Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten. 2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners 3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat. 4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen. 5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt. 6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Verdrag Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Verdrag Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, paragraaf 6 van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vierde lid, of artikel 1312, zevende vierde lid, van toepassing toe- passing zijn, zijn interest, royalty’s xxxxxxx’x en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk direct of middellijkindi- rect, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtin- gen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktonder- worpen.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Convention for the Elimination of Double Taxation, Convention for the Elimination of Double Taxation
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
§ 2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
§ 3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
§ 4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 5, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een verdragsluitende Staat of van beide Verdragsluitende verdragsluitende Staten.
2. Natuurlijke personen die inwoner zijn van een van de verdragsluitende Staten en die voordelen of inkomsten uit de andere verdragsluitende Staat verkrijgen die ingevolge de bepalingen van hoofdstuk III van dit Verdrag ter heffing aan die andere Staat zijn toegewezen, hebben bij de belastingheffing in laatstbedoelde Staat, in de mate waarin die voordelen en inkomsten deel uitmaken van het wereldinkomen, recht op dezelfde persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van burgerlijke staat of samenstelling van het gezin als inwoners van die andere Staat, voor zover zij overigens in gelijke omstandigheden verkeren als inwoners van die Staat.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende verdragsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 5, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende verdragsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
7. Bijdragen die door of namens een werknemer natuurlijke persoon zijn betaald ter zake van een pensioenregeling die voor de belastingheffing is erkend in de andere verdragsluitende Staat dan de verdragsluitende Staat waarin die werknemer zijn dienstbetrekking uitoefent, worden gedurende een periode van vijf jaar voor de belastingheffing in de laatstbedoelde Staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die laatstbedoelde Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, mits :
a) die werknemer reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij zijn dienstbetrekking in laatstbedoelde Staat ging uitoefenen; en
b) de bevoegde autoriteit van de laatstbedoelde Staat van oordeel is dat de pensioenregeling overeenkomt met een door die Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing van deze paragraaf omvat de uitdrukking « pensioenregeling » mede een pensioenregeling ingevolge de sociale wetgeving van een verdragsluitende Staat.
8. Het recht op kinderbijslag ingevolge de sociale wetgeving van een verdragsluitende Staat wordt voor de toepassing van de belastingheffing in de andere verdragsluitende Staat gelijkgesteld met het recht op kinderbijslag ingevolge de sociale wetgeving van die Staat.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Verdrag Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. § 1 Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. § 2 De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. § 3 Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4. § 4 Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit § 5 Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende staten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende ver- plichtingen waaraan onderdanen van de betreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming onder- neming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing belastinghef- fing ter zake van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden werk- zaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat verdragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende achtste lid, of artikel 1312, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat ver- dragsluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragslui- tende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belasting- heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, hou- dende verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een ver- dragsluitende staat, zijn betaald aan een voor de belastingheffing in de andere verdragsluitende staat erkend pensioenfonds, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belas- tingheffing erkend pensioenfonds, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan het pensioenfonds voor- dat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat het pensioenfonds in grote lijnen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkend pensioenfonds. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat „pensioenfonds” mede een pen- sioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiek socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting, Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Verdragsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, dat de toepassing door elk een Verdrag- sluitende Staat verplicht is aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staten Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de belasting op voordelen samenstelling van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen het gezin of beperktgezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners verleent.
6. Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die in een Ver- dragsluitende Staat een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is ("het gastland"), worden betaald aan een in de andere Verdragsluitende Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling (“het thuisland”), worden
a. voor het vaststellen van de door de natuurlijke persoon in het gastland verschuldigde belasting; en
b. voor het vaststellen van de winst van zijn werkgever die in het gastland mag worden belast; in die Staat op dezelfde wijze en onder dezelfde voorwaarden en beperkingen behandeld als bijdragen die zijn betaald aan een pensioenregeling die in het gastland voor de belastingheffing erkend is, voor zover zij niet zo worden behandeld door het thuisland. Het voorgaande onderdeel is slechts van toepassing indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
a. op de natuurlijke persoon is de wetgeving van het thuisland van toepassing in overeenstemming met de Overeenkomst over het vrije verkeer van personen tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds, ondertekend op 21 juni 1999; en
b. de natuurlijke persoon was onmiddellijk voorafgaand aan het uitoefenen van de dienstbetrekking of zijn werkzaamheden als zelfstandige in het gastland geen inwoner van het gastland en nam deel in de pensioenregeling (of een andere soortgelijke pensioenregeling ter vervanging van de eerstgenoemde pensioenregeling); en
c. de pensioenregeling wordt door de bevoegde autoriteit van het gastland aanvaard als zijnde over het algemeen gelijkwaardig aan een door die Staat voor de belastingheffing als zodanig erkende pensioenregeling. Voor de toepassing van dit lid:
a. betekent de uitdrukking "pensioenregeling" een regeling waarin de natuurlijke persoon deelneemt teneinde pensioenuitkeringen veilig te stellen die hem verschuldigd zijn ter zake van de dienstbetrekking of werkzaamheden als zelfstandige bedoeld in dit lid;
b. wordt een pensioenregeling voor de belastingheffing in een Verdrag- sluitende Staat erkend, indien de bijdragen aan de regeling in die Staat in aanmerking komen voor een fiscale faciliëring en indien bedragen door de werkgever van de natuurlijke persoon betaald aan de regeling in die Staat niet worden beschouwd als belastbare inkomsten van de natuurlijke persoon.
7. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Tax Treaty, Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Double Taxation Agreement, Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook eerstgenoemde Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 2 contracts
Samples: Double Taxation Agreement, Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van die andere Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling ook van toepassing op personen die geen inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere de desbetreffende Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
23. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 7, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle Op dezelfde wijze worden schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrek- baar in mindering gebracht als wanneer zij waren aangegaan met die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat heeft in de andere Verdragsluitende Staat heeftStaat, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat Staat, die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 11, zevende lid of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven uitgaven, betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandighe- den, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een verdragsluitende Staat of van beide Verdragsluitende verdragsluitende Staten.
2. Natuurlijke personen die inwoner zijn van een van de verdrag- sluitende Staten en die voordelen of inkomsten uit de andere verdrag- sluitende Staat verkrijgen die ingevolge de bepalingen van hoofdstuk III van dit Verdrag ter heffing aan die andere Staat zijn toegewezen, hebben bij de belastingheffing in laatstbedoelde Staat, in de mate waarin die voordelen en inkomsten deel uitmaken van het wereldin- komen, recht op dezelfde persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van burgerlijke staat of samenstelling van het gezin als inwoners van die andere Staat, voor zover zij overigens in gelijke omstandigheden verkeren als inwoners van die Staat.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende verdragsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende verdrag- sluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoe- stand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 5, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende verdragslui- tende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende achtste lid, of artikel 1312, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, ver- plichting onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, ver- plichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets in De bepalingen van dit artikel mag zo mogen niet zodanig worden uitgelegduitgelegd dat een verdragsluitende staat belet wordt belasting te heffen over de voordelen die worden toegerekend aan een vaste inrichting in die verdrag- sluitende staat van een lichaam dat inwoner is van de andere verdragsluitende staat tegen een percentage dat ten hoogste 5% hoger is dan het percentage van de inkomstenbelasting of de gewone vennootschapsbe- lasting, naar gelang van het geval.
7. Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon, die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in een verdragsluitende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere ver- dragsluitende staat erkend pensioenfonds, worden voor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastinghef- fing erkend pensioenfonds, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan het pensioenfonds voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat het pensioenfonds in het algemeen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkend pensioenfonds. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat „pensioenfonds” mede een pensioenregeling die is ingesteld uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiekrechtelijk socialezekerheidsstelsel.
68. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. (1. Onderdanen ) Een staatsburger van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat worden die verblijfhouder is van de andere Overeenkomstsluitende Staat wordt in die andere Overeenkomstsluitende Staat niet aan drukkender belastingen onderworpen dan een staatsburger van die andere Overeenkomstsluitende Staat die daarvan verblijfhouder is.
(2) Een vaste inrichting die een verblijfhouder van een Overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat heeft wordt in die andere Overeenkomstsluitende Staat niet in drukkender belastingen onderworpen dan een verblijfhouder van die andere Overeenkomstsluitende Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefent Deze paragraaf mag niet dusdanig worden uitgelegd dat een Overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van de andere Overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken tegemoetkomingen of verminderingen uit hoofde van burgerlijke staat of gezinslasten te verlenen die hij aan zijn eigen verblijfhouders natuurlijke personen verleent.
(3) Een vennootschap van een Overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapitaal geheel of ten dele onmiddellijk of middellijk in het bezit is van of wordt beheerst door één of meer verblijfhouders van de andere Overeenkomstsluitende Staat wordt in de eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen in enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders banden of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen waarvan een vennootschap van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen uitoefent en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst beheert door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen verblijfhouders van de eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat zijn is of kunnen kan worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. (4) De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn van toepassing op belastingen van elke soort en benamingsoort, ongeacht of het Rijksbelastingen federale belastingen staatsbelastingen of plaatselijke belastingen betreft.
