Samenwerking op douanegebied Voorbeeldclausules

Samenwerking op douanegebied. 1. De partijen komen overeen dat in het kader van de samenwerking op dit terrein maatregelen ontwikkeld zullen worden om de douane en de handel soepeler te laten verlopen en het uitwisselen van informatie tussen de respectieve douanediensten bevorderd zal worden, teneinde de handel tussen de partijen te vergemakkelijken. 2. De partijen komen overeen dat de samenwerking onder andere betrekking kan hebben op: a) vereenvoudiging en harmonisatie van de in- en uitvoerdocumenten volgens internationale normen, zoals het gebruik van vereenvoudigde aangiften; b) verbetering van de douaneprocedures door methoden als risicoanalyse, vereenvoudigde procedures voor inklaring en uitklaring, toekenning van de status van toegelaten bedrijf, gebruik van elektronische gegevensuitwisseling (EDI) en geautomatiseerde systemen; c) maatregelen ter bevordering van de transparantie en verbetering van de beroepsprocedures tegen beslissingen van de douane; d) mechanismen voor regelmatig overleg met het bedrijfsleven over regelgeving en procedures voor in- en uitvoer. 3. Binnen het institutionele kader dat bij de overeenkomst wordt ingesteld, kan worden over- wogen een protocol inzake wederzijdse bijstand in douanezaken te sluiten.
Samenwerking op douanegebied. 1. De partijen ontwikkelen de samenwerking op douanegebied, ten- einde erop toe te zien dat de handelsbepalingen worden nageleefd. Daar- toe stellen zij een dialoog in over douanevraagstukken. 2. De samenwerking is met name gericht op: – de vereenvoudiging van de controles en procedures voor in- en uit- klaring van goederen; – de mogelijkheid van koppeling van de douanevervoersystemen van de Gemeenschap en Libanon; – de uitwisseling van informatie tussen deskundigen, beroepsoplei- ding; – technische bijstand, voor zover van toepassing. 3. Onverminderd de andere vormen van samenwerking waarin deze overeenkomst voorziet, met name op het gebied van de bestrijding van drugsmisbruik en het witwassen van geld, verlenen de administratieve autoriteiten van de overeenkomstsluitende partijen elkaar wederzijdse bijstand overeenkomstig de bepalingen van protocol nr. 5.
Samenwerking op douanegebied. 1. De samenwerking is erop gericht de eerbiediging van de handels- bepalingen en een eerlijk handelsverkeer te waarborgen, met prioriteit voor: a) de vereenvoudiging van de controles en de douaneprocedures; b) de toepassing van het enig administratief document en de aansluiting van de transitoregelingen van de Gemeenschap en Tunesië. 2. Onverminderd de verdere bepalingen inzake samenwerking van deze overeenkomst en in het bijzonder de artikelen 61 en 62 vindt de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de over- eenkomstsluitende partijen plaats overeenkomstig de bepalingen van protocol nr. 5.
Samenwerking op douanegebied. 1. De partijen bevorderen en vergemakkelijken samenwerking tussen hun douaneorganisaties, teneinde te zorgen voor de verwezenlijking van de in artikel 79 genoemde doelstellingen, met name met het oog op vereenvoudiging van de douaneprocedures en vereenvoudiging van rechtmatige handel, met behoud van hun mogelijkheden tot controle. 2. Onverminderd de samenwerking die bij deze overeenkomst wordt ingesteld, verlenen de douane- autoriteiten elkaar bijstand overeenkomstig het protocol betreffende wederzijdse bijstand in douanezaken tussen de administratieve autoriteiten van 13 juni 2001 bij de kaderovereenkomst inzake samenwerking. 3. De samenwerking moet onder meer leiden tot: a) verlening van technische bijstand, waar nodig mede inhoudende de organisatie van seminars en het aanbieden van stageplaatsen; b) ontwikkeling en uitwisseling van beste praktijken; c) verbetering en vereenvoudiging van douanekwesties die verband houden met markttoegang en oorsprongsregels en de daarop betrekking hebbende douaneregelingen.
Samenwerking op douanegebied. 1. De partijen zullen streven naar samenwerking op douanegebied om het juridische kader van hun han- delsbetrekkingen te verbeteren en te consolideren. In het kader van de interinstitutionele samenwerking kan de douanesamenwerking tevens gericht zijn op versterking en betere werking van de douanestructuren van de partijen. 2. De douanesamenwerking kan onder meer ver- wezenlijkt worden door: a) uitwisseling van informatie; b) ontwikkeling van nieuwe technieken op scholings- gebied en coördinatie van acties van terzake bevoegde internationale organisaties; c) uitwisseling van functionarissen en kaderpersoneel van de douane- en belastingdiensten; d) vereenvoudiging van de douaneprocedures; e) technische bijstand. 3. De partijen verklaren zich bereid om binnen het institutionele kader waarin deze overeenkomst voor- ziet in de toekomst de sluiting van een protocol voor douanesamenwerking te overwegen.
