór 1 december te kennen gegeven wensen. b. De medewerker heeft recht op een aaneengesloten vakantie van 21 kalenderdagen. c. De medewerker heeft het recht vakantie in uren op te nemen tenzij werkgever hiertegen zwaarwegende bedrijfsbelangen heeft. d. De medewerker moet uiterlijk 24 uur van tevoren overleggen met werkgever wanneer de medewerker de verlofuren wil opnemen. e. Werkgever reageert op een schriftelijk verzoek van de medewerker voor een vakantie van tenminste 7 kalenderdagen binnen 14 kalenderdagen na ontvangst van het verzoek. Als werkgever niet binnen deze 14 kalenderdagen schriftelijk heeft gereageerd, is de vakantie vastgesteld volgens het verzoek van de medewerker. Sub f en g gelden alleen voor medewerkers in functiegroep 1-17 f. De medewerker die werkt in de productie, neemt de verlofuren bij voorkeur niet op in de maanden juni, juli en eventueel in augustus (als de zomerschoolvakantie in de regio waarin de vestiging is gelegen in augustus valt). Als de medewerker in 1 van deze maanden een aaneengesloten vakantie van 21 kalenderdagen wil opnemen, moet hij dit vóór 1 december schriftelijk aanvragen. Bij toewijzing wordt voorrang gegeven aan de medewerker met schoolgaande kinderen, of door andere oorzaken absoluut gehouden is aan het opnemen van vakantie in deze periode. g. Voor de medewerker in ploegendienst omvat een aaneengesloten vakantie van 21 kalenderdagen altijd 23 aaneengesloten vrije dagen, vergelijkbaar met de medewerker in dagdienst. De vakantie loopt van vrijdag 17.00 uur voorafgaand aan, tot maandag 07.00 uur volgend op deze aaneengesloten vakantie. Het aantal vakantie-uren dat daarvoor door een ploegendienstmedewerker wordt ingeleverd, bedraagt nooit meer dan het aantal uren dat een medewerker in dagdienst bij dezelfde vakantie opneemt.
Opname vakantie. De vakantieperiode wordt vastgesteld overeenkomstig de wensen van de werknemer, tenzij er een zwaarwegend dienstbelang is (de praktijkvoering moet wel kunnen doorgaan). De werknemer het recht om een aaneengesloten periode van minimaal twee weken of tweemaal één week vakantie op te nemen. Dit geldt ook wanneer een werknemer niet een vol jaar heeft gewerkt, maar bijvoorbeeld een tijdelijk contract heeft van een aantal maanden. Het opgebouwde vakantietegoed moet hiervoor dan wel toereikend zijn.
Opname vakantie. 1. De werkgever verleent de werknemer op diens verzoek vakantie, ten- zij het dienstbelang zich daartegen verzet. De werkgever deelt de werknemer schriftelijk beargumenteerd mede wanneer dit het geval is. Onderwijsgevend personeel wordt het ver- lof in de regel alleen tijdens schoolvakanties verleend. 2. De werknemer neemt jaarlijks tenminste 90% van het vakantierecht in het betreffende kalenderjaar op. 3. Op voorwaarde dat de werkgever de werknemer in de gelegenheid heeft gesteld de onder lid 2 genoemde vakantie daadwerkelijk op te nemen, dan wel de werkgever na overleg met de werknemer de onder lid 2 genoemde vakantie heeft vastgesteld, worden niet- opgenomen vakantiedagen, waaronder eventueel resterende vakan- tiedagen van voorgaande jaren, naar het volgende kalenderjaar over- geboekt tot een maximum van de aanspraak van de werknemer over een vol kalenderjaar, verminderd met de in lid 2 bedoelde vakantie. 4. Vakantie die wegens ziekte niet is opgenomen, of die niet is opge- nomen omdat het dienstbelang zich tegen opname verzette, kan door de werknemer naar het volgend jaar worden overgeheveld. 5. De werkgever kan per jaar maximaal twee al dan niet aaneengeslo- ten weken en vier al dan niet aaneengesloten dagen als verplichte vakantie aanwijzen. 6. In overleg met de PMR kan de werkgever langere dan de in het vorige lid genoemde periodes als verplichte vakantie aanwijzen. Hiervoor is instemming van de PMR vereist1). Artikel K-3 Kort buitengewoon verlof (imperatief) 1. De werkgever verleent de werknemer kort buitengewoon verlof met behoud van bezoldiging, behoudens het bepaalde in het tweede lid van dit artikel, voor zover zijn werkzaamheden samenvallen met één of meer van de navolgende omstandigheden: a. de uitoefening van het kiesrecht, het voldoen aan een wettelijke verplichting of het afleggen van een van rijkswege afgenomen of 1) Noot van cao-partijen: ’’De PMR kan compensatieafspraken maken.’’ erkend examen of tentamen, voor zover dit niet in vrije tijd kan geschieden en omzetting van dienst niet mogelijk is; b. het bijwonen van vergaderingen of zittingen van of het verrich- ten van werkzaamheden voor publiekrechtelijke colleges, waarin de werknemer is benoemd of gekozen, voor zover dit niet in vrije tijd kan geschieden; c. het uitoefenen van het lidmaatschap van een van rijkswege inge- stelde of erkende examencommissie of het optreden als rijks- gecommitteerde bij een examen, voor in totaal ten hoogste veer- tien dagen per jaar in overleg met de wer...