Toeslagbeleid Voorbeeldclausules

Toeslagbeleid. Het bestuur stelt nadere regels vast met betrekking tot de wijze waarop wordt beoordeeld of, en in hoeverre, voldoende middelen aanwezig zijn voor een toeslagverlening. Onderdeel van het toeslagbeleid is dat in ieder geval in de navolgende situaties een 26 neerwaartse correctie op de toeslagverlening wordt toegepast. - Indien de verplichtingen van het Fonds ten aanzien van het netto pensioen toenemen als gevolg van een verschil in de stijging van de levensverwachting tussen de deelnemers aan het netto pensioen en de deelnemers aan de basispensioenregeling, vermindert het Fonds de voorwaardelijke toeslagverlening bij het netto pensioen totdat deze toename van de verplichtingen bij het netto pensioen is gecompenseerd; - Indien het Fonds een incidentele bijstorting ontvangt van de werkgever vermindert het Fonds de voorwaardelijke toeslagverlening bij het netto pensioen, voor zover deze storting ten goede is gekomen aan het netto pensioen.
Toeslagbeleid. De Stichting heeft een voorwaardelijk toeslagbeleid, gebaseerd op de ambitie de pensioenen waardevast te houden. De daarbij gehanteerde maatstaf is, voor actieve deelnemers, de loonontwikkeling in het voorgaande kalenderjaar conform de CAO voor Brocacef B.V. Voor inactieve deelnemers wordt de stijging van de consumentenprijsindex (CPI-afgeleid) in de periode juli van het voorafgaande jaar ten opzichte van juli van het jaar dat daaraan voorafging gehanteerd. De mate van toeslagverlening wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur en is afhankelijk van de financiële positie van de Stichting. Er bestaat geen recht op toeslagen en er wordt hiervoor geen reserve aangehouden. Er zal alleen toeslagverlening plaats kunnen vinden, voor zover dit toekomstbestendig is. Dat wil zeggen dat de financiële positie van de Stichting zodanig is dat het te verlenen toeslagpercentage ook naar verwachting in de toekomst uitgekeerd zal kunnen worden. Het bestuur hanteert voor een besluit over de feitelijke toekenning de onderstaande beleidsstaffel als leidraad: Beleidsdekkingsgraad Toeslagverlening Lager dan 110% Nihil Tussen 110% en bovengrens Naar rato Boven de bovengrens Volledige toeslagverlening De bovengrens wordt jaarlijks vastgesteld zodanig dat deze voldoet aan de eis van toekomstbestendigheid. De wijze waarop dit gebeurt en een verdere detaillering van het toeslagbeleid zijn opgenomen in bijlage E.
Toeslagbeleid. De onvoorwaardelijke toeslagverlening op het (bijzonder) partnerpensioen en het wezenpensioen dat ingaat voor de pensioenrichtdatum wordt verwerkt in de vaststelling van de premie, de technische voorzieningen en de risicokapitalen. De risicokapitalen zijn herverzekerd. Het fonds loopt hierdoor geen toeslagrisico. In deze bijlage staan de afspraken die gelden tussen het pensioenfonds en de werkgever over de werkzaamheden die de werkgever uitvoert ten behoeve van de uitvoering van de pensioenregeling door het fonds, met inachtneming van het bepaalde bij en krachtens de Pensioenwet aangaande uitbesteding van werkzaamheden door pensioenfondsen. De werkgever is verantwoordelijk voor de juistheid, tijdigheid en volledigheid van: • de aanlevering van mutaties aan AZL, de administrateur van het fonds; • de controle van de inputgegevens. De werkgever hanteert bij de aanlevering het 4-ogen principe, dat wil zeggen dat de ene medewerker de mutaties klaarzet en een andere medewerker na controle op inhoud en volledigheid de mutaties doorzet naar AZL. Hierdoor is een controle achteraf niet noodzakelijk, maar dient hooguit om na te gaan of deze werkwijze wordt nageleefd. Bij de jaarlijkse salarisaanpassingen voert de werkgever een extra controle uit met behulp van de mutatieoverzichten uit het werkgeversportal van AZL. XXX controleert een keer per jaar de premie voor de beschikbare premieregeling die door de werkgever aan ING is doorgegeven o.b.v. de nieuwe salarissen per 1 januari. Hiertoe levert ING in de maand mei een bestand met de in de maand januari gestorte premies. De werkgever dient de salarissen vóór 1 april aan te leveren. De salarissen worden binnen 20 werkdagen verwerkt. Binnen 15 werkdagen na verwerking van de salarissen worden de premies bij ING en AZL vergeleken door AZL. Eventuele verschillen worden binnen diezelfde 15 werkdagen gesignaleerd richting de werkgever en het fonds. Indien uit de controle blijkt dat er een extra storting dient plaats te vinden, zorgt de werkgever hiervoor uiterlijk 20 werkdagen na ontvangst melding door XXX.
