Deeltijdpensionering. De Deelnemer heeft de mogelijkheid de opgebouwde pensioenaanspraken op de Pensioeningangsdatum eenmalig gedeeltelijk in te laten gaan. Voor het resterende gedeelte blijft de Deelnemer pensioen opbouwen in het Fonds, voor zover de dienstbetrekking met de Werkgever wordt voortgezet. Een verzoek voor deze deeltijdpensionering dient uiterlijk 3 maanden voor de ingangsdatum van het deeltijdpensioen bij het Fonds te worden ingediend. De bij deeltijdpensionering gemaakte herschikkingskeuzes kunnen bij de resterende ingang van het pensioen opnieuw worden gemaakt. Deze keuzes kunnen slechts worden gemaakt ten aanzien van het nog niet ingegane ouderdomspensioen en de overige bijbehorende pensioenaanspraken.
Deeltijdpensionering. 1. Op verzoek van de (gewezen) deelnemer kan het ouderdomspensioen gedeeltelijk eerder ingaan.
2. Deeltijdpensionering is toegestaan vanaf de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de leeftijd bereikt die vijf jaar lager is dan de AOW-leeftijd en uiterlijk tot de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de leeftijd bereikt die vijf jaar hoger is dan de AOW-leeftijd.
3. Voor het gedeelte dat de deelnemer niet met pensioen gaat vindt dekking en opbouw plaats conform het bepaalde in artikel 5. De opbouw van dit pensioen blijft gebaseerd op de periode tot de pensioenrichtdatum. Na de pensioenrichtdatum vindt geen pensioenopbouw meer plaats.
4. Een verzoek om deeltijdpensionering dient ten minste zes maanden vóór de gewenste pensioeningangsdatum te worden ingediend bij het pensioenfonds.
5. Een eenmaal gemaakte keuze voor deeltijdpensionering is onherroepelijk.
Deeltijdpensionering. De Deelnemer heeft het recht om in overleg met zijn Werkgever te kiezen voor deeltijdpensionering vanaf het bereiken van de 62-jarige leeftijd. Voor dat deel waarvoor de dienstbetrekking wordt beëindigd zal de pensioenopbouw worden gestaakt.
Deeltijdpensionering. 1. De Deelnemer heeft de mogelijkheid zijn pensioen op de Pensioendatum gedeeltelijk in te laten gaan. Dit heet deeltijdpensionering. Indien en zolang hij werkzaam blijft bij de Werkgever, blijft hij voor het overeengekomen deel Deelnemer tot de Pensioenrichtdatum en bouwt hij pensioen op.
2. Ingeval er voor deeltijdpensionering wordt gekozen, kan het ouderdomspensioen in stappen van veelvouden van 20% in gaan.
3. De Deelnemer kan in maximaal twee stappen, en bij iedere stap met veelvouden van 20%, gebruik maken van het recht op deeltijdpensionering. Indien gekozen wordt voor deeltijdpensioen in twee stappen, dient het pensioen na de tweede stap volledig in te gaan en kan geen nieuwe periode hoog-laag gekozen worden. De lopende hoog-laag uitkering kan wel worden aangepast.
4. De datum waarop volledig met ouderdomspensioen wordt gegaan kan zelf worden gekozen. Dit kan echter niet later dan de dag waarop recht bestaat op de AOW-uitkering vermeerderd met vijf jaren.
Deeltijdpensionering. 1. Het bestuur is ten aanzien van de deelnemer onder het stellen van voorwaarden bevoegd het tot het tijdstip van ingang opgebouwde ouderdomspensioen uit de Module Basispensioen gedeeltelijk te laten ingaan. In dat geval zullen eveneens de op genoemd tijdstip aanwezige pensioenkapitalen uit hoofde van de Module Beleggingspensioen en/of de Module Spaarpensioen voor een deel worden aangewend voor een direct ingaand ouderdomspensioen en een bijbehorend partnerpensioen. Gedeeltelijke ingang is mogelijk op een tijdstip vanaf de eerste dag van de maand waarin de deelnemer de leeftijd van 55 jaar bereikt.
2. Het verzoek tot gedeeltelijke ingang van het ouderdomspensioen dient door de deelnemer uiterlijk zes maanden voorafgaand aan het beoogde tijdstip van ingang schriftelijk aan Pensioenfonds Croda kenbaar te worden gemaakt. Aan het verzoek dient een schriftelijke verklaring van de werkgever, bij wie de deelnemer werkzaam is, te zijn gehecht, waaruit blijkt dat de werkgever er mee instemt dat het ouderdomspensioen gedeeltelijk ingaat en dat de omvang en ingang van het gedeeltelijke ouderdomspensioen verband houdt met een evenredige vermindering van de arbeidsduur.