Samenwerking op douanegebied. De partijen versterken de samenwerking op douanegebied om te zor- gen voor implementatie van de doelstellingen van dit hoofdstuk teneinde de handel verder te bevorderen en te zorgen voor doeltreffende controle, veiligheid en fraudebestrijding. Hiertoe gebruiken de partijen in voorko- mend geval de blauwdrukken die de Europese Commissie in 2007 voor de douane heeft opgesteld, als benchmarking-instrument. Om ervoor te zorgen dat dit hoofdstuk wordt nageleefd, zullen de par- tijen onder meer:
Samenwerking op douanegebied. 1. De respectieve instanties van de partijen werken samen op douanegebied om de doelstellingen van artikel 6.1 (Doelstellingen) te bereiken. 2. Met het oog op een betere samenwerking op douanegebied komen de partijen overeen om onder andere: a) informatie uit te wisselen betreffende hun respectieve douanewetgeving, de tenuitvoerlegging ervan en de douaneprocedures, in het bijzonder op de volgende gebieden: i) vereenvoudiging en modernisering van de douaneprocedures; ii) handhaving van intellectuele-eigendomsrechten aan de grens door de douaneautoriteiten; iii) doorvoer en overlading; en iv) betrekkingen met het bedrijfsleven; b) de ontwikkeling van gezamenlijke initiatieven te overwegen op het gebied van invoer-, uitvoer- en andere douaneprocedures, alsmede om het bedrijfsleven een doeltreffende dienstverlening aan te bieden; c) samen te werken rond de douanegerelateerde aspecten van de beveiliging en vergemakkelijking van de internationale toeleveringsketen overeenkomstig het SAFE-kader; d) in voorkomend geval tot wederzijdse erkenning over te gaan van hun respectieve risicobeheerstechnieken, risiconormen, veiligheidscontroles en partnerschapsprogramma's op handelsgebied, daaronder begrepen aspecten zoals de doorzending van gegevens en wederzijds overeengekomen voordelen; en e) de samenwerking in internationale organisaties zoals de WTO en de WDO te versterken.
Samenwerking op douanegebied. De douanesamenwerking is erop gericht de eerbiediging van de handels- bepalingen en een eerlijk handelsverkeer te waarborgen. Hieruit kunnen de volgende soorten samenwerking voortvloeien: — diverse vormen van informatie-uitwisseling en opleidingsprogram- ma’s; — de vereenvoudiging van de controles en de procedures voor de in- en uitklaring van goederen; — de invoering van het enig administratief document en de aansluiting van de transitoregelingen van de Gemeenschap en de Palestijnse Autoriteit; — technische bijstand door deskundigen uit de Gemeenschap. Onverminderd de andere vormen van samenwerking waarin deze over- eenkomst voorziet, vindt wederzijdse bijstand op douanegebied tussen de administratieve autoriteiten van de partijen plaats.
Samenwerking op douanegebied. De partijen versterken de samenwerking om te zorgen voor imple- mentatie van de doelstellingen van dit hoofdstuk, waarbij een redelijk evenwicht moet worden gezocht tussen vereenvoudiging en bevordering enerzijds, en doeltreffende controle en veiligheid anderzijds. Hiertoe gebruiken de partijen in voorkomend geval de blauwdrukken die de EG voor de douane heeft opgesteld, als benchmarking-instrument. Om ervoor te zorgen dat de bepalingen van dit hoofdstuk worden nageleefd, zullen de partijen onder meer:
Samenwerking op douanegebied. De partijen versterken de samenwerking op douanegebied om te zorgen voor implementatie van de doelstellingen van dit hoofdstuk teneinde de handel verder te bevorderen en te zorgen voor doeltreffende controle, veiligheid en fraudebe­ strijding. Hiertoe gebruiken de partijen in voorkomend geval de blauwdrukken die de Europese Commissie in 2007 voor de douane heeft opgesteld, als benchmarking-instrument. Om ervoor te zorgen dat dit hoofdstuk wordt nageleefd, zullen de partijen onder meer: a) informatie uitwisselen over douanewetgeving en -procedures; b) gezamenlijke initiatieven ontwikkelen op het gebied van de procedures bij invoer, uitvoer en doorvoer, alsmede ernaar streven dat het bedrijfsleven een doeltreffende dienstverlening wordt aangeboden; c) samenwerken op het gebied van de automatisering van douane- en andere handelsprocedures; d) in voorkomend geval informatie en gegevens uitwisselen, met inachtneming van de vertrouwelijkheid van gegevens en normen en regels inzake de bescherming van persoonsgegevens; e) samenwerken bij het voorkomen en bestrijden van illegaal grensoverschrijdend verkeer van goederen, met inbegrip van tabaksproducten; f) informatie uitwisselen of in overleg treden om, voor zover mogelijk, gemeenschappelijke standpunten vast te stellen in internationale organisaties op douanegebied als de WTO, de WDO, de VN, de Conferentie van de Verenigde Naties inzake handel en ontwikkeling (Unctad) en de VN-ECE; g) samenwerken bij de planning en verlening van technische bijstand, met name ter vergemakkelijking van hervor­ mingen op het gebied van douane en handelsbevordering overeenkomstig deze overeenkomst; h) goede praktijken op douanegebied uitwisselen, in het bijzonder inzake de handhaving van intellectuele-eigendoms­ rechten, in het bijzonder waar het gaat om nagemaakte goederen; i) de coördinatie tussen alle grensautoriteiten van de partijen bevorderen om het proces van grensoverschrijding te vergemakkelijken en de controles te versterken, waarbij gezamenlijke grenscontroles, waar dit haalbaar en passend is, tot de mogelijkheden behoren; en j) waar nodig en passend overgaan tot wederzijdse erkenning van partnerschapsprogramma's op handelsgebied en douanecontroles, met inbegrip van gelijkwaardige maatregelen voor handelsbevordering.