(5) De bepalingen van paragraaf (2) mogen niet dusdanig worden uitgelegd, dat zij België beletten de winst die kan worden toegerekend aan een vaste inrichting in België van een Amerikaanse vennootschap of enig ander lichaam dat verblijfhouder is van de Verenigde Staten, gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen een tarief dat -vóór de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2, paragraaf (1), b) (vi)- niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen.
a) zolang evenwel België de uitgekeerde winst van een Belgische vennootschap tegen een lager tarief dan het hoogste tarief belast, zal de Belgische belasting op het deel van de winsten van de vaste inrichting dat geacht wordt te zijn uitgekeerd, geheven worden tegen een tarief dat -voor de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2 paragraaf (1) b) (vi)- niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de uitgekeerde winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen;
b) voor de toepassing in deze paragraaf wordt de vaste inrichting in België geacht hetzelfde deel van haar winsten uit te keren als die verblijfhouder uit zijn totale winst uitkeert.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
§ 2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
§ 3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 7, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
§ 4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 5. Niets in Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat belet :
a) de toepassing door elk winst die kan worden toegerekend aan een vaste inrichting in die Staat van een vennootschap die inwoner is van de Verdragsluitende Staten andere overeenkomstsluitende Staat aan de belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door de interne wetgeving van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijneerstgenoemde Staat is bepaald, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, maar het genoemde tarief mag niet hoger zijn dan het maximumtarief dat van toepassing is op belastingen de winst van elke soort en benamingvennootschappen die inwoners zijn van die eerstgenoemde Staat;
b) zijn bronbelasting te heffen van dividenden uit een deelneming die wezenlijk is verbonden met een in die overeenkomstsluitende Staat gelegen vaste inrichting van een vennootschap die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lidparagraaf 6, of artikel 13, zevende lid, van deze Overeenkomst van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald uitgaven, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook eerstgenoemde Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn van toepassing op de belastingen die het onderwerp van elke soort en benamingdeze Overeenkomst uitmaken.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende achtste lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. § 1 Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners niet inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. § 2 De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen vermindering uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwoners
3inwoners verleent. § 3 Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7 of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht. alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. § 4 Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit § 5 Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. (1. Onderdanen ) Een staatsburger van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat worden die verblijfhouder is van de andere Overeenkomstsluitende Staat wordt in die andere Overeenkomstsluitende Staat niet aan drukkender belastingen onderworpen dan een staatsburger van die andere Overeenkomstsluitende Staat die daarvan verblijfhouder is.
(2) Een vaste inrichting die een verblijfhouder van een Overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat heeft wordt in die andere Overeenkomstsluitende Staat niet in drukkender belastingen onderworpen dan een verblijfhouder van die andere Overeenkomstsluitende Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefent Deze paragraaf mag niet dusdanig worden uitgelegd dat een Overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van de andere Overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken tegemoetkomingen of verminderingen uit hoofde van burgerlijke staat of gezinslasten te verlenen die hij aan zijn eigen verblijfhouders natuurlijke personen verleent.
(3) Een vennootschap van een Overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapitaal geheel of ten dele onmiddellijk of middellijk in het bezit is van of wordt beheerst door één of meer verblijfhouders van de andere Overeenkomstsluitende Staat wordt in de eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen in enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders banden of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen waarvan een vennootschap van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen uitoefent en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst beheert door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen verblijfhouders van de eerstbedoelde Overeenkomstsluitende Staat zijn is of kunnen kan worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. (4) De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn van toepassing op belastingen van elke soort en benamingsoort, ongeacht of het Rijksbelastingen federale belastingen staatsbelastingen of plaatselijke belastingen betreft.
(5) De bepalingen van paragraaf (2) mogen niet dusdanig worden uitgelegd, dat zij België beletten de winst die kan worden toegerekend aan een vaste inrichting in België van een Amerikaanse vennootschap of enig ander lichaam dat verblijfhouder is van de Verenigde Staten, gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen een tarief dat -vóór de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2, paragraaf (1), b) (vi)- niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen;
a) zolang evenwel België de uitgekeerde winst van een Belgische vennootschap tegen een lager tarief dan het hoogste tarief belast, zal de Belgische belasting op het deel van de winsten van de vaste inrichting dat geacht wordt te zijn uitgekeerd, geheven worden tegen een tarief dat voor de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2 paragraaf (1) b) (vi) niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de uitgekeerde winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen;
b) voor de toepassing in deze paragraaf wordt de vaste inrichting in België geacht hetzelfde deel van haar winsten uit te keren als die verblijfhouder uit zijn totale winst uitkeert.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden xxxxxx in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen verplichtingen, waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder de woonstaat betreffende, zijn of kunnen worden onderworpenxxxxxx xxxxx- worpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Verdragsluitende Staat niet ongunstiger dan xxx de belastingheffing belasting- heffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat derde Staten die dezelfde werkzaamheden uitoefenenwerkzaamhe- den uitoefenen onder dezelfde omstandigheden. Deze bepaling mag niet aldus worden zo xxxxxx uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Verdragsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde eerst- bedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden xxxxxx in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen waarvan het kapitaal geheel of ten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is of wordt beheerst door een of meer inwoners van de eerstbedoelde een derde Staat zijn of kunnen worden xxxxxx onderworpen.
54. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, zodanig xxxxxx uitgelegd dat de toepassing door elk het aan een van de beide Verdragsluitende Staten de wettelijke verplichting oplegt het voordeel van een behandeling, voorkeur of privilege verleend aan een derde Staat of zijn inwoners krachtens de belasting op voordelen oprichting van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen een douane unie, een economische unie, een vrijhandelszone of beperkteen regionale over- regional or sub-regional arrangement relating wholly or mainly to taxa- tion or movement of capital to which such the first-mentioned Contract- ing State may be a party.
5. Except where the provisions of paragraph 1 of Article 9, paragraph 5 of Article 11, or paragraph 6 of Article 12, apply, interest, royalties and other disbursements paid by an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of deter- mining the taxable profits of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been paid to a resident of the first- mentioned State. Similarly, any debts of an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable capital of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been contracted to a resident of the first-mentioned State.
6. De bepalingen van dit artikel zijnContributions paid by, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2or on behalf of, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingan individual who is a resi- dent of a Contracting State to a pension plan that is recognized for tax purposes in the other Contracting State will be treated in the same way for tax purposes in the first-mentioned State as a contribution paid to a pension plan that is recognized for tax purposes in that first-mentioned State, provided that
a) such individual was contributing to such pension plan before he became a resident of the first-mentioned State; and
b) the competent authority of the first-mentioned State agrees that the pension plan corresponds to a pension plan recognized for tax purposes by that State. For the purpose of this paragraph, ‘‘pension plan’’ includes a pension plan created under a public social security system.
7. In this Article, the term ‘‘taxation’’ means taxes which are the sub- ject of this Agreement.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen 1.Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De 0.Xx belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve 3.Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, artikel 12, negende lid, paragraaf 6 of artikel 1320, zevende lid, paragraaf 6 van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's, vergoedingen voor technische bijstand en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle Op dezelfde wijze worden schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrek- baar in mindering gebracht als wanneer zij waren aangegaan met die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4eerstgenoemde Staat zouden zijn aangegaan. Ondernemingen 4.Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in 5.Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegduitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat verplicht aan natuurlijke personen die geen inwoner zijn van die Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, dat tegemoetkomingen en verminderingen te verlenen die worden verleend aan de toepassing door elk natuurlijke personen die wel inwoner zijn van die Staat. 6.Niettegenstaande de Verdragsluitende Staten bepalingen van artikel 2 zijn de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners niet-inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 7, paragraaf 6, en artikel 10, paragraaf 5, is de belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijnmogen niet dusdanig worden uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat verplichten aan inwoners van de andere overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, niettegenstaande tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaminggezinstoestand of gezinslasten te verlenen die hij aan zijn eigen inwoners verleent.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat van de Staten worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daar- mede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel de bepalingen van arti- kel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat van de Staten in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus zo worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat van de Staten verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven uitgaven, betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat van de Staten aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde eerst- bedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat van de Staten aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar voor- waarden aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde eerstbedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatvan de Staten, waarvan het kapi- taal geheel kapitaal ge- heel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets Bijdragen die worden gedragen door een natuurlijke persoon die niet-zelfstandige arbeid verricht in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk een van de Verdragsluitende Staten aan een in de andere Staat ingestelde en aldaar voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, worden in de eerstbedoelde Staat, gedurende een tijd- vak dat een totaal van 60 maanden niet te boven gaat, bij de bepaling van het belastbare inkomen van de belasting natuurlijke persoon afgetrokken en behandeld in die Staat op voordelen dezelfde wijze en onderworpen aan dezelfde voorwaarden en beperkingen als bijdragen betaald aan een pensioen- regeling die voor de belastingheffing in die eerstbedoelde Staat is er- kend, mits:
a. die natuurlijke persoon geen inwoner van vaste inrichtingen die Staat was en reeds bijdroeg aan de pensioenregeling onmiddellijk voordat hij de dienstbe- trekking in die Staat begon uit te oefenen; en
b. de natuurlijke persoon hetzij nog in dienstbetrekking is bij de- zelfde werkgever als omschreven op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het moment waarop hij zijn dienstbetrekking begon uit te oefenen in artikel 11 wordt voorkomen of beperktdie Staat, hetzij bij een werkgever die een gelieerde onderneming is van de hiervoor genoemde werkgever; en
c. de pensioenregeling naar het oordeel van de bevoegde autoriteit van die Staat in het algemeen overeenkomt met een door die Staat voor belastingdoeleinden erkende pensioenregeling. Als belastbaar inkomen van een natuurlijke persoon worden niet beschouwd betalingen aan de pensioenregeling gedaan door de onderne- ming die zijn beloning betaalt.
