Verhuiskostenregeling. Bij wijziging van standplaats wordt, in geval van verhuizing, aan de werknemer, gedurende een periode van 2 jaar, gerekend vanaf de datum van de wijziging van de standplaats, een verhuiskostenver- goeding toegekend, onder de navolgende voorwaarden: • de werknemer vooraf en tijdig overleg met de werkgever voert over de toepassing van deze regeling, en • er sprake is van een soortgelijke woning (prijs en/of type), en • de werknemer binnen een vestigingsstraal van 10 km van de nieuwe standplaats gaat wonen, terwijl hij eerst op een afstand groter dan 10 km van zijn arbeidsplaats woonde, of • door de verhuizing de reisafstand tussen wonen en werken met ten minste 50% en ten minste 10 km wordt verkort en de nieuwe woon-werkafstand maximaal 30 km bedraagt op basis van de meest recente routeplanner (Routenet) snelste route. Van een soortgelijke woning is sprake wanneer de woning qua koopprijs en/of type vergelijkbaar is op basis van woningwaarde- rings-puntenstelsel voor zelfstandige woningen. Op deze wijze kan een vergelijking worden gemaakt ongeacht of er sprake is van een koop- of huurwoning. • een bedrag voor de reiskosten (openbaar vervoer 2e klasse of km-vergoeding), verbonden aan drie keer de bezichtiging van de nieuwe woning door de werknemer; • de verhuiskosten (transportkosten) van de inboedel incl. in- en uitpakkosten door een erkende verhuizer (aangesloten bij de on- dernemingsorganisatie voor Erkende Verhuizers). De werknemer vraag offertes aan bij drie erkende verhuisbedrijven; • een tegemoetkoming in eventuele opknapkosten (die kosten die gemaakt dienen te worden om de nieuwe woning beter bewoon- baar te maken, niet zijnde verbouwingskosten) van de nieuwe woning. Bij een huurwoning worden de desbetreffende kosten slechts vergoed voor zover deze niet ten laste van de eigenaar kunnen worden gebracht; • een tegemoetkoming in eventuele dubbele huishuur op basis van de huur van de oude woning, ingeval de nieuwe woning niet voor onmiddellijke bewoning gereed is. Deze vergoeding zal worden gegeven voor een periode van maximaal 3 maanden;
Verhuiskostenregeling. Vergoeding 1. Wanneer je op verzoek van je werkgever moet verhuizen naar een woonplaats dichterbij de praktijk waar je werkt, vergoedt de werkgever de daadwerkelijke transportkosten van de inboedel tot een maximum van € 1361,-.
Terugbetaling 2. Wanneer je binnen één jaar op eigen verzoek de arbeidsovereenkomst eindigt, moet je 50% van de transportkosten terugbetalen aan je werkgever.
Verhuiskostenregeling. Een werknemer die op verzoek van Xxxxxxx moet verhuizen kan in aanmerking komen voor een verhuiskostenvergoeding conform de vigerende fiscale regelgeving.
Verhuiskostenregeling. Als de medewerker vanwege de verplaatsing van het werk door de werkgever verzocht wordt om te verhuizen, komt hij in aanmerking voor een vergoeding volgens de verhuiskostenregeling (Regeling A: verhuizen in opdracht of op verzoek van de werkgever), zoals binnen de werkgever van toepassing is. De verhuizing moet wel plaatsvinden binnen 12 maanden na de standplaatswijziging.
Verhuiskostenregeling. De werkgever kan voor verhuiskosten een belastingvrije vergoeding betalen als de verhuizing verband houdt met de dienstbetrekking. Voldoende verband met de dienstbetrekking is in ieder geval aanwezig als aan de volgende 2 voorwaarden is voldaan: • de werknemer verhuist binnen 2 jaar na aanvaarding van een nieuwe dienstbetrekking of na overplaatsing; en • de werknemer woont meer dan 25 kilometer van het werk en verhuist, waardoor de afstand tussen zijn nieuwe woning en zijn werk ten minste 60% minder wordt. Indien de verhuizing van de werknemer verband houdt met het werk, kan de werkgever op grond van de CAO Sport de kosten belastingvrij vergoeden tot ten hoogste € 7.750,-. Daarnaast is een belastingvrije vergoeding mogelijk voor de kosten van het overbrengen van de inboedel. Het meerdere wordt uitbetaald onder inhouding van de verschuldigde heffingen (netto is minder). De vergoedingen in dit artikel zijn netto vergoedingen, tenzij anders aangegeven.
Verhuiskostenregeling. Indien een werknemer door wijziging in zijn werkzaamheden definitief in Hoensbroek geplaatst wordt of door reorganisatie niet meer in staat is zijn werkzaamheden in Hoensbroek te verrichten en verhuizen noodzakelijk wordt geacht, dan zal de verhuiskostenvergoeding van kracht zijn. Binnen maximaal 6 maanden wordt van werknemer verwacht passende woonruimte gevonden te hebben. Verhuiskosten worden slechts in die gevallen vergoed, waarbij werkgever vooraf heeft ingestemd met deze regeling. Uitgangspunt hierbij is de door de belastingdienst voorgeschreven regelgeving (2009-2010) ten aanzien van de verhuiskosten.