Toeslagbeleid. Toekenning van toeslagen is voorwaardelijk en afhankelijk van de beleidsdekkingsgraad. Er is een toeslagambitie van de loonindex voor actieve deelnemers en van de prijsindex voor inactieve deelnemers (gepensioneerden en gewezen deelnemers). Over de jaren 2021-2023 geldt een afwijkende toeslag voor de inactieve deelnemers, deze wordt gelijkgesteld aan de loonindex voor actieve deelnemers. De hoogte van de toeslag is afhankelijk van de beleidsdekkingsgraad. De volgende tabel is daarbij van toepassing. De ondergrens waar vanaf toeslag kan worden verleend, wordt jaarlijks vastgesteld. Deze wordt gebaseerd op de voorgeschreven waarde door DNB (110%) te corrigeren met het verlagende effect van de DC beleggingen. Er hoeft voor de DC belegging geen 10% buffer te worden aangehouden. Beleidsdekkingsgraad Toeslag <=109,5% (per 31-12- 2020) 0% Tussen 109,5% en grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag Naar rato tussen 0% en volledige (100%) toeslag > 109,5%+grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag Volledige toeslag + inhaaltoeslag van in het verleden gemiste toeslagen en toegepaste kortingen; Maximaal 20% van het surplus boven de grens voor volledige en toekomstbestendige toeslag wordt aangewend voor inhaaltoeslagen * Ingeval van vermogenstekorten worden de opgebouwde pensioenen en ingegane pensioenuitkeringen gekort. Uitgangspunt is om alle groepen (actieven en niet-actieven) in de verschillende regelingen op dezelfde wijze te korten. Het bestuur heeft echter de mogelijkheid om in voorkomende gevallen verschillende kortingspercentages te hanteren. Als er sprake is van vermogensoverschotten worden er waar mogelijk inhaaltoeslagen toegekend. Er wordt geen korting op de pensioenpremie verleend, noch wordt een deel van het overschot aan de werkgever terugbetaald. De onderstaande tabel is hierbij van toepassing: Beleidsdekkingsgraad Korting op pensioenen bij tekort < minimaal Vereist Eigen Vermogen (mVEV) Als de beleidsdekkingsgraad in 5 achtereenvolgende jaren lager is dan het mVEV dan worden de opgebouwde pensioenen zodanig gekort dat de actuele dekkingsgraad na toepassing hiervan gelijk is aan het mVEV. Deze korting dient onvoorwaardelijk te worden doorgevoerd. Het bestuur heeft daarbij wel de mogelijkheid om deze korting in een termijn van maximaal 10 jaar uit te smeren. < VEV (Vereist Eigen Vermogen) Als de beleidsdekkingsgraad naar verwachting niet binnen 10 jaar kan toegroeien naar het VEV dan worden de opgebouwde pensioenen gekort met 10% van he...
Toeslagbeleid. Het bestuur beslist jaarlijks of een verhoging van pensioenaanspraken kan worden toegekend. Bij het vaststellen van de verhoging zal het bestuur rekening houden met de aanwezige financiële middelen van het fonds, waardoor er sprake is van een voorwaardelijke verhoging. Eventueel toeslagverlening vindt altijd plaats per 1 januari van enig jaar. Als uitgangspunt voor de verhoging van de aanspraken van actieve deelnemers wordt de algemene loonstijging bij de werkgever gebruikt. Voor de aanspraken van gewezen deelnemers en gepensioneerden geldt als uitgangspunt de stijging van het prijsindexcijfer (CPI alle huishoudens afgeleid) op 1 juli van enig jaar ten opzichte van 1 juli van het jaar daarvoor. Vanaf 2016 zal voor alle groepen worden uitgegaan van de stijging van het prijsindexcijfer (CPI alle huishoudens afgeleid) op 1 juli van enig jaar ten opzichte van 1 juli van het jaar daarvoor als uitgangspunt voor de toeslagverlening. De toe te kennen verhoging is afhankelijk van de financiële positie van het fonds. Hierbij wordt een beleidsmatrix als leidraad genomen voor de toeslagverlening. Tevens wordt de te verlenen toeslag gemaximeerd op het percentage dat volgt uit de in het financieel toetsingskader vastgelegde berekeningsmethodiek.
Toeslagbeleid. Jaarlijks zal het bestuur beoordelen of en in hoeverre het verlenen van een toeslag mogelijk is. Het bestuur zal in zijn beoordeling onder meer betrekken: • de financiële positie van de Stichting en de eisen die de Pensioenwet daaraan stelt in het algemeen, en • de beleidsdekkingsgraad van de Stichting in het bijzonder. Voor de toe te kennen toeslag zal het bestuur de onderstaande leidraad hanteren. Het bestuur kan besluiten om van deze leidraad af te wijken. Beleidsdekkingsgraad, laatstelijk bekend vóór het moment van vaststelling van de toeslag Toeslag opgebouwde aanspraken actieven en inactieven Lager dan de wettelijke ondergrens van 110% Geen toeslag Tussen de wettelijke ondergrens van 110% en de fondsspecifieke bovengrens Gedeeltelijke toeslag via lineaire interpolatie Hoger dan de fondsspecifieke bovengrens Volledige toeslag

Related to Toeslagbeleid

  • Vakantietoeslag 1. Het vakantietoeslagjaar loopt van 1 juni tot en met 31 mei.