6. Voor de toepassing van het vijfde lid:
a. betekent de uitdrukking ,,een pensioenregeling’’ een verplichte regeling waaraan een natuurlijke persoon deelneemt ten einde pensioen- uitkeringen ter zake van de niet-zelfstandige arbeid als bedoeld in lid 5 veilig te stellen; en
b. wordt een pensioenregeling voor belastingdoeleinden in een Staat erkend indien de bijdragen aan de regeling in die Staat voor belasting- vermindering in aanmerking zouden komen. Ingeval een pensioenregeling geen verplichte regeling is, kunnen de bevoegde autoriteiten met elkaar overleg plegen ten einde te beslissen of het gerechtvaardigd is om in dat geval de bepalingen van dit lid en het vijfde lid toe te passen.
7. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomst- sluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpenverband hou- dende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband ver- band houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belasting- heffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de des- betreffende Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomst- sluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger on- gunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluiten- de Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen vermin- deringen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersei- gen inwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 8, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatan- dere overeenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstbedoel- de Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, on- derworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenhou- dende verplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstbedoel- de Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 11, vierde of vijfde lid, artikel 12, negende vierde of vijfde lid, of artikel 1320, zevende derde of vierde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven uit- gaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Dit artikel mag zo aldus niet worden uitgelegd, uitgelegd dat de toepassing door zij elk van de Verdragsluitende Staten Sta- ten verplicht aan natuurlijke personen die geen inwoner van die Staat zijn bij de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktbelastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen te verlenen die worden verleend aan natuurlijke per- sonen die wel inwoner zijn.
6. De Onder voorbehoud van de bepalingen van het achtste lid van dit artikel hebben natuurlijke personen die inwoners van Nederland zijn voor de heffing van belasting van het Verenigd Koninkrijk recht op dezelfde persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen als British subjects (Britse onderdanen) die geen inwoners van het Ver- enigd Koninkrijk zijn, niettegenstaande .
7. Onder voorbehoud van de bepalingen van het achtste lid van dit artikel 2hebben natuurlijke personen die inwoners van het Verenigd Ko- ninkrijk zijn voor de heffing van Nederlandse belasting recht op dezelfde persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen als Ne- derlandse onderdanen die geen inwoners van toepassing Nederland zijn.
8. Een natuurlijke persoon die inwoner van een van de Staten is en wiens uit de andere Staat afkomstige inkomen uitsluitend bestaat uit dividenden, interest of royalty’s (of uitsluitend uit een samenstel daar- van) kan voor de belastingheffing in die andere Staat aan dit Verdrag generlei recht ontlenen op belastingen van elke soort de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en benamingverminderingen als bedoeld in dit artikel.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden xxxxxx in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder de woonplaats betreffende, zijn of kunnen worden onderworpenxxxxxx xxxxx- worpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. Statenlozen die inwoner zijn van een Verdragsluitende Staat wor- den in een van de Staten niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waar- aan onderdanen van die Staat onder dezelfde omstandigheden, in het bij- zonder de woonplaats betreffende, zijn of kunnen xxxxxx onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan xxx de belastingheffing van onder- xxx xxxxx- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, zo xxxxxx uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde eerstgenoemde Staat aan zijn eigen inwonersinwo- ners verleent.
34. Behalve indien wanneer de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende achtste lid, of artikel 1312, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende mining the taxable profits of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been paid to a resident of the first- mentioned State. Similarly, any debts of an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable capital of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been contracted to a resident of the first-mentioned State.
5. Enterprises of a Contracting State, the capital of which is wholly or partly owned or controlled, directly or indirectly, by one or more resi- dents of the other Contracting State, shall not be subjected in the first- mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of the first-mentioned State are or may be subjected.
6. Contributions paid by, or on behalf of, an individual who is a resi- dent of a Contracting State to a pension plan that is recognized for tax purposes in the other Contracting State will be treated in the same way for tax purposes in the first-mentioned State as a contribution paid to a pension plan that is recognized for tax purposes in that first-mentioned State, provided that
a) such individual was contributing to such pension plan before he became a resident of the first-mentioned State;
b) the competent authority of the first-mentioned State agrees that the pension plan corresponds to a pension plan recognized for tax purposes by that State. For the purpose of this paragraph, ‘‘pension plan’’ includes a pension plan created under a public social security system.
7. The provisions of this Article shall, notwithstanding the provisions of Article 2, apply to taxes of every kind and description.
1. Where a person considers that the actions of one or both of the Contracting States result or will result for him in taxation not in accord- ance with the provisions of this Convention, he may, irrespective of the remedies provided by the domestic law of those States, present his case to the competent authority of the Contracting State of which he is a resi- dent or, if his case comes under paragraph 1 of Article 26, to that of the Contracting State of which he is a national. The case must be presented Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. § 1 Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing belastigheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel .
§ 2 De uitdrukking "onderdanen" betekent:
1, ook van toepassing op ° alle natuurlijke personen die geen inwo- ners de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten;
2° alle rechtspersonen, personenvennootschappen en verenigingen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
§ 3 Natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van een overeenkomstsluitende Staat en die in de andere Staat belastbaar zijn genieten aldaar, voor de vestiging van de belastingen welke volgens de wetgeving van die andere Staat worden berekend tegen progressieve tarieven of op een met aftrekken verminderde grondslag, de vrijstellingen, aftrekken, verminderingen of andere tegemoetkomingen, die uit hoofde van beide Verdragsluitende Statengezinslasten worden verleend aan natuurlijke personen, onderdanen van die andere Staat, die daarvan verblijfhouder zijn.
2. § 4 De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus dusdanig worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht belet de winsten die kunnen worden toegerekend aan inwoners de in die Staat gelegen vaste inrichting van een vennootschap, verblijfhouder van de andere Verdragsluitende Staat, of van een vereniging van personen, waarvan de plaats van werkelijke leiding in die andere Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekkenis gelegen, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door zijn wetgeving is bepaald, op voorwaarde dat dit laatste in hoofdsom niet hoger is dan het hoogste tarief dat van toepassing is ter zake van het geheel of enig deel van de samenstelling winsten van vennootschappen, verblijfhouder van de eerstbedoelde Staat.
§ 5 Behoudens het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien geval van toepassing van de bepalingen van artikel artikelen 9, eerste lid11, artikel paragraaf 6 en 12, negende lidparagraaf 5, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn kunnen interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner verblijfhouder van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij voor de vaststelling van de belastbare winst winsten van die onderneming onder in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer voorwaarden, alsof zij betaald waren aan een inwoner verblijfhouder van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. § 6 Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belasting of heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in § 7 In dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat betekent de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op uitdrukking "belastingheffing" belastingen van elke soort alle aard en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen Personen die, in het geval van België, Belgische onderdanen zijn en, in het geval van de Speciale Administratieve Regio Hong Kong, het recht hebben om aldaar te verblijven of die aldaar opgericht of op een Verdragsluitende Staat andere wijze gesticht zijn, worden in de andere Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen (wat België betreft) of personen die er verblijfsrecht of hun plaats van oprichting of stichting hebben (wat de Speciale Administratieve Regio Hong Kong betreft) van die andere Staat Partij onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij in de andere Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij heeft, is in die andere Staat Partij niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat Partij die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat overeenkomstsluitende Partij verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat zij aan zijn haar eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Partij worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatPartij zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan overeenkomstsluitende Partij tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Partij worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Partij zijn aangegaan.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Partij, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatovereenkomstsluitende Partij, worden in de eerstbedoelde Staat Partij niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat Partij zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichting waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners niet inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, § 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid§ 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en of benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staatstaat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen belastbare ver- mogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde staat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk direct of middellijkindi- rect, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtin- gen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktonder- worpen.
6. Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon, die inwoner is van een verdragslui- tende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere verdragsluitende staat erkende pensioenregeling, worden voor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat de pensioenregeling in grote lijnen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing van dit lid omvat „pensioenregeling” mede een pensioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van een publiek socialezekerheidsstelsel.
7. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder de woonstaat betreffende, zijn of kunnen worden onderworpenonder- worpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zesde lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatmining the taxable profits of such enterprise, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staatbe deductible under the same conditions as if they had been paid to a resident of the first- mentioned State. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde StaatSimilarly, any debts of an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable capital of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been contracted to a resident of the first-mentioned State.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende StaatEnterprises of a Contracting State, waarvan het kapi- taal geheel the capital of gedeeltelijkwhich is wholly or partly owned or controlled, onmiddellijk directly or indirectly, by one or more resi- dents of middellijkthe other Contracting State, shall not be subjected in het bezit the first- mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is van other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpenthe first-mentioned State are or may be subjected.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegdThe provisions of this Article shall, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen notwithstanding the provisions of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel Article 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingapply to taxes of every kind and description.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoners zijn van een of van beide Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus zo worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vierde lid, of artikel 1312, zevende vierde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s 's en andere uitgaven uitgaven, betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde eerstbedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon, die inwoner is van een Overeenkomstsluitende Staat en die geen onderdaan is van die Staat, zijn betaald aan een voor de belastingheffing in dit artikel mag zo de andere Overeenkomstsluitende Staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde Staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde Staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde Staat van oordeel is dat de toepassing pensioenregeling overeenkomt met een door elk die Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Overeenkomstsluitende Staten kunnen in onderlinge overeenstemming voorwaarden vaststellen met betrekking tot de toepassing van deze bepaling. Voor de belasting op voordelen toepassing van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktdit lid omvat de uitdrukking "pensioenregeling" mede een pensioenregeling ingevolge een publiekrechtelijk stelsel van sociale zekerheid.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. (1. Onderdanen ) Niettegenstaande de bepaling van artikel 1 worden onderdaan van een Verdragsluitende Staat worden overeenkomstsluitende Staat, ongeacht of zij al dan niet inwoners van een van de overeenkomstsluitende Staten zijn, in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn worden of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
(2. ) De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die de eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
(3. Behalve indien ) Behoudens het geval van toepassing van de bepalingen van artikel de artikelen 9, eerste lid11, artikel paragraaf (7) of 12, negende lidparagraaf (5), of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn kunnen interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij voor de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer voorwaarden, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij kunnen, voor de vaststelling van het belast- bare belastbaar vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met alsof het om schulden zou gaan die tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat werden aangegaan.
(4. ) Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichting, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
(5. Niets in ) Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat de toepassing door elk zij België belet :
(a) het totaal bedrag van de Verdragsluitende Staten winsten die kunnen worden toegerekend aan een Belgische vaste inrichting van een vennootschap die inwoner van Malta is of van een vereniging die haar plaats van werkelijke leiding in Malta heeft, aan de belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door de belgische wetgeving is bepaald; dit tarief mag echter niet hoger zijn dan het maximum tarief dat van toepassing is op het geheel of een gedeelte van de belasting op voordelen winsten van vennootschappen die inwoner van België zijn;
(b) de dividenden uit een deelneming die wezenlijk verbonden is met een in België gelegen vaste inrichtingen inrichting of vaste basis van een vennootschap die inwoner van Malta is of van een vereniging die haar plaats van werkelijke leiding in Malta heeft en als omschreven een rechtspersoon in artikel 11 wordt voorkomen of beperktBelgië belastbaar is, aan de roerende voorheffing te onderwerpen.
(6. De bepalingen van ) In dit artikel zijnbetekent de uitdrukking "belastingheffing", niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belasting van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 2. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel De uitdrukking "onderdanen" betekent :
1, ook van toepassing op ° alle natuurlijke personen die geen inwo- ners de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten;
2° alle vennootschappen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
§ 3. Staatlozen worden in een overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting die anders of drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan onderdanen van die Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
1° Natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van een overeenkomstsluitende Staat en die in de andere Staat belastbaar zijn, genieten aldaar voor de vestiging van de in artikel 2 bedoelde belastingen de vrijstellingen, aftrekken, verminderingen of andere tegemoetkomingen, die uit hoofde van beide Verdragsluitende Statengezinslasten worden verleend aan natuurlijke personen, onderdanen van die andere Staat, die daarvan geen verblijfhouder zijn.
2° Een verblijfhouder van Denemarken die in België over een woning beschikt, is aldaar belastbaar zoals een Belgische onderdaan die geen verblijfhouder van België is, op een inkomstenbedrag van ten minste tweemaal het kadastraal inkomen van die woning.
§ 5. De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus dusdanig worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht belet de winsten die kunnen worden toegekend aan inwoners de in die Staat gelegen vaste inrichting van een vennootschap, verblijfhouder van de andere Verdragsluitende Staat, of van een vereniging van personen, waarvan de plaats van werkelijke leiding in die andere Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekkenis gelegen, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door zijn wetgeving is bepaald, op voorwaarde dat dit laatste in hoofdsom niet hoger is dan het hoogste tarief dat van toepassing is ter zake van het geheel of enig deel van de samenstelling winsten van vennootschappen, verblijfhouder van de eerstbedoelde Staat.
§ 6. Behoudens het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien geval van toepassing van de bepalingen van artikel artikelen 9, eerste lid11, artikel paragraaf 6 en 12, negende lidparagraaf 5, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn kunnen interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner verblijfhouder van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij voor de vaststelling van de belastbare winst winsten van die onderneming onder in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer voorwaarden, alsof zij betaald waren aan een inwoner verblijfhouder van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle Evenzo worden de schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van overeenkomstsluitende Staat tegenover een verblijfhouder aan de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij voor de vaststelling van aan het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder in mindering gebracht op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer voorwaarden, alsof zij waren aangegaan met tegenover een inwoner verblijfhouder van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4§ 7. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden van de beide Staten xxxxxx in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting verplich- ting onderworpen, die anders of zwaarder is dan xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden xxxxxx onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een van de beide Staten of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat van de beide Staten in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan xxx de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden xxxxx xxxxxx uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht van de beide Staten ver- plicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke per- soonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde eerst- bedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende lid, of artikel 1312, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven uitgaven, betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat van de beide Staten aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden voorwaar- den aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende StaatEnterprises of one of the two States, waarvan het kapi- taal geheel the capital of gedeeltelijkwhich is wholly or partly owned or controlled, onmiddellijk directly or indirectly, by one or more resi- dents of middellijkthe other State, shall not be subjected in het bezit the first-mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is van other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpenthe first-mentioned State are or may be subjected.
5. Niets Contributions paid by, or on behalf of, an individual who is a resi- dent of one of the two States to a pension plan that is recognized for tax purposes in dit artikel mag zo worden uitgelegdthe other State will be treated in the same way for tax pur- poses in the first-mentioned State as a contribution paid to a pension plan that is recognized for tax purposes in that first-mentioned State, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen provided that:
a) such individual was contributing to such pension plan before he became a resident of beperktthe first-mentioned State; and
b) the competent authority of the first-mentioned State agrees that the pension plan corresponds to a pension plan recognized for tax purposes by that State. For the purpose of this paragraph, ‘‘pension plan’’ includes a pension plan created under a public social security system.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingIn this Article the term ‘‘taxation’’ means taxes which are the sub- ject of this Agreement.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van die andere Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling ook van toepassing op personen die geen inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere de desbetreffende Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
23. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. De bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die werkzaamheden verricht in een overeenkomstsluitende Staat, worden betaald aan een pensioenstelsel
a) dat erkend is voor de belastingheffing in de andere overeenkomstsluitende Staat,
b) waaraan de natuurlijke persoon deelnam onmiddellijk vóór hij in de eerstgenoemde Staat werkzaamheden begon te verrichten,
c) waaraan de natuurlijke persoon deelnam toen hij werkzaamheden verrichtte in, of inwoner was van, de andere Staat, en
d) waarvan de bevoegde autoriteit van de eerstgenoemde Staat heeft aanvaard dat het in hoofdzaak overeenstemt met een pensioenstelsel dat als dusdanig erkend is voor de belastingheffing door die Staat, worden,
e) voor het bepalen van de belasting welke die natuurlijke persoon in de eerstgenoemde Staat verschuldigd is, en
f) voor het bepalen van de winst van een onderneming die in de eerstgenoemde Staat mag worden belast, in die Staat op dezelfde wijze behandeld en aan dezelfde voorwaarden en grenzen onderworpen als bijdragen die zijn betaald aan een pensioenstelsel dat erkend is voor de belastingheffing in die eerstgenoemde Staat. Voor de toepassing van deze paragraaf:
a) betekent de uitdrukking “een pensioenstelsel” een regeling waaraan de natuurlijke persoon deelneemt teneinde een pensioenuitkering te verwerven die verschuldigd is ter zake van de in deze paragraaf bedoelde werkzaamheden; en
b) is een pensioenstelsel erkend voor de belastingheffing in een Staat indien de aan het stelsel betaalde bijdragen in die Staat in aanmerking zouden komen voor belastingvermindering.
5. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle Op dezelfde wijze worden schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrek- baar in mindering gebracht als wanneer zij waren aangegaan met die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn aangegaan.
46. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
57. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 van deze Overeenkomst is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, paragraaf 6 van deze Overeenkomst van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij België belet :
a) de toepassing door elk winst die kan worden toegerekend aan een Belgische vaste inrichting van de Verdragsluitende Staten een vennootschap die inwoner is van Indonesië aan de belasting op voordelen te onderwerpen tegen het tarief dat door de Belgische wetgeving is bepaald;
b) roerende voorheffing te heffen van dividenden uit een deelneming die wezenlijk is verbonden met een in België gelegen vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktinrichting van een vennootschap die inwoner is van Indonesië.
6. De bepalingen Indit artikel betekent de uitdrukking "belastingheffing" de belastingen die het onderwerp van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingdeze Overeenkomst uitmaken.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Verdragsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vierde lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Verdragsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, Het feit dat er uit hoofde van het Qatarese belastingrecht geen belasting wordt geheven van Qatarezen en de toepassing door elk onderdanen van andere leden van de Gulf Cooperation Council (GCC) wordt niet beschouwd als discriminatie volgens de bepalingen van dit artikel.
6. Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die in een Verdragsluitende Staten Staat diensten verleent, zijn betaald aan een voor de belastingheffing in de andere Verdragsluitende Staat erkende pensioenregeling,
i. waaraan de natuurlijke persoon onmiddellijk voordat hij begon met de dienstverlening in de eerstbedoelde Staat deelnam,
ii. waaraan de natuurlijke persoon deelnam op het tijdstip waarop hij diensten verleende in of inwoner was van de andere Staat, en
iii. die de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde Staat heeft aanvaard als over het algemeen overeenkomend met een door die Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, dienen voor het vaststellen van de belasting op die de natuurlijke persoon verschuldigd is in de eerstbedoelde Staat en van de voordelen van vaste inrichtingen een onderneming die in de eerstbedoelde Staat mogen worden belast, in die Staat op dezelfde wijze en onder dezelfde voorwaarden en beperkingen te worden behandeld als omschreven bijdragen die zijn betaald aan een pensioenregeling die in artikel 11 die Staat voor de belastingheffing erkend is. Voor de toepassing van dit lid:
a. betekent de uitdrukking "pensioenregeling" een regeling waaraan de natuurlijke persoon deelneemt teneinde pensioenuitkeringen veilig te stellen die hem verschuldigd zijn ter zake van de diensten bedoeld in dit lid; en
b. wordt voorkomen of beperkteen pensioenregeling voor de belastingheffing in een Staat erkend indien de bijdragen aan de regeling in die Staat in aanmerking komen voor een fiscale faciliëring.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen per- sonen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende staten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de des- betreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing toe- passing zijn, zijn interest, royalty’s xxxxxxx’x en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staatstaat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de vaststelling van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde staat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk direct of middellijkindi- rect, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtin- gen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktonder- worpen.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen be- lastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk direct of middellijkindi- rect, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtin- gen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktonder- worpen.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets in In geen geval mogen de bepalingen van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegduitgelegd dat ze de een of de andere overeenkomstsluitende Staat beletten om de door artikel 10, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de paragraaf 6, beoogde belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktte heffen.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de nationale wetgeving van elk van de overeenkomstsluitende Staten met betrekking tot onderkapitalisatie en verrekenprijzen zijn van toepassing voor zover zij niet in tegenspraak zijn met de in deze Overeenkomst neergelegde beginselen.
8. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, 2 zijn de bepalingen van dit artikel van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat overeenkomstsluitende Staat, ongeacht of zij al dan niet inwoner zijn van een van de overeenkomstsluitende Staten, worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan de onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
§ 2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die de eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
§ 3. Behalve indien Behoudens in geval van toepassing van de bepalingen van artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lidparagraaf 6, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
§ 4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 5. Niets in Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat de toepassing door elk zij België belet het totaal bedrag van de Verdragsluitende Staten winsten die kunnen worden toegerekend aan de Belgische vaste inrichting van een vennootschap die inwoner van Korea is of van een vereniging die haar plaats van werkelijke leiding in Korea heeft, aan de belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door de Belgische wetgeving is bepaald, maar dit tarief mag niet hoger zijn dan het maximum tarief dat van toepassing is op het geheel of een gedeelte van de belasting op voordelen winsten van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktvennootschappen die inwoner van België zijn.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 6, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 4, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstgenoemde Staat zouden zijn aangegaan.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat heeft in de andere Verdragsluitende Staat heeftStaat, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat Staat, die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 11, zevende lid of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven uitgaven, betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat Personen die, wat Nederland betreft, onderdaan zijn, en, wat de Speciale Administratieve Regio Hongkong betreft, die gerechtigd zijn tot verblijf of zijn opgericht of anderszins daarin gevestigd zijn, worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende partij niet aan enige belastingheffing belasting of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan personen die gerechtigd zijn tot verblijf, zijn opgericht of anderszins zijn gevestigd in die andere verdragsluitende partij (zijnde de Speciale Administratieve Regio Hongkong) of onderdanen van die andere Staat an- dere verdragsluitende partij (zijnde Nederland) onder dezelfde omstandigheden omstan- digheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen kun- nen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners ner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende partijen.
2. Staatloze personen die inwoner zijn van een verdragsluitende par- tij worden in geen van de verdragsluitende partijen aan enige belasting- heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband hou- dende verplichtingen waaraan onderdanen van de verdragsluitende par- tij (zijnde Nederland) of personen die gerechtigd zijn tot verblijf in de verdragsluitende partij (zijnde de Speciale Administratieve Regio Hong- kong) onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende partij in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende partij heeft, is in die andere Staat verdragsluitende partij niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat verdragsluitende partij die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende partij verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende partij bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat eerst- bedoelde partij aan zijn haar eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat ver- dragsluitende partij aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende par- tij, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatverdragsluitende partij.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende partij, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragslui- tende partij, worden in de eerstbedoelde Staat verdragsluitende partij niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpenonder- worpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen onderne- mingen van de eerstbedoelde Staat verdragsluitende partij zijn of kunnen worden wor- den onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De uitdrukking "onderdanen" betekent : 1* alle natuurlijke personen, die de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten; 2* alle rechtspersonen, personenvennootschappen en verenigingen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
3. Staatlozen worden in een overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan onderdanen van die Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
4. Generlei bepaling van deze overeenkomst mag dusdanig worden uitgelegd : 1* dat een overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan verblijfhouders van de andere overeenkomstsluitende Staat de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en belastingverminderingen uit hoofde van gezinstoestand of -lasten te verlenen, die hij aan zijn eigen verblijfhouders verleent; 2* dat zij België belet onderdanen van Portugal die geen verblijfhouder van België zijn maar aldaar over een woning beschikken, te belasten op het minimum-inkomstenbedrag dat door zijn wetgeving bepaald is met betrekking tot niet-verblijfhouders die al dan niet onderdanen van België zijn en aldaar over een woning beschikken.
5. De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag belet niet aldus dat de winsten, welke kunnen worden uitgelegdtoegerekend aan de in een overeenkomstsluitende Staat gelegen vaste inrichting waarover een vennootschap, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners die verblijfhouder is van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, of een andere vereniging van personen, waarvan de plaats van werkelijke leiding in die andere Staat bij is gelegen, de belastingheffing beschikking heeft, in de persoonlijke aftrekkeneerstbedoelde Staat gezamenlijk worden belast tegen het tarief dat door zijn nationale wetgeving is vastgesteld, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde op voorwaarde dat dit tarief niet hoger is dan het maximumtarief van de samenstelling belasting welke van toepassing is op het gezin geheel of gezinslasten te verlenen, op een deel van de winsten van vennootschappen die verblijfhouder zijn van de eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersStaat.
36. Behalve indien de bepalingen Behoudens het geval van toepassing van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn 9 kunnen interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner verblijfhouder van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij voor de vaststelling van de belastbare winst winsten van die onderneming onder in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer voorwaarden, alsof zij betaald waren aan een inwoner verblijfhouder van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
47. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
58. Niets in dit Indit artikel mag zo worden uitgelegd, dat betekent de toepassing door elk van uitdrukking "belastingheffing" de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven belastingen die bedoeld zijn in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt2.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende achtste lid, of artikel 1312, zevende achtste lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. De bepalingen van het tweede lid mogen niet zodanig worden uit- gelegd dat zij Barbados beletten tegen de tarieven opgenomen in de Income Tax Act belasting te heffen:
a. op winsten uit vaste inrichtingen, tenzij artikel 10, negende lid, van toepassing is; en
b. op het premie-inkomen van niet-ingezeten verzekeraars of van buitenlandse verzekeringsmaatschappijen.
5. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon, die inwo- ner is van een Verdragsluitende Staat, zijn betaald aan een voor de belas- tingheffing in dit artikel mag zo de andere Verdragsluitende Staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde Staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde Staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde Staat van oordeel is dat de pensioenregeling overeenkomt met een door die Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat ,,pensioenregeling’’ mede een pensioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiek socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit Dit artikel zijnis, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing toe- passing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Inwoners van een verdragsluitende staat die geen onderdaan zijn van een staat worden in de andere ver- dragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderwor- pen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van de eerstgenoemde verdragsluitende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat verdrag- sluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting ver- plichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, ver- plichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een verdragsluitende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere ver- dragsluitende staat erkend pensioenfonds, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastinghef- fing erkend pensioenfonds, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan het pensioenfonds voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat het pensioenfonds in het algemeen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkend pensioenfonds. Voor de toepassing door elk van dit lid omvat de uitdrukking „pensioenfonds” mede een pensioenregeling die is inge- steld op grond van de Verdragsluitende Staten socialezekerheidswetgeving van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen verdragsluitende staat.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, zijn niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, 2 van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming, met uitzondering van indirecte belastingen.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, eerste lid, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staatstaat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen belastbare ver- mogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde staat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting ver- plichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, ver- plichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een verdragsluitende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere ver- dragsluitende staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastinghef- fing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat de pensioenregeling over het alge- meen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat het begrip „pensioenregeling” mede een pensioenregeling die is inge- steld uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiekrechtelijk socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen een vaste inrichting die een onderneming van een derde Staat heeft in die andere Staat.