Deeltijdpensionering. De Deelnemer kan kiezen het pensioen gedeeltelijk te laten ingaan. De percentages waarmee de Deelnemer het pensioen gedeeltelijk kan laten ingaan en de nader geldende voorwaarden, zijn uitgewerkt in de Beleidsregels. Voor het deel van het pensioen dat al is ingegaan, kunnen eenmaal gemaakte keuzes vanaf de eerste Pensioeningangsdatum niet meer ongedaan gemaakt worden. Voor het deel van de pensioenaanspraken dat nog niet is ingegaan, blijft de deeltijdgepensioneerde Deelnemer. Voor dit deel van de pensioenaanspraken blijven de keuze- en herschikmogelijkheden zoals beschreven in de artikelen 22 tot en met 25 van toepassing. Wanneer de (Gewezen) Deelnemer die kiest voor deeltijdpensionering gebruik wil maken van de herschikmogelijkheid zoals beschreven in artikel 25 (hoog/laag of laag/hoog), geldt de volgende beperking: Van de herschikmogelijkheid bedoeld in artikel 25a kan alleen gebruik worden gemaakt wanneer de (Gewezen) Deelnemer volledig met pensioen gaat (bij de laatste deeltijdpensionering). Een deeltijd Gepensioneerde die nog een Dienstbetrekking heeft bij een bij het Fonds aangesloten werkgever blijft voor het restant van de Dienstbetrekking pensioen opbouwen tot uiterlijk aan de AOW-datum.
Deeltijdpensionering. Bij deeltijdpensionering wordt het opgebouwde ouderdomspensioen gesplitst in een deeltijdpensioen en een resterend pensioen. Afhankelijk van de gekozen vorm kunnen deze pensioenen worden vervroegd. Voor de te vervroegen pensioenen gelden dezelfde bepalingen als in artikel 1 van deze bijlage omschreven. Voor het gedeelte van de arbeidsuren dat de Deelnemer niet met pensioen gaat, blijft het deelnemerschap van kracht. Voor de dekking en opbouw van pensioen waarvoor het deelnemerschap van kracht blijft, wordt de Deelnemer als een deeltijdwerker beschouwd.
Deeltijdpensionering. 1. De (gewezen) deelnemer kan zijn ouderdomspensioen gedeeltelijk tot uitkering laten komen. De (gewezen) deelnemer heeft hierbij de keuze om het ouderdomspensioen
a. vanaf de deeltijdpensioendatum tot de richtpensioendatum, dan wel
b. vanaf de richtpensioendatum tot de pensioendatum gedeeltelijk tot uitkering te laten komen. De voorwaarden die staan vermeld in artikel 13, lid 1,lid 2, lid 9 en lid 11 zijn ook van toepassing voor gedeeltelijke vervroeging.
2. De (gewezen) deelnemer kan éénmaal per jaar het aantal uren waarmee hij met deeltijdpensioen gaat verhogen, onder de in dit artikel genoemde voorwaarden.
3. De (gewezen) deelnemer dient het hierna volgende voornemen aan het pensioenfonds te melden minimaal zes maanden voorafgaande aan – de deeltijdpensioendatum, indien de (gewezen) deelnemer het voornemen heeft te kiezen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub a; – de richtpensioendatum, indien de (gewezen) deelnemer het voornemen heeft te kiezen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub b. De (gewezen) deelnemer die van de in lid 1 sub a of sub b genoemde mogelijkheid gebruik wil maken, dient dit schriftelijk uiterlijk voor de door het pensioenfonds opgegeven datum bij het pensioenfonds te melden. Indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub a, en de voorwaarden van artikel 13, lid 1, lid 2 en lid 11 dit voorschrijven, dient hij daarbij de schriftelijke bevestiging van de werkgever of zijn werkgever dat de (gewezen) deelnemer met de werkgever gedeeltelijke aanpassing van het aantal betaaluren is overeengekomen. Daarbij dient de (gewezen)deelnemer aan te geven - wat de gewenste deeltijdpensioendatum of, de gewenste pensioendatum is en - voor welk percentage de deelnemer deeltijdpensionering wenst. Het percentage van het pensioen dat ingaat is dan gemaximeerd op de procentuele vermindering van het aantal betaaluren. De periode van deeltijdpensionering dient in volle maanden te worden vastgesteld, bedraagt minimaal 6 maanden en eindigt op - de richtpensioendatum indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub a, dan wel - de pensioendatum indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub b.
4. Indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid zoals genoemd in lid 1 sub a wordt het tijdsevenredige ouderdomspensioen vastgesteld per de deeltijdpensioendatum conform het bepaalde in artikel 21 van d...
Deeltijdpensionering. In overleg tussen de Deelnemer, Werkgever en het Bestuur kan uitstel of vervroeging van de Pensioeningangsdatum worden overeengekomen in de vorm van een gedeeltelijke of geleidelijke ingang van het ouderdomspensioen, onder gelijktijdige handhaving van een gedeeltelijke dienstbetrekking tussen de Werkgever en de Deelnemer.
Deeltijdpensionering. 1. De deelnemer, met uitzondering van de deelnemer voor wie het deelnemerschap wegens arbeidsongeschiktheid wordt voortgezet, kan er voor kiezen zijn pensioen op de pensioendatum gedeeltelijk in te laten gaan. Voor het resterende gedeelte blijft hij deelnemer en bouwt hij pensioen op overeenkomstig de bepalingen van dit pensioenreglement. Dit heet deeltijdpensionering.
2. Ingeval van deeltijdpensionering dient het percentage deeltijdpensioen te corresponderen met het percentage van de vermindering van de arbeidsduur.
3. De deelnemer kan het percentage deeltijdpensioen meerdere keren verhogen.
4. Het ouderdomspensioen gaat niet later volledig in dan de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereikt, of, indien dit eerder is, de datum waarop het ouderdomspensioen het in artikel 6.1 lid 6 bedoelde maximum overschrijdt.