  • Toeslagen Voor de functiefamilie Logistiek zijn de toeslagen voor het werken op bijzonder uren als volgt: • maandag t/m vrijdag van 21.00 tot 6.00 uur: 50% • zaterdag van 0.00 tot 6.00 uur: 50% • zaterdag van 18.00 tot 24.00 uur: 100% • zondag: 50% • feestdagen: 100%

  • Ploegentoeslag 1. Indien wordt gewerkt in een tweeploegendienst wordt het maandsalaris met een toeslag van 14% verhoogd.

  • Onregelmatigheidstoeslag Verwijzend naar artikel 39 lid 1, waarin wordt verwezen naar de matrixen toeslagen onregelmatige uren bij de verbijzonderende delen, is voor werknemers vóór 1 juli 1994 in dienst bij een werkgever in de zin van deze cao die institutionele cateringactiviteiten verricht, de matrix toeslagen onregelmatige uren zoals opgenomen in bijlage B4a van toepassing. Op werknemers als bedoeld in artikel 1 lid 2 deel B, in dienst vanaf 1 juli 1994, kan de matrix onregelmatige uren zoals opgenomen in bijlage B4b worden toegepast. Voor werknemers in de institutionele sector vanaf 1 juli 1999 in dienst, geldt in afwijking van bijlage B4b, van maandag tot en met vrijdag van 07.00 uur tot 20.00 uur, een 0-tarief, een en ander zoals verwerkt in bijlage B4c.

  • Huisartsenzorg U heeft recht op geneeskundige zorg verleend door een huisarts. Een zorgverlener die onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam is, kan de zorg ook verlenen. Als een huisarts het aanvraagt, heeft u ook recht op röntgen- en laboratoriumonderzoek. De inhoud en omvang van de te verlenen zorg wordt begrensd door wat huisartsen als zorg plegen te bieden. Wilt u zorg van een huisarts met wie wij geen contract hebben afgesloten? Of maakt de huisarts gebruik van een zorgverlener voor röntgen- en laboratoriumonderzoek met wie wij geen contract hebben afgesloten? Dan kan de vergoeding lager zijn dan bij een zorgverlener die wij wél gecontracteerd hebben. Of dit zo is en hoe hoog de vergoeding dan is, is afhankelijk van de basisverzekering die u heeft. Meer hierover leest u in artikel A.4 Wat wordt vergoed? En naar welke zorgverlener, zorginstelling of leverancier kunt u gaan? Wilt u weten met welke zorgverleners wij een contract hebben? Gebruik dan de Zorgverkenner op xx.xx/xxxxxxxxxxxxx of neem contact met ons op. Het indicatieve marktconforme tarief is bij ons op te vragen.

  • Roekeloosheid U bent bewust of onbewust roekeloos geweest. U bent ‘bewust roekeloos’, als u weet dat er een grote kans is op schade, maar u denkt dat die schade niet zal ontstaan. U bent ‘onbewust roekeloos’, als u er in het geheel niet bij stilstaat dat er een grote kans is op schade.

  • Rijbevoegdheid 5.12 Wij vergoeden geen schade en verlenen geen hulp of rechtsbijstand als de schade ontstaat als de bestuurder van uw oldtimer op het moment van de gebeurtenis: Oldtimer is in beslag genomen

  • Leefbaarheid Een leefbare wijk is een randvoorwaarde voor iedereen om Rotterdam als aantrekkelijke woonstad te kunnen ervaren. Dit vraagt een inzet van alle betrokkenen in de wijk: bewoners, verhuurders, gemeente en ondernemers. Samen werken deze partners volgens een integrale aanpak, bestaande uit een combinatie van instrumenten, waarvan het werken aan wijken in balans een belangrijke is.

  • Kwaliteitswaarborg Ik voldoe aan de volgende kwaliteitseisen, voortvloeiend uit mijn beroepsregistratie, specialisme of branche/beroepsvereniging(aanvinken wat van toepassing is:

  • Vakantiebijslag 1. Per kalenderjaar heeft de werknemer recht op een vakantiebijslag die 8% bedraagt van het over de vierde betalingsperiode van het lopende kalenderjaar berekende loon maal dertien en bij loonbetaling per maand 8% van het loon over de maand april van het lopende kalenderjaar maal twaalf. Onder het loon zoals genoemd in dit artikel wordt verstaan het van toepassing zijnde functieloon, vermeerderd met, indien van toepassing, de ploegendiensttoeslag en de persoonlijke toeslag ex artikel 23 van deze CAO.