3. De belastingheffing van de winst uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat waarop artikel 8, paragraaf 2 van toepassing is, is in de andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van de winst van ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag paragraaf is niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien toepassing op de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming de belastingwetgeving van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner die redelijkerwijze bedoeld zijn om het vermijden of het ontgaan van belastingen te voorkomen of te bestrijden, met inbegrip van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatwetgeving inzake onderkapitalisatie.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat Staat, waarvan het kapitaal geheel of ten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van, of wordt beheerst door, één of meer inwoners van een derde Staat, zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Behalve indien de bepalingen van artikel mag zo 9, paragraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, paragraaf 6 , van toepassing zijn, worden uitgelegdinterest, dat de toepassing royalty's en andere uitgaven die door elk een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de Verdragsluitende Staten andere overeenkomstsluitende Staat worden betaald, bij het bepalen van de belasting belastbare winst van die onderneming op voordelen dezelfde voorwaarden in mindering gebracht, alsof zij aan een inwoner van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt de eerstbedoelde Staat zouden zijn betaald. Deze paragraaf is niet van toepassing op de bepalingen van de belastingwetgeving van een overeenkomstsluitende Staat die redelijkerwijze bedoeld zijn om het vermijden of het ontgaan van belastingen te voorkomen of beperktte bestrijden.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn slechts van toepassing op de belastingen die vallen onder de werkingssfeer van elke soort deze Overeenkomst.
7. Indien een van de overeenkomstsluitende Staten van oordeel is dat belastingmaatregelen van de andere overeenkomstsluitende Staat de principes opgenomen in dit artikel schenden, plegen de bevoegde autoriteiten overleg met elkaar om te proberen de zaak op te lossen.”
ARTIKEL X Artikel 24, paragraaf 2 van de Overeenkomst wordt opgeheven en benaming.vervangen door het volgende:
Appears in 1 contract
Samples: Protocol
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkoms tsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit Niettegenstaande de bepalingen van artikel mag zo worden uitgelegd, dat 2 zijn de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 2. De uitdrukking "onderdanen" betekent : 1* alle natuurlijke personen die de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten; 2* alle vennootschappen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
§ 3. Staatlozen worden in een overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan onderdanen van die Staat onder gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 4. Een natuurlijke persoon, verblijfhouder van België, die volgens de artikelen 7 en 14 tot 19 in Luxemburg belastbaar is ter zake van meer dan 50 pct. van zijn bedrijfsinkomsten, wordt op aanvraag in Luxemburg op zijn volgens de artikelen 6, 7 en 13 tot 19 van de Overeenkomst aldaar belastbare inkomsten belast tegen de gemiddelde aanslagvoet die, gelet op zijn toestand en zijn gezinslasten en het totaal van zijn inkomsten van enigerlei aard, op hem zo van toepasing zijn indien hij een verblijfhouder van Luxemburg zou zijn geweest.
§ 5. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat in de andere overeenkomstsluitende Staat heeft is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen.
§ 6. Ondernemingen van een overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapitaal geheel of ten dele onmiddellijk of middellijk in het bezit is van, of wordt beheerst door één of meer verblijfhouders van de andere overeenkomstsluitende Staat worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5§ 7. Niets in In dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat betekent de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op uitdrukking "belastingheffing" belastingen van elke elk soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen Een staatsburger van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in die verblijfhouder is van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat wordt in die andere overeenkomstsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is drukkender belastingen onderworpen dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen een staatsburger van die andere overeenkomstsluitende Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling die daarvan verblijfhouder is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een Een vaste inrichting die een onderneming verblijfhouder van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is wordt in die andere overeenkomstsluitende Staat niet ongunstiger aan drukkender belastingen onderworpen dan de belastingheffing van onder- nemingen een verblijfhouder van die andere overeenkomstsluitende Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenuitoefent. Deze bepaling paragraaf mag niet aldus dusdanig worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan inwoners natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en tegemoetkomingen of verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin burgerlijke staat of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersverblijfhouders, natuurlijke personen, verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming Een vennootschap van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een één of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden wordt in de eerstbedoelde overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen waarvan een vennootschap van de eerstbedoelde overeenkomstsluitende Staat zijn die dezelfde werkzaamheden uitoefent en waarvan het kapitaal geheel in het bezit is van of kunnen wordt beheerst door één of meer verblijfhouders van de eerstbedoelde overeenkomstsluitende Staat, is of kan worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
64. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn van toepassing op belastingen van elke soort en benamingsoort, ongeacht of het Rijksbelastingen, federale belastingen, staatsbelastingen, of plaatselijke belastingen betreft.
5. De bepalingen van paragraaf 2 mogen niet dusdanig worden uitgelegd, dat zij België beletten de winst die kan worden toegerekend aan een vaste inrichting in België van een Amerikaanse vennootschap of enig ander lichaam dat verblijfhouder is van de Verenigde Staten, gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen een tarief dat - vóór de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2, paragraaf 1, b), (vi) - niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen.
a) Zolang evenwel België de uitgekeerde winst van een Belgische vennootschap tegen een lager tarief dan het hoogste tarief belast, zal de Belgische belasting op het deel van de winsten van de vaste inrichting dat geacht wordt te zijn uitgekeerd, geheven worden tegen een tarief dat - vóór de toepassing van de opcentiemen vermeld in artikel 2, paragraaf 1, b), (vi) - niet meer bedraagt dan het hoogste tarief waaraan de uitgekeerde winsten van een Belgische vennootschap kunnen worden onderworpen;
b) Voor de toepassing van deze paragraaf wordt de vaste inrichting in België geacht hetzelfde deel van haar winsten uit te keren als die verblijfhouder uit zijn totale winst uitkeert.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende staten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende ver- plichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder de- zelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woon- plaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van over een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenuitoe- fenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat ver- dragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat verdragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vierde lid, of artikel 1312, zevende vierde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat ver- dragsluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragslui- tende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belasting- heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, hou- dende verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een ver- dragsluitende staat, zijn betaald aan een voor de belastingheffing in de andere verdragsluitende staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belas- tingheffing erkende pensioenregeling, mits:
a) die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij een dienstbetrekking ging uitoefenen of als zelfstandige werkzaam werd in de eerstbedoelde staat; en
b) de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat ermee instemt dat de pensioenregeling over het algemeen gelijkwaardig is aan een door die staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat „pensioenregeling” mede een pensioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen pu- bliekrechtelijk socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichting, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen mochten worden onderworpen.
§ 2. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel De uitdrukking "onderdanen" betekent : 1, ook van toepassing op * Alle natuurlijke personen die geen inwo- ners de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten; 2* Alle rechtspersonen, personenvennootschappen en verenigingen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
§ 3. Staatlozen die inwoners zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden in de andere overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enig belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichting, waaraan onderdanen van beide Verdragsluitende Statendie andere Staat onder gelijke omstandigheden zijn of mochten worden onderworpen.
2§ 4. De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus dusdanig worden uitgelegduitgelegt, dat zij België belet de winsten die kunnen worden toegerekend aan de Belgische vaste inrichting van een Verdrag- sluitende Staat verplicht vennootschap, die inwoner is van Tunesië, of een vereniging van personen, waarvan de plaats van werkelijke leiding in Tunesië is gelegen, gezamenlijk aan inwoners belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door zijn nationale wetgeving is bepaald. De belastingheffing die volgens de Belgische wetgeving op die winsten verschuldigd is, mag evenwel niet hoger zijn dan het totaal van de verschillende belastingen berekend tegen het normale tarief, die door een soortgelijke vennootschap, die inwoner is van België, zouden verschuldigd zijn op die winsten en op de aan haar aandeelhouders of vennoten uitgedeelde inkomsten. Voor de toepassing van deze bepaling wordt de belasting die de inkomsten, uitgekeerd door een soortgelijke vennootschap die inwoner is van België zou treffen, berekend naar het tarief van 15 pct. op het verschil tussen eensdeels de winst van de vaste inrichting en anderdeels het bedrag dat wordt verkregen door op die winst het gewone tarief, in hoofdsom, van de vennootschapsbelasting op door vennootschappen die inwoner zijn van België uitgekeerde winsten, toe te passen.
§ 5. Natuurlijke personen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat en die in de andere Verdragsluitende Staat bij belastbaar zijn, genieten voor de belastingheffing vestiging van de persoonlijke belastingen in die andere Staat de vrijstellingen, aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen of andere tegemoetkomingen, die uit hoofde van de samenstelling gezinslasten worden verleend aan natuurlijke personen, onderdanen van het gezin of gezinslasten te verlenendie andere Staat, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersdaarvan een inwoner zijn.
3§ 6. Behalve indien Behoudens het geval van toepassing van de bepalingen van artikel artikelen 9, eerste lid11, artikel paragraaf 7, en 12, negende lidparagraaf 5, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn kunnen interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij voor de vaststelling van de belastbare winst winsten van die onderneming onder in mindering worden gebracht op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer voorwaarden, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle Eveneens kunnen schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij voor de vaststelling bepaling van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder in mindering worden gebracht in dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met of het om schulden zou gaan die tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerste Staat werden aangegaan.