Verhuiskostenregeling. 1. De tegemoetkoming in de verhuiskosten waarop een werknemer aanspraak kan maken in geval van een door werkgever verplicht gestelde verhuizing én waarbij is voldaan aan de fiscaal gestelde voorwaarden, bestaat uit:
a. de daadwerkelijke kosten voor het overbrengen van de boedel;
b. een bedrag voor alle andere direct uit de verhuizing voortvloeiende kosten tot een maximum van € 7.750,-.
2. Onder lid 1 sub a wordt verstaan: een bedrag voor de kosten van transport van de bagage en van de inboedel van de betrokkene en zijn gezinsleden naar de nieuwe woning, waaronder begrepen de kosten van het in- en uitpakken van breekbare zaken.
3. De hoogte van de vergoeding onder lid 1 sub b wordt als volgt bepaald: indien de werknemer op de dag van de verhuizing een eigen huishouding voert, wordt het bedrag gesteld op een tegemoetkoming van 3% van 12 maal het maandsalaris inclusief vakantietoeslag voor ieder woon- of slaapvertrek tot een maximum van 4 van deze vertrekken die de achtergelaten woning telt, met dien verstande dat het bedrag niet meer mag zijn dan € 7.750,-. Indien de werknemer géén eigen huishouding voert, wordt géén tegemoetkoming verleend, tenzij bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven. Voor de bedoelde kosten kan dan niettemin een tegemoetkoming worden verleend van 3% van 12 maal het maandsalaris inclusief vakantietoeslag, met dien verstande dat het bedrag niet meer mag zijn dan € 7.750,-.
Verhuiskostenregeling. 1. Bij overplaatsing binnen of buiten de woonplaats, die tot verhuizing verplicht, worden de werkelijk gemaakte verhuiskosten vergoed tot een maximum van € 2.268,90.
2. Als overplaatsing in de zin van dit artikel geldt alleen: – als de standplaats wijzigt als gevolg van een overheidsbesluit; – als de werknemer door de werkgever wordt overgeplaatst naar een andere standplaats en er een verhuisplicht wordt opgelegd op basis van een met de ondernemingsraad overeengeko- men regeling op bedrijfsniveau.
Verhuiskostenregeling. Als de medewerker vanwege de verplaatsing van het werk door de werkgever verzocht wordt om te verhuizen, komt hij in aanmerking voor een vergoeding volgens de verhuiskostenregeling (Regeling A: verhuizen in opdracht of op verzoek van de werkgever), zoals binnen de Rabobank van toepassing is. De verhuizing moet wel plaatsvinden binnen 12 maanden na de standplaatswijziging.
Verhuiskostenregeling. Wanneer een werknemer in verband met zijn of haar dienstbetrekking op verzoek van de werkgever verhuist naar een woonplaats die dichter bij de praktijk ligt dan zijn of haar oorspronkelijke woonplaats, vergoedt de werkgever de daadwerkelijke transportkosten van de inboedel tot een maximum van € 1361,- Dierenarts(en)praktijk: …………………………………….. Bestaande uit dierenartsen: …………………………………….. Hierna te noemen: werkgever en Dierenarts(assistent) …………………………………….. Hierna te noemen: werknemer komen overeen dat in overeenstemming met het bovenstaande werkgever € aan werknemer zal vergoeden in verband met de kosten van verhuizing op verzoek van werkgever. Wanneer werknemer binnen één jaar op eigen verzoek de dienstbetrekking verlaat, zal werknemer 50% van de vergoeding restitueren. Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt en getekend, te ……………………………. d.d. ………………………………….. ……………………………….. ………………………….. (werkgever) (werknemer) De werkgever kan per jaar een beoordelingssysteem voor alle werknemers in zijn onderneming invoeren zoals omschreven in het Protocol Beoordelingssysteem. Als de werkgever daarvoor kiest, gelden alle voorwaarden zoals gesteld in genoemd protocol, inclusief de bezwarenregeling. Per onderneming informeert de werkgever de Ondernemingsraad20 , Personeelsvertegenwoordiging of bij gebreke hiervan de werknemers, over het invoeren van dit beoordelingssysteem. Het verkrijgen van een periodiek wordt in het beoordelingssysteem afhankelijk gesteld van de prestaties van de werknemer. Bij invoering van het beoordelingssysteem vervalt het automatisch verkrijgen van een periodiek per dienstjaar. De werkgever kan het gedifferentieerd belonen uitsluitend toepassen op de werknemer die tenminste één half jaar in dienst is van de werkgever. Indien de werkgever het beoordelingssysteem niet invoert, blijft het automatisme van het verkrijgen van een periodiek per jaar tot het einde van de salarisschaal is bereikt, onverkort gelden. De omvang van deze periodiek bedraagt voor de dierenartsen in loondienst bij goed functioneren 4% voor werknemers die vóór 1 januari 2018 in dienst zijn én geen promotie van functieniveau maken óp of na 1 januari 2018. Deze afspraak geldt als overgangsregeling gedurende de periode van 4 jaar (1 januari 2018 tot en met 31 december 2021). Na afloop van de overgangsregeling bedraagt voor deze groep werknemers de periodiek 3%. Voor werknemers die vóór 1 januari 2018 in dienst waren als dierenarts in loondienst én óp of ná 1 januari 2018 promotie m...