4§ 7. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichting, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5§ 8. Niets in In dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat betekent de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op uitdrukking "belastingheffing" belastingen van elke soort en alle aard of benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- waaraan
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende staten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van die andere Staat de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
23. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat verdragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zesde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een verdragsluitende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere verdragsluitende staat erkend pensioenfonds, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastingheffing erkend pensioenfonds, mits:
a. een dergelijke natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan een dergelijk pensioenfonds voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat een dergelijk pensioenfonds in het algemeen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkend pensioenfonds.
7. Voor de toepassing door elk van het bepaalde in het zesde lid omvat de uitdrukking „pensioenfonds” mede een pensioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van de Verdragsluitende Staten socialezekerheidswetgeving van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen verdragsluitende staat.
68. De bepalingen van dit artikel zijn, zijn niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, 2 van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpendaarmee verbandhoudende verplichting, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De uitdrukking "onderdanen" betekent :
a) alle natuurlijke personen die de nationaliteit van een overeenkomstsluitende Staat bezitten;
b) alle rechtspersonen, personenvennootschappen en verenigingen opgericht overeenkomstig die wetgeving die van kracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen de ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan inwoners verblijfhouders van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen belastingverminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten -lasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersverblijfhouders verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van Behoudens in geval artikel 9, eerste lidartikel 11, paragraaf 8, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verbandhoudende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder drukkender is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verbandhoudende verplichtingen, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde die eerst bedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit Indit artikel zijn, niettegenstaande betekent de bepalingen van artikel 2, van toepassing op uitdrukking "belastingheffing" belastingen van elke soort en benaming. ---------------------- Paragraaf 4 vervangen bij art. IX, Aanv. Over. 20.11.2002 (B.S., 27.11.2007), in werking getreden op 23.10.2007.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. § 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan verplichtingen, waaraan onderdanen van die andere overeenkomstsluitende Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen.
§ 2. Deze bepaling isDe uitdrukking "onderdanen" betekent :
(a) alle natuurlijke personen, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn de nationaliteit van een of overeenkomstsluitende Staat bezitten;
(b) alle rechtspersonen, personenvennootschappen en verenigingen opgericht overeenkomstig de wetgeving die van beide Verdragsluitende Statenkracht is in een overeenkomstsluitende Staat.
2§ 3. De belastingheffing van een vaste inrichting inrichting, die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegduitgelegd :
(a) dat ze een overeenkomstsluitende Staat zou beletten de winsten, dat zij welke kunnen worden toegerekend aan de vaste inrichting waarover een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners vennootschap, die verblijfhouder is van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitente Staat, of een vereniging van personen, waarvan de plaats van werkelijke leiding in die andere Staat bij is gelegen, in de belastingheffing eerstbedoelde Staat de beschikking heeft gezamenlijk aan belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door zijn nationale wetgeving is vastgesteld, op voorwaarde dat dit tarief in hoofds om niet hoger is dan het hoogste tarief dat van toepassing is op het geheel of op een deel van de winsten van vennootschappen die verblijfhouder zijn van de eerstbedoelde Staat;
(b) dat een overeenkomstsluitende Staat verplicht zou zijn aan verblijfhouders van de andere overeenkomstsluitende Staat de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen belastingverminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten lasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwoners
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatverblijfhouders verleent.
§ 4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, ten dele onmiddellijk of middellijk, middellijk in het bezit is van of wordt beheerst door een één of meer inwoners verblijfhouders van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staatsame conditions as if they had been paid to a resident of the first- mentioned State. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde StaatSimilarly, any debts of an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable property of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been contracted to a resident of the first-mentioned State.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende StaatEnterprises of a Contracting State, waarvan het kapi- taal geheel the property of gedeeltelijkwhich is wholly or partly owned or controlled, onmiddellijk directly or indirectly, by one or more resi- dents of middellijkthe other Contracting State, shall not be subjected in het bezit the first- mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is van other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpenthe first-mentioned State are or may be subjected.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegdThe provisions of this article shall, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen notwithstanding the provisions of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel article 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingapply to taxes of every kind and description, except indirect taxes.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een verdragsluitende staat worden in geen van de verdragsluitende sta- ten aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat ver- dragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zevende lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdrag- sluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatstaat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragsluitende staat, worden in de eerstbedoelde Staat staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting ver- plichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, ver- plichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die zijn betaald door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een verdragsluitende staat, aan een voor de belastingheffing in de andere ver- dragsluitende staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde staat voor de belastinghef- fing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde staat van oordeel is dat de pensioenregeling in het algemeen overeenkomt met een door die staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat „pensioenregeling” mede een pensioenregeling die is ingesteld uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiekrechtelijk socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen belas- tingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat die inwoner zijn van één van de overeenkomstsluitende Staten, worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde gelijke omstandigheden zijn worden of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of van gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde de eerst bedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien Behoudens in geval van toepassing van de bepalingen van artikel de artikelen 9, eerste lid11, artikel paragraaf 7, of 12, negende lidparagraaf 6, of artikel 13, zevende lid, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald kosten, die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere andere, soortgelijke ondernemingen van de die eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat de toepassing door elk zij België belet:
(a) het totaal bedrag van de Verdragsluitende Staten winsten die kunnen worden toegerekend aan een Belgische vaste inrichting van een vennootschap die inwoner is van de Filippijnen of van een vereniging die haar plaats van werkelijke leiding in de Filippijnen heeft, aan de belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door de Belgische wetgeving is bepaald; dit tarief mag echter niet hoger zijn dan het maximumtarief dat van toepassing is op voordelen het geheel of een gedeelte van de winsten van vennootschappen die inwoner zijn van België;
(b) dividenden uit een deelneming die wezenlijk verbonden is met een in België gelegen vaste inrichtingen inrichting of vaste basis van een vennootschap die inwoner is van de Filippijnen of van een vereniging die haar plaats van werkelijke leiding in de Filippijnen heeft en als omschreven een rechtspersoon in artikel 11 wordt voorkomen of beperktBelgië belastbaar is, aan de roerende voorheffing te onderwerpen.
6. De bepalingen van In dit artikel zijn, niettegenstaande betekent de uitdrukking "belastingheffing" belastingen van elke aard en benaming.
7. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, de voorgaande paragraaf mag geen enkele bepaling van toepassing op belastingen deze Overeenkomst aldus worden uitgelegd dat zij de Filippijnen belet het voordeel van elke soort en benamingde bij wet verleende fiscale begunstigingen tot de onderdanen van dat land te beperken.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen.
3. Deze bepaling Niets in dit artikel mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij het een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht om:
(a) aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent; of
3(b) aan onderdanen van de andere overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen te verlenen die eerstgenoemde overeenkomstsluitende Staat verleent aan zijn eigen onderdanen die geen inwoner van die Staat zijn of aan andere personen die in de belastingwetgeving van die Staat vermeld kunnen zijn.
4. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 8, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s 's en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook eerstgenoemde Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, zijn van toepassing op de belastingen die het onderwerp van elke soort en benamingdeze Overeenkomst uitmaken.
Appears in 1 contract
Samples: Tax Treaty
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden xxxxxx in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan xxx de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden zijn of kunnen worden xxxxxx onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners ner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan xxx de belastingheffing van onder- xxx xxxxx- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden xxxxx xxxxxx uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende StaatEnterprises of a Contracting State, waarvan het kapi- taal geheel the capital of gedeeltelijkwhich is wholly or partly owned or controlled, onmiddellijk directly or indirectly, by one or more resi- dents of middellijkthe other Contracting State, shall not be subjected in het bezit the first- mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is van other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpenthe first-mentioned State are or may be subjected.
5. Niets Contributions paid by, or on behalf of, an individual who is a resi- dent of a Contracting State to a pension plan that is recognised for tax purposes in dit artikel mag zo worden uitgelegdthe other Contracting State will be treated in the same way for tax purposes in the first-mentioned State as a contribution paid to a pension plan that is recognised for tax purposes in that first-mentioned State, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen provided that
a) such individual was contributing to such pension plan before he became a resident of beperktthe first-mentioned State; and
b) the competent authority of the first-mentioned State agrees that the pension plan corresponds to a pension plan recognised for tax purposes by that State. For the purpose of this paragraph, ‘‘pension plan’’ includes a pension plan created under a public social security system.
6. De bepalingen van dit artikel zijnThe provisions of this Article shall, niettegenstaande de bepalingen van artikel notwithstanding the provisions of Article 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benamingapply to taxes of every kind and description.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band verband houdende verplichting onderworpenverplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 6, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en royalty'sen andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer in mindering gebracht, alsof zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde StaatStaat zouden zijn betaald. Zo ook zijn alle schulden Schulden van een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan tegenover een inwoner van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden, bij de vaststelling het bepalen van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder onderneming, eveneens op dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met in mindering gebracht, alsof die schulden tegenover een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstbedoelde Staat zouden zijn aangegaan.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een door, één of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingenverplichtingen waaraan andere, waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in Geen enkele bepaling van dit artikel mag zo aldus worden uitgelegduitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat belet :
a) de winst die kan worden toegerekend aan een vaste inrichting in die Staat, dat de toepassing door elk van een vennootschap die inwoner is van de Verdragsluitende Staten andere overeenkomstsluitende Staat aan de belasting te onderwerpen tegen het tarief dat door de wetgeving van eerstbedoelde Staat is bepaald, op voorwaarde dat het genoemde tarief niet hoger is dan het maximumtarief dat van toepassing is op de winsten van vennootschappen die inwoners zijn van de belasting op voordelen eerstbedoelde Staat;
b) een bronbelasting te heffen van dividenden uit een deelneming die wezenlijk is verbonden met een in die Staat gelegen vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktinrichting van een vennootschap die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Tot Het Vermijden Van Dubbele Belasting
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmee verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van die andere Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling ook van toepassing op personen die geen inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmee verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere de desbetreffende Staat onder dezelfde omstandigheden gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
23. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat in de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij een Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin gezinstoestand of gezinslasten te verlenen, verlenen die eerstbedoelde Staat hij aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lidparagraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, negende lid, of artikel 13, zevende lidparagraaf 4, van toepassing zijn, zijn worden interest, royalty’s en andere uitgaven betaald die door een onderneming van een Verdragsluitende overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatovereenkomstsluitende Staat worden betaald, bij de vaststelling het bepalen van de belastbare winst van die onderneming onder op dezelfde voorwaarden aftrekbaar in mindering gebracht als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook eerstgenoemde Staat zouden zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staatbetaald.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, overeenkomstsluitende Staat waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijkten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van van, of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende verplichting onderworpen, onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkt.
6. De Niettegenstaande de bepalingen van artikel 2 zijn de bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Samples: Double Taxation Agreement
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat worden in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band daarmee verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen waar- aan waaraan onderdanen van die andere Staat staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in de bepalingen van artikel 1, ook van toepassing op personen perso- nen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Statenverdragsluitende staten.
2. De belastingheffing ter zake van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat in de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat heeft, is in die andere Staat staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen over ondernemingen van die andere Staat staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenenverrichten.
3. Deze bepaling Niets in dit artikel mag niet aldus worden uitgelegd, uitgelegd dat zij dit een Verdrag- sluitende Staat verdragsluitende staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de belastingheffing de alle persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de burgerlijke staat, de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenenver- lenen, die eerstbedoelde Staat verdragsluitende staat aan zijn eigen inwonersinwoners verleent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende zesde lid, of artikel 1312, zevende zesde lid, van toepassing toe- passing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragslui- tende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staateerstgenoemde staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat verdragsluitende staat bij de vaststelling van het belast- bare belastbare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar aftrekbaar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staateerstgenoemde staat.
45. Ondernemingen Lichamen die inwoner zijn van een Verdragsluitende Staatverdragsluitende staat, waarvan het kapi- taal kapitaal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk direct of middellijkindirect, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Staatverdragslui- tende staat, worden in de eerstbedoelde Staat eerstgenoemde staat niet aan enige belas- tingheffing belastingheffing of daarmede daarmee verband houdende hou- dende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede daarmee verband houdende verplichtingen, verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen lichamen die inwoner zijn van de eerstbedoelde Staat eerstgenoemde staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets in In dit artikel mag zo worden uitgelegd, dat betekent de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperktuitdrukking „belastingheffing” belastingen die onder dit Verdrag vallen.
6. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. Staatlozen die inwoner zijn van een Verdragsluitende Staat worden in geen van de Verdragsluitende Staten aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende ver- plichtingen waaraan onderdanen van de betreffende Staat onder dezelfde omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.
3. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Verdragslui- tende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten gezin- slasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwonersinwoners ver- leent.
34. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 11, zevende lid, artikel 12, negende zesde lid, of artikel 1320, zevende derde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming onder- neming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
45. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Verdragslui- tende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belasting- heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, hou- dende verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
56. Niets Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is in dit artikel mag zo een Ver- dragsluitende Staat, zijn betaald aan een voor de belastingheffing in de andere Verdragsluitende Staat erkende pensioenregeling, worden uitgelegdvoor de belastingheffing in de eerstbedoelde Staat op dezelfde wijze behandeld als een bijdrage betaald aan een in die eerstbedoelde Staat voor de belas- tingheffing erkende pensioenregeling, mits:
a. die natuurlijke persoon reeds bijdroeg aan de pensioenregeling voordat hij inwoner van de eerstbedoelde Staat werd; en
b. de bevoegde autoriteit van de eerstbedoelde Staat van oordeel is dat de pensioenregeling over het algemeen gelijkwaardig is met een door die Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling. Voor de toepassing door elk van de Verdragsluitende Staten dit lid omvat „pensioenregeling” mede een pensioenregeling die in het leven is geroepen uit hoofde van de belasting op voordelen van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen of beperkteen publiek socialezekerheidsstelsel.
67. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract
Non-discriminatie. 1. Onderdanen van een Verdragsluitende Staat worden in de andere Verdragsluitende Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede ver- band houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waar- aan onderdanen van die andere Staat onder dezelfde omstandigheden omstandigheden, in het bijzonder met betrekking tot woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen. Deze bepaling is, niettegenstaande het bepaalde in artikel 1, ook van toepassing op personen die geen inwo- ners inwoner zijn van een of van beide Verdragsluitende Staten.
2. De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een Verdragsluitende Staat in de andere Verdragsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van onder- nemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd, dat zij een Verdrag- sluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de samenstelling van het gezin of gezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners.
3. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, eerste lid, artikel 1211, negende vijfde lid, of artikel 1312, zevende vijfde lid, van toepassing zijn, zijn interest, royalty’s en andere uitgaven betaald door een onderneming van een Verdragsluitende Ver- dragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, bij de vaststelling van de belastbare winst van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrekbaar als wanneer zij betaald waren aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat. Zo ook zijn alle schulden van een onderneming van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat bij de vaststelling van het belast- bare vermogen van die onderneming onder dezelfde voorwaarden aftrek- baar als wanneer zij waren aangegaan met een inwoner van de eerst- bedoelde Staat.
4. Ondernemingen van een Verdragsluitende Staat, waarvan het kapi- taal geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van of wordt beheerst door een of meer inwoners van de andere Verdrag- sluitende Verdragslui- tende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belas- tingheffing belasting- heffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen, hou- dende verplichtingen waaraan andere soortgelijke ondernemingen van de eerstbedoelde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.
5. Niets in dit artikel mag zo aldus worden uitgelegd, dat de toepassing door elk een Verdrag- sluitende Staat verplicht is aan inwoners van de andere Verdragsluitende Staten Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomin- gen en verminderingen uit hoofde van de belasting op voordelen samenstelling van vaste inrichtingen als omschreven in artikel 11 wordt voorkomen het gezin of beperktgezinslasten te verlenen, die eerstbedoelde Staat aan zijn eigen inwoners verleent.
6. Bijdragen die door of namens een natuurlijke persoon die in een Verdragsluitende Staat een dienstbetrekking uitoefent of als zelfstandige werkzaam is („het gastland”), worden betaald aan een in de andere Ver- dragsluitende Staat voor de belastingheffing erkende pensioenregeling („het thuisland”), worden
a. voor het vaststellen van de door de natuurlijke persoon in het gast- land verschuldigde belasting; en
b. voor het vaststellen van de winst van zijn werkgever die in het gastland mag worden belast; in die Staat op dezelfde wijze en onder dezelfde voorwaarden en beperkingen behandeld als bijdragen die zijn betaald aan een pensioen- regeling die in het gastland voor de belastingheffing erkend is, voor zover zij niet zo worden behandeld door het thuisland. Het voorgaande onderdeel is slechts van toepassing indien aan de vol- gende voorwaarden wordt voldaan:
a. op de natuurlijke persoon is de wetgeving van het thuisland van toepassing in overeenstemming met de Overeenkomst over het vrije ver- keer van personen tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds, ondertekend op 21 juni 1999; en
b. de natuurlijke persoon was onmiddellijk voorafgaand aan het uit- oefenen van de dienstbetrekking of zijn werkzaamheden als zelfstandige in het gastland geen inwoner van het gastland en nam deel in de pensi- oenregeling (of een andere soortgelijke pensioenregeling ter vervanging van de eerstgenoemde pensioenregeling); en
c. de pensioenregeling wordt door de bevoegde autoriteit van het gastland aanvaard als zijnde over het algemeen gelijkwaardig aan een door die Staat voor de belastingheffing als zodanig erkende pensioenre- geling. Voor de toepassing van dit lid:
a. betekent de uitdrukking „pensioenregeling” een regeling waarin de natuurlijke persoon deelneemt teneinde pensioenuitkeringen veilig te stellen die hem verschuldigd zijn ter zake van de dienstbetrekking of werkzaamheden als zelfstandige bedoeld in dit lid;
b. wordt een pensioenregeling voor de belastingheffing in een Ver- dragsluitende Staat erkend, indien de bijdragen aan de regeling in die Staat in aanmerking komen voor een fiscale faciliëring en indien bedra- gen door de werkgever van de natuurlijke persoon betaald aan de rege- ling in die Staat niet worden beschouwd als belastbare inkomsten van de natuurlijke persoon.
7. De bepalingen van dit artikel zijn, niettegenstaande de bepalingen van artikel 2, van toepassing op belastingen van elke soort en benaming.
Appears in 